Op het World Economic Forum lanceerde Jan Peter Balkenende, tegenwoordig partner bij accountant Ernst & Young, de Dutch Sustainable Growth Coalition (DSGC). Mooi initiatief, maar wat gaan ze doen?
Oud-premier Jan Peter Balkenende heeft de uitdaging van zijn leven aangenomen. Het leiden van het Innovatieplatform, of het nu een actie- of een praatclub was, was een makkie, het leiden van coalities met ruziënde LPF-ministers, Rita Verdonk en zijn eigen partijgenoten zal een makkelijke klus blijken in vergelijking wat hij nu gaat doen. Balkenende gaat op zoek naar een heilige graal, waarvan niemand nog weet hoe die er uit ziet: oftewel een businessmodel dat duurzame groei genereert.
Balkenende maakte de coalitie van acht Nederlandse multinationals bekend tijdens het World Economic Forum op 27 januari, de jaarlijkse bijeenkomst van ceo’s, regeringsleiders en intellectuelen in Davos. Om de uitdaging extra groot te maken, liet hij ook Shell en KLM toe tot de club van acht. De andere multinationals die meedoen zijn AkzoNobel, DSM, FrieslandCampina, Heineken, Philips en Unilever. VNO-NCW moedigt het initiatief aan, Ernst & Young faciliteert.
Zichzelf opnieuw uitvinden
Klinkt als een mooi plan, maar wat gaan de multinationals daadwerkelijk samen doen? Daarover blijft het 3 weken na de lancering angstvallig stil, ook na een rondgang langs verschillende woordvoerders duurzaamheid. “Eind volgende maand is er waarschijnlijk meer te melden over de inhoud van de coalitie,” antwoordt Jhorna Smidt, pr-manager van Ernst & Young. “We zijn nog volop in opbouwfase,” zegt Frank van Ooijen, directeur duurzaamheid van FrieslandCampina. “Verwacht op dit moment nog geen dik werkplan, maar de gedachtegang is een hele interessante: we moeten op zoek naar een nieuw businessmodel.”
De multinationals sleutelen al volop aan hun businessmodellen. Zo heeft Zuivelcorporatie FrieslandCampina de ambitie om klimaatneutraal te groeien, vastgelegd in de strategie route2020. Unilever gaat nog een stap verder. De voedings- en verzorgingsmultinational lanceerde in 2010 haar Sustainable Living Plan: een verdubbeling van de omzet en een halvering van de druk op het milieu.
Als één van de acht in staat moet zijn zichzelf opnieuw uit te vinden, dan is het DSM. De voormalige Dutch State Mines veranderden al twee keer eerder van business. Eerst van kolen naar petrochemie en vervolgens naar voedings- en gezondheidsproducten en hoogwaardige materialen. Sinds kort sorteert het voor op de biobased economy, waarin alle grondstoffen en brandstoffen niet meer van aardolie, maar van planten worden gemaakt. DSM ging eind januari bijvoorbeeld een joint venture aan met POET, een Amerikaanse producent van bio-ethanol uit maïs.
Grootste uitdaging
De grootste uitdaging wordt een duurzaam groeimodel voor Shell en KLM vinden. Meer olie en gas uit de aarde halen en meer vliegen, betekent immers meer CO2-uitstoot. De twee vieste jongetjes van de klas nemen echter ook duurzame initiatieven. KLM experimenteert bijvoorbeeld met vliegen op biobrandstoffen uit frituurvet. Shell investeert weliswaar nauwelijks meer in zonne- en windelektriciteit, maar wel in duurzame activiteiten die beter aansluiten bij zijn huidige businessmodel. Het energiebedrijf ging in 2011 een joint venture aan met Cosan, Braziliës grootste producent van biobrandstof uit suikerriet. Ongeveer een derde van de verkochte benzines in Brazilië bestaat uit bio-ethanol.
De acht multinationals zijn dus al druk bezig met het sustainable growth business model. Wat de ex-premier daaraan toe denkt te gaan voegen? En hoe hij gaat zorgen dat dit initiatief het beter gaat doen dan dat vermaledijde Innovatieplatform? Over ruim een maand hopen we meer te weten.
