Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Autospecial – Leasemythes doorbroken

Over leasing van auto’s doen de meest wilde vreemde verhalen de ronde. Het zou schrikbarend duur zijn, elke leaseauto is een grote auto en noem verder maar op. Het werd aan de hand van 13 hardnekkige geruchten tijd voor een onderzoek naar het waarheidsgehalte.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.


Mythe 1
Leasing is per definitie duurder dan auto’s zelf kopen en in eigen beheer nemen.
Laten we deze stelling rustig beoordelen aan de hand van een rekenvoorbeeld van de meest gewilde leaseauto van dit moment, de Audi A6. We gaan uit van een variant met een catalogusprijs van 50 mille, waarmee vier jaar lang elk jaar 30.000 kilometer wordt gereden. Bij Audi Lease kun je deze wagen exclusief brandstof leasen voor 1033 euro. Volgens opgave van de ANWB bent u in eigen beheer voor deze auto aan vaste lasten (afschrijving, verzekering, onderhoud, motorrijtuigenbelasting) iets meer dan 800 euro kwijt. In beide gevallen komen de brandstofkosten erbij, dus die kunt u tegen elkaar wegstrepen.
Eerlijkheidshalve moet u hier de uren van het wagenparkbeheer bij optellen. Laten we aannemen dat een medewerker elke maand drie uur in het beheer van deze ene auto steekt, dan komt u bij een auto in eigen beheer onderaan de streep op ongeveer hetzelfde bedrag uit als het leasebedrag. Maar een groot voordeel van eigen beheer is dat aan het einde van deze vier jaar de auto van de eigenaar is. En het maakt nogal verschil of u dat zelf bent of de leasemaatschappij. De restwaarde is dus bepalend voor de winst of verlies aan het einde van de rit.
Conclusie leasing is duurder.

Mythe 2
Leasing is altijd makkelijker dan een auto in eigen beheer.
Nu wordt het een ander verhaal. De ondernemer die een bak geld over heeft om auto’s te kopen, moet dat zeker doen. Maar er zijn niet zo gek veel die dat hebben. Of die het willen, want het beheren van auto’s behoort simpelweg niet tot de kernactiviteiten van een bedrijf dat niet in auto’s doet. Wil je als ondernemer of manager geen gedoe, elke maand hetzelfde bedrag betalen (is net als de kosten van een auto in eigen beheer aftrekbaar) en je geld vrij hebben om te investeren in zaken die er echt toe doen, dan is leasing een verstandige keus.
Conclusie leasing is altijd makkelijker.

Mythe 3
Leaserijders zijn verwende veelvraten die alleen oog hebben voor de dikte van hun auto en die niet zijn te bewegen minder te rijden.
Daar is die auto van de zaak immers niet voor bedoeld.
LeasePlan Nederland (met 130.000 voertuigen verreweg de grootste leasemaatschappij in Nederland) introduceerde recent GreenPlan. Hiermee worden bedrijven en organisaties geadviseerd wanneer zij een groen wagenpark wensen. Iets meer dan 90 procent van de leaserijders heeft volgens LeasePlan aangegeven hieraan te willen meewerken. Uit een eerdere praktijkproef is gebleken dat leaserijders bereid zijn zorgvuldiger met hun auto om te gaan, als daar een (financiële) prikkel tegenover staat. Derde voorbeeld: ING Car lease, LeasePlan en Strix Lease tekenden recent een overeenkomst waarin zij partner worden van Het Nieuwe Rijden. Dit is een manier van autorijden, waarbij je door onder meer minder gas te geven, zuiniger en schoner rijdt.
Conclusie leaserijder zijn helemaal niet die proleten waar sommigen ze voor houden.

Mythe 4
Het is voordeliger en vaak ook handiger een auto te leasen bij de dealer van het merk dat je op het oog hebt, dan bij een leasemaatschappij die alle merken doet.
Een merkdealer is als geen ander in staat de restwaarde van een auto in te schatten. Hij doet immers de hele dag niets anders. En zoals eerder al gesteld is de restwaarde bepalend voor de leaseprijs. Dat wil niet zeggen dat u per definitie voordeliger uit bent, maar de kans is wel heel groot (terzijde: veel dealers hebben een eigen leasemaatschappij). Bovendien kunt u met een beetje mazzel met de dealer een scherpe prijs afspreken. Gewapend met aanbiedingen van leasemaatschappijen, kunt u heel wat bereiken.
De tweede stelling luidt dat het ook handiger is. Laten we ervan uitgaan dat u kiest voor een dealer bij u in de buurt. En laten we ook eens aannemen dat u een auto hebt in te ruilen? Een leasemaatschappij ziet u daar echt niet mee aankomen, maar bij de dealer is dat geen probleem.
Conclusie de kans is groot dat leasen bij de dealer goedkoper én handiger is dan bij één van de grote leasejongens.

Mythe 5
Steeds meer leasemaatschappijen beknotten de berijder in de vrijheid om bij schade te kiezen voor het hersteladres dat hem of haar het beste uitkomt.
Leasemaatschappijen kijken net als alle andere bedrijven zorgvuldig naar manieren om de kosten zo laag mogelijk te houden. Daar is niets mis mee. Sterker: dit is in het voordeel van de klant, want die mag daardoor scherpere tarieven verwachten. Om die reden hebben veel leasemaatschappijen deals afgesloten met een bepaalde groep schadeherstellers. Bij schade moet de auto naar één van die schadepartners worden gebracht. Het voordeel is overigens dat zoiets als vervangend vervoer is inbegrepen.
Conclusie dit is geen mythe, maar een feit.

Mythe 6
Leasemaatschappijen proberen er bepaalde merken en modellen doorheen te drukken.
Wat er achter de schermen gebeurt, is niet altijd helder, maar ongetwijfeld worden afspraken gemaakt tussen leasemaatschappijen en importeurs over scherpe tarieven voor bepaalde auto’s. Maar dat heeft niets te maken met het beleid van de leasemaatschappij naar zijn klanten. Leasemaatschappijen – althans, de maatschappijen waar u elk merk kunt leasen – doen slechts wat de klant vraagt. Als u dus het gevoel heeft in een auto te rijden die erdoorheen is gedrukt, dan is dat een keus geweest van uw baas.
Verder geldt dat leasetarieven voor een belangrijk deel worden bepaald door de te verwachten afschrijving. Dat gebeurt aan de hand van aannames en de historie. Het is nu eenmaal zo dat wordt ingeschat dat minder wordt afgeschreven op pakweg een VW Golf dan op een model van Koreaanse komaf.
Conclusie leasemaatschappijen drukken er niets doorheen, maar op basis van rationele argumenten kan voor de ene auto een veel lager leasetarief gelden dan voor een andere auto met dezelfde cataloguswaarde.

Mythe 7
Langzamerhand is zeker de helft van alle auto’s in Nederland een leaseauto.
Eind 2006 stonden in Nederland 7,1 miljoen personenauto’s op kenteken. Daarvan stonden er 1,7 miljoen geregistreerd als zakelijk bereden auto, waarvan officieel 531.000 leaseauto’s. Dat is nog geen 8 procent van het totale wagenpark.
Conclusie hoewel het aandeel de laatste jaren iets stijgt, is het aantal leaseauto’s nog ver verwijderd van de meerderheid van het Nederlands wagenpark.

Mythe 8
Leaseauto’s zijn een plaag voor het milieu.
De beste oplossing voor het milieu is auto’s (en alles wat verder het milieu aantast) af te schaffen. Dat komt zo ongeveer neer op het afschaffen van de mensheid en dat is een wel heel drastische maatregel. Laten we daarom even naar de feiten kijken. Omdat leaseauto’s doorgaans veel rijden, gebruiken de meeste leaseauto’s (iets meer dan 60 procent) diesel als brandstof. Per gereden kilometer stoot een dieselmotor volgens de branchevereniging van autoleasemaatschappijen 11 procent minder CO2 uit. De emissie van stikstofoxiden (zure regen) ligt ongeveer gelijk aan wat een benzinegestookte auto uitstoot. Dan resten nog de roetdeeltjes, in jargon PM10 genoemd. Die zitten wel in diesel en niet in benzine. Maar leaseauto’s zijn vrijwel per definitie jonge auto’s die doorgaans zijn uitgerust met een roetfilter. Bovendien worden deze auto’s perfect onderhouden en dat kun je van veel oude auto’s lang niet altijd zeggen.
Conclusie leaseauto’s zijn net als alle andere auto’s niet bevorderend voor het milieu. Maar op de keper beschouwd kan het wagenpark in Nederland beter alleen maar bestaan uit leaseauto’s die op diesel rijden, dan uit privéauto’s waarvan je je maar moet afvragen of de katalysator werkt. Als die er al onder zit.

Mythe 9
Elke leaseauto is een grote auto.
De meest geleasete auto in Nederland is een VW Passat, met op de tweede plaats de VW Golf en op drie de Opel Astra. De top 10 bestaat verder in aflopende volgorde uit de Ford Focus, Peugeot 206/207, Peugeot 307, Volvo S40, Renault Mégane, Opel Zafira en de Renault Scenic.
Conclusie dat valt dus erg mee.

Mythe 10
Leaseauto’s gaan steeds langer mee.
Vooral omdat veel ondernemers kijken naar de kosten, is de laatste jaren de gemiddelde contractduur toegenomen van 41,8 maanden in 1999 naar 44,4 maanden in 2006. Dat is ook geen probleem, want auto’s worden steeds knapper.
Conclusie klopt als een bus.

Mythe 11
Het wemelt langzamerhand van de leasevormen.
De gebruikelijke tweedeling is die tussen financiële leasing en operationele leasing. Bij de eerste soort gaat het meer om een financiering, terwijl bij de tweede vorm een product tegen een vast maandtarief en voor een vastgestelde periode in bruikleen wordt gegeven. Andere vormen zijn sale- en leaseback (de eigenaar verkoopt de eigen auto’ aan de leasemaatschappij en sluit een contract af om deze terug te leasen; quasi-sale & leaseback (bijna dezelfde vormen als de vorige, alleen wordt hier de auto aan een ander aangeboden); shortlease (zoals het woord al aangeeft een leasevorm voor een korte termijn, is handig voor tijdelijke werknemers); starters lease (bedoeld voor startende ondernemers); huurkoop (een vorm van financiële leasing, waarbij de leverancier met de gebruiker het aantal maandtermijnen vaststelt); en tot slot het doorlopende krediet.
Conclusie wemelen is een groot woord, maar creativiteit kun je de leaseaanbieders niet ontzeggen.

Mythe 12
Je moet het aantal mensen dat sjoemelt met een leasewagen niet in de kost hebben.
Zoals met alles, wordt door werknemers ook met leaseauto’s gerommeld, gerotzooid en gesjoemeld. Vraag is natuurlijk hoe je kunt voorkomen dat de vrouw van de manager (of zijn of haar vrienden) zich blind tankt met de tankpas die ter beschikking is gesteld aan de leaserijder. Voorkomen begint bij het fenomeen vervoersmanagement. Dit is gewoon een kwestie van helder de spelregels op papier zetten, waarna de medewerker tekent dat hij akkoord gaat met de voorwaarden. Wordt de kluit dan alsnog belazerd, dan heeft de ondernemer in elk geval een stok om mee te slaan.
Conclusie aantallen zijn niet bekend, maar in leasekringen is bekend dat heel wat leaserijders lichtvoetig omgaan met de auto die hun ter beschikking staat.

Mythe 13
Leasing is binnen het midden- en kleinbedrijf niet populair.
Veel ondernemers in het mkb hebben het idee dat zij wat al te veel bijdragen aan de fraaie panden van leasemaatschappijen op dure A1-locaties.
Conclusie hoewel de weerstand afneemt, geldt dit nog steeds.