Dat startupprins Constantijn bij StartupDelta, of eh, TechLeap.NL aanblijft en er 65 miljoen euro wordt uitgetrokken voor Nederlandse startups en scaleups, dat wisten we al. Dat er een fiscale regeling komt voor aandelen voor werknemers, een verblijfsregeling voor “essentiële personeelsleden” en vrije toegang tot de arbeidsmarkt voor partners van buitenlandse zelfstandigen in Nederland? Ook dat was bekend. Er staat echter nog veel meer in de brief die staatssecretaris van Economische Zaken Mona Keijzer afgelopen week aan de Kamer verstuurde, waar nog niet of amper over is bericht. Een investering van wel 20 miljoen euro voor duurzaamheidsfondsen, om maar wat te noemen.
Sprout spitte de brief van Keijzer nog eens door en destilleert dertien agendapunten rondom startupbeleid, waar de regering de komende tijd naast de aandelenopties en expat-regelingen óók op wil inzetten.
1. Nederland in top 5 ecosystemen
Wanneer het gaat om sterke startup- en scaleup-ecosystemen staat Nederland dit jaar mondiaal gezien op plaats 15; een stijging van vier plekken ten opzichte van de vorige meting. Binnen Europa blijft Nederland staan op de vijfde plek. Wil je hoger eindigen, dan heb je als land meer startups, investeringen en grote exits nodig. Bij de overheid gaan ze die confrontatie aan. Zonder er een streefjaar aan te koppelen, schrijft Keijzer dat ons ecosysteem binnen Europa de sterkste moet worden en wereldwijd in de top 5 moet belanden.
2. Betere koppeling universiteiten en bedrijfsleven
Een belangrijk probleem voor startups en scaleups, zo schetst Keijzer, is dat zij maar moeilijk aan talent kunnen komen. En dat terwijl ons land talloze kwalitatief hoogstaande universiteiten en hogescholen telt. Keijzer werkt daarom al enkele jaren aan een programma om kennisinstellingen ondernemender te maken. Onder de noemer Knowledge Transfer Offices (KTO’s) moeten studenten en onderzoekers van hogescholen en universiteiten hun kennis sneller overdragen aan bedrijven.
Ook het bouwen aan eigen bedrijven vanuit de universiteit, de zogeheten spin-offs, en het vinden van geschikte partners en financiers hoort bij deze strategie. We zijn er nog niet, schrijft Keijzer; er zijn “meer inspanningen” om de samenwerking tussen universiteiten, bedrijven en investeerders te verbeteren. Een van die “inspanningen” is een gesprek dat Keijzer samen met onderwijsminister Ingrid van Engelshoven en onderwijsorganisaties aan wil gaan met het bedrijfsleven. Het doel: het bevorderen van “publiek-private samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven”.
3. Talentplatform voor kennisinstellingen
Kennis alom bij universiteiten, maar waar begin je als bedrijf met zoeken? Om beter inzichtelijk te maken waar de kennis bij universiteiten en hogescholen zit, begon de overheid dit jaar een zogeheten sciencefinder-programma. Dit betreft een platform waar je online publicaties, projecten en startups rondom een bepaald thema kunt vinden.
4. Betere digitale scholing
Startups ondervinden vooral een tekort aan digitaal talent. Keijzer zet daarom met platform Curriculum.nu in op een “toekomstgericht en samenhangend” curriculum. Werken aan digitale geletterdheid is hierbij essentieel. Hiertoe behoren “ICT-basisvaardigheden”, “mediawijsheid” en “informatievaardigheden”.
5. Wereldwijde startup-hubs
In eigen land geld ophalen, dat gaat nog wel, maar internationaal geldschieters aan de haak slaan? Daar zijn we in Nederland niet zo goed in. Volgens Keijzer is dat ook de reden waarom in Nederland relatief weinig startups opschalen. Tijd dus om te bouwen aan een sterker internationaal netwerk voor Nederlandse startups en scaleups.
Startups en scaleups die willen opschalen in het buitenland kunnen in Nederland bij de Rijksdienst voor Ondernemerschap (RVO) terecht voor een adviesgesprek met business development-coaches, die verstand hebben van specifieke buitenlandse markten. In het buitenland helpen de Nederlandse consulaten onze startups en scaleups aan betere toegang tot lokale startup-hubs.
Dit zijn “prioritaire, internationale, grootstedelijke gebieden”, waar onze bedrijven in theorie goed moeten kunnen opschalen. Keijzer stelt zes gebieden als hub te hebben geïdentificeerd: San Francisco/Los Angeles, New York/Boston, Singapore, Berlijn, Parijs en Londen. Deze gebieden hebben of krijgen een zogenoemde startup liaison officer, die startups helpt aan het opbouwen van een relevant netwerk.
6. Nationaal groeiprogramma
Keijzer schrijft verder dat de Hertie School of Governance ons land een advies gegeven zou hebben om een zogenoemd “nationaal groeiprogramma” op te zetten. Die komt er en zal worden uitgevoerd door TechLeap.NL, het vernieuwde StartupDelta. In dit nationaal groeiprogramma helpt TechLeap.NL jaarlijks zo’n vijftig veelbelovende Nederlandse scaleups aan kapitaal, talent en markt “op het hoogste niveau”. Hoe? Door in te zetten op onder meer “netwerk- en voorlichtingsbijeenkomsten” en “samenwerking met bestaande netwerken van private en publieke partijen”.
Ook zal TechLeap.NL jaarlijks relaties aangaan met 250 startups en scaleups, met als doel hen te helpen bij hun groei en te koppelen aan relevante partijen.
7. Expertisecentrum van TeachLeap.NL
TechLeap.NL krijgt ook een eigen zogeheten expertisecentrum, wat een onderzoeksdivisie inhoudt die onder meer probeert te onderzoeken hoe je sneller opschaalt. Ook zal het trends rondom knelpunten in wet- en regelgeving bij de overheid onder de aandacht brengen.
De resultaten zullen voor iedereen beschikbaar zijn, aangezien het wordt gefinancierd uit belastinggeld. Het mag dan ook wat kosten: 35 miljoen euro van de totale 50 miljoen euro die TechLeap.NL ontvangt, gaat naar het expertisecentrum en het nationaal groeiprogramma. De overige 15 miljoen euro voor TechLeap.NL gaat naar “initiatieven vanuit het ecosysteem”. De resterende 15 miljoen euro van de totaalinvestering van 65 miljoen euro spendeert de overheid aan alle overige taken uit het rapport.
TechLeap.NL krijgt hiermee dus financieel een bijzonder grote verantwoordelijkheid, waar het startups betreft. Constantijns ambitie om jaarlijks twee unicorns voort te brengen, lijkt met zo’n groot bedrag aan belastinggeld geen streefdoel, maar een absolute vereiste.
8. Nieuw fonds voor hightech-scaleups
Naast de oprichting van de Nederlandse investeringsbank Invest-NL, die vorige week groen licht kreeg van Brussel, maakt Keijzer in haar brief bekend dat er vanuit de topsector ‘High Tech Systemen en Materialen’ (HTSM) ook een investeringsfonds bij zal komen voor scaleups.
9. 20 miljoen voor duurzaamheidsfondsen
Krijgt minister-president Mark Rutte 11 jaar na dato tóch nog gelijk met zijn pleidooi voor groenrechts: Keijzer stelt dit najaar een tender uit te willen zetten voor duurzaamheidsfondsen die zich richten op seed capital-financieringen, dus kleine investeringen in jonge bedrijven. De staatssecretaris stelt hiervoor 20 miljoen euro beschikbaar te stellen, bovenop de 65 miljoen euro die het uittrekt voor de overige activiteiten. Bovendien zal deze tender, wat die ook precies mag inhouden, een leven hebben náást dat van Invest-NL.
10. Onderzoek naar seksisme investeerders
Anno 2019 zijn vrouwelijke oprichters van startups nog steeds een uitzondering op de regel. Er is de laatste tijd aardig wat te doen geweest over vermeend seksisme onder Nederlandse investeerders. Keijzer stelt dan ook toezeggen gedaan te hebben om verder onderzoek te laten doen naar “het aantal aanvragen en afwijzingen omtrent investeringsfondsen”. Ook wil Keijzer kijken naar hoe zij de diversiteit van investeringscommissies van de overheid kan vergroten.
11. Vrouwelijke rolmodellen laten zien
Nog zo’n gender-puntje: Keijzer ergert zich aan het feit dat slechts 13,4 procent van alle internationaal actieve Nederlandse ondernemers vrouw is. Ze wil hier vanuit de overheid iets aan doen; vrouwelijke oprichters van startups en scaleups moeten aangemoedigd worden om internationaal te gaan. Hoe? “Door het zichtbaar maken van vrouwelijke rolmodellen.”
12. Pilot-hulpprogramma voor groeiende startups
De RVO zal aanstormende startups en scaleups scouten en onderzoeken hoe zij beter geholpen kunnen worden bij het versnellen van hun internationale groei. Het betreft een pilot, die onder de naam Fastlane door het leven gaat. Om tot de meest veelbelovende startups te komen, zal de RVO data-analyse inzetten en bijeenkomsten voor startups en scaleups organiseren.
13. Meer stages in Silicon Valley
Keijzer schrijft dat ze onder de noemer Holland in the Valley topstudenten wil helpen aan een stage bij Nederlandse bedrijven in Silicon Valley. Voor de oplettende lezer: inderdaad, de naam Holland in the Valley wordt ook wordt gebruikt voor het startup-voorlichtingsprogramma in Silicon Valley. Sprout gebruikte de naam bovendien voor een videoreeks met Nederlandse ondernemers in de Valley, die we eind 2017 opnamen en begin 2018 publiceerden.
Foto: Getty