Jarenlang is het al de ‘grote belofte', maar de doorbraak van het mobiele internet wil maar niet lukken. We zoeken geen restaurantrecensies op ons mobieltje en wisselen geen filmpjes uit. Drie believers leggen uit waarom dat nu écht wel gaat gebeuren.
"Mobiel internet is niet meer te stuiten", zo begint een ronkend artikel in uw eigen Management Team. Volgt een verhaal over de snelle toename van de diensten via de mobiele telefoon. Hotelreserveringen doen, boeken kopen, aandelenorders opgeven. Allemaal met het mobieltje dat, dankzij allerlei verbluffende technieken, snel zal worden omgetoverd in een kleine internetcomputer. Datum van het artikel… maart 2000. Het is maar weer eens bewezen. U moet niet alles geloven wat in Management Team staat.
Mobiel internet is een zwaar misbruikte term. Als u destijds een toestel had gekocht voorzien van de toen veelbelovende (en inmiddels geflopte) techniek ‘wap' en u zou het willen vergelijken met gewoon internet, was de teleurstelling groot geweest. Wat providers onder de naam mobiel internet probeerden te slijten, was in de praktijk nauwelijks meer dan een sms-krantje.
Waarom?
Wat moet mobiel internet dan wel zijn? Niets minder dan een mobiele uitbreiding van internet. Met uw smartphone kunt u onbelemmerd surfen over een ongelimiteerd aantal websites. In de taxi naar het vliegveld kijkt u hoe het staat met de files. Online checkt u in op uw vlucht. Meteen reserveert u een hotel op de plaats van bestemming. Eenmaal ter plekke zoekt u een gewenst restaurant in een digitale eetgids. U maakt foto's en video's en zet ze op een uitwisselingsite. U bekijkt het tv-nieuws. Dat kan allemaal nog niet, of beperkt. Waarom niet?
Het zal u ook zijn opgevallen dat een mobieltje zich niet zomaar leent om te surfen. De beeldschermen zijn veel te klein (hoewel ze de laatste tijd groter en scherper van beeldkwaliteit worden). Ook het toetsenbord is onhandig. Toch zijn dat niet de belangrijkste redenen waarom het mobiele internetgebeuren niet van de grond kwam.
Walled gardens
Mobiel internet, zoals het door sommige providers werd aangeprezen, was in werkelijkheid geen internet. De gebruiker kon meestal alleen terecht bij een kleine hoeveelheid, door de provider geselecteerde diensten, zoals ringtones of interactieve spelletjes. Wat men ‘walled gardens' noemde: aparte domeinen met informatiediensten waaraan de providers probeerden te verdienen.
De belkosten waren een ander punt. Providers boden abonnementsvormen met betaling per hoeveelheid binnengehaalde data, in plaats van het ‘flat fee'-abonnement. Het gebeurde nogal eens dat gebruikers nietsvermoedend op een knopje op hun mobieltje drukten (een knopje waar ‘wap' of ‘i' op stond), en zich achteraf een ongeluk schrokken van de telefoonrekening omdat ze een interactief spelletje hadden gespeeld. Gebruikers raakten bevangen door knopjesangst.
Achteraf kun je zeggen dat de providers met hun walled gardens en hoge tarieven te inhalig zijn geweest. Maar dat is wel weer een beetje begrijpelijk gezien de enorme bedragen die ze op tafel moesten leggen voor de umts-licenties in 2000.
Standaardisatie
Inmiddels zijn flat fee-abonnementen beschikbaar en de tuinmuren afgebroken. Het mobiele internet is net zo open als het vaste. Gebrek aan eenheid is nu nog een probleem. De beeldschermen zijn niet alleen klein maar ook verschillend van formaat. Het ene vierkant, het andere langwerpig horizontaal of verticaal. Bovendien hanteren fabrikanten verschillende besturingssystemen voor de mobieltjes, met namen als Symbian, Java ME, Windows Mobile en Palm OS. In totaal zijn er meer dan dertig systemen.
Aanbieders van websites moesten versies maken voor al die verschillende smartphones en pda's. Vele tientallen sites. Helaas zijn andere technieken, zoals video-overdracht, ook niet gestandaardiseerd. Het is kortom voor contentproviders nauwelijks te doen om hun informatie aan te bieden en up to date te houden. De markt wacht met smart op standaardisatie van de techniek.
Toch neemt het aanbod aan mobiele websites de laatste tijd snel toe. Op de volgende pagina's believers aan het woord die volhouden dat het mobiele internet dit keer WEL voor de deur staat.
Roeland Stekelenburg is hoofd Nieuwe Media bij de NOS. Hij is verantwoordelijk voor innovatie en strategie op het gebied van onder meer internet, mobiel internet en narrowcasting.
"De voorwaarden waarom het er nu wél van gaat komen zijn grotendeels vervuld. De marktpenetratie van geschikte toestellen is groot en de tarieven voor flat fee-data-abonnementen zijn inmiddels op een acceptabel niveau. De beeldschermen zijn groter en beter. De situatie is nog lang niet ideaal, maar het gaat nu snel de goede kant op.
Bij de NOS gaan we daarom groot uitpakken tijdens de komende sportzomer. Het laatste nieuws en sportnieuws kunnen op het mobieltje worden bekeken. Tijdens de Olympische Spelen kun je kiezen uit meerdere sportkanalen, live op je mobiele toestel. De wedstrijden in Beijing zijn tussen vier uur 's nachts en vier uur 's middags, Nederlandse tijd. Als je in de trein zit of de file staat kun je die zwemfinale of hockeywedstrijd op je mobieltje volgen.
Het systeem is voor ongeveer 600 verschillende toestellen geschikt. Via onze site kunnen kijkers gratis de vereiste software binnenhalen. Je kunt er ook Teletekst en file-informatie op krijgen. De software stemt zich af op de kwaliteit van de verbinding. Als je alleen gprs-netwerk hebt, krijg je geen videobeelden toegestuurd.
Waarom we het doen? Ik geloof heilig in de toekomst van mobiel. Het is een uniek platform voor diensten en informatie. Je mobieltje is het apparaat dat je altijd bij je hebt en altijd aanstaat. Het enige dat, in tegenstelling tot de pc, helemaal van jou is en waar niemand anders op werkt. Dat bovendien ‘weet' waar je bent. Als ik al de straat uit ben op weg naar mijn werk zal ik niet snel omdraaien als ik iets vergeten ben. Maar wel voor mijn mobieltje.
Voor de NOS geldt dat wij, als publieke omroep, geïnteresseerd zijn in een zo groot mogelijk bereik. Als íets werkt op het mobiele internet, blijkt uit buitenlands onderzoek, is het nieuws en sport. En laten we dat bij de NOS nu net in huis hebben…"
Joost Ligtvoet is ondernemer. Zijn bedrijf BiggerWorks ondersteunt bedrijven bij mobiele marketingcampagnes. Ligtvoet is ook voorzitter van de Taskforce mobile van het adverteerdersplatform IAB en actief in het Open Mobiel Internet Initiatief.
"We hebben in Nederland niet echt de wind mee met de grootste internetpenetratie van de wereld. Waarom zou je, als je overal internetcomputers hebt staan, dan ook nog op de bank op je mobieltje gaan surfen? De ontwikkelingen gaan dan ook langzamer dan bijvoorbeeld in Italië en Engeland. Om over Azië nog maar te zwijgen. Grappig is dat uit onderzoek blijkt dat mensen, ondanks onze remmende voorsprong, tóch op hun bank zitten te internetten.
Ik ben acht jaar lang bij onder meer Telfort betrokken geweest bij mobiel internet. Het Open Mobiel Internet Initiatief is opgericht om contentleveranciers en providers bij elkaar te krijgen, om belemmeringen weg te nemen. Zoals de hoge tarieven en walled gardens. Je ziet nu dat flat fee steeds meer de norm wordt.
BiggerWorks heeft een content managementsysteem in huis waarmee websites kunnen worden beheerd die toegankelijk zijn voor alle mobiele toestellen. Daarmee hebben we onder meer campagnes gedaan voor Randstad en Kentucky Fried Chicken. We zijn pas een jaar bezig maar aan de vraag naar onze diensten merk ik hoe snel de belangstelling voor mobiel internet groeit. Je ziet het bijvoorbeeld ook aan het verkeer naar de mobiele sites van de ANWB en De Telefoongids, ook klanten van ons.
Ik verwacht echt niet dat we op een dag allemaal urenlang gaan surfen met onze mobieltjes. Mobiel internet is meer geschikt om snel even iets op te zoeken. ‘Local search' wordt groot: een winkel of garage of hotel in de buurt zoeken op het moment dat je dat nodig hebt. Verder zijn er talloze mogelijkheden voor gaming en dating. Iets nieuws is live broadcast: je filmt het popconcert waar je bij bent en stuurt het filmpje rechtstreeks naar internet. Je vrienden die thuis zitten kijken mee en reageren meteen. ‘Hé hebben ze een nieuwe gitarist? Wie is dat?'"
Sake Bosch is managing partner van Prime Technology Ventures, een in Nederland gevestigd venture capital-bedrijf gespecialiseerd in informatietechnologie. Hij is commissaris bij verschillende internetbedrijven waaronder Adjustables, eBuddy en Nedstat.
"Er spelen verschillende dingen tegelijk. Om te beginnen zijn technische randvoorwaarden aanwezig, zoals snelle mobiele datanetwerken. Een groot aantal handsets die er geschikt voor zijn, is op de markt. De techniek gaat nu snel vooruit, de beeldschermen worden beter, de batterijen sterker. Verder zie je dat in snel tempo meer websites worden gemaakt voor mobiele communicatie. Met bijvoorbeeld nuttige informatie voor onderweg, verkeersinformatie, noem maar op.
Een van de bedrijven waar wij in investeren is Nedstat, dat verkeerstromen op internet meet. Als commissaris zie ik veel onderzoeksgegevens langskomen. Het aantal sites dat benaderd wordt door een mobieltje is nog laag, 0,2 procent van het totaal. Maar een veelzeggend gegeven is dat ongeveer de helft van dat verkeer wordt gegenereerd door de iPhone. Daarbij moet je bedenken dat de iPhone in Nederland nog helemaal niet op de markt is. Alleen de kleine groep mensen die hem zelf hebben geïmporteerd, zorgt dus voor dat dataverkeer. Je kunt er uit afleiden dat, mits mensen kunnen beschikken over een geschikt toestel met een mooi scherm, de belangstelling aanzienlijk is. Andere hardwarefabrikanten, zoals Nokia, komen binnenkort met concurrenten voor de iPhone.
Prime Technology Ventures heeft geen deelnemingen in bedrijven die uitsluitend met het mobiele net bezig zijn. Wel in bedrijven die zich op allebei richten, vast én mobiel. Bijvoorbeeld de berichtensite eBuddy, waar de mobiele component snel groeit. Wij geloven dat vast en mobiel elkaar juist versterken. Ik verwacht de komende 18 maanden flink wat nieuwe bedrijven die zich op mobiel internet gaan richten.