De nieuwe Alto oogt een stuk vlotter dan zijn voorganger(s). En ondanks de zeer uitgeklede uitrusting – wel airbags, geen radio, wel elektrische ramen, geen digitale airco noch een toerenteller – is het een comfortabele auto.
Op lage snelheden geeft de 1-litermotor voldoende vermogen, op de snelwegen kunt u vlotjes inhalen vergeten. En dat de auto op autowebsites als ‘nogal schlemielig’ omschreven wordt, heeft alleen maar te maken met een overdaad aan machismo onder de gemiddelde bezoeker. Toch is er ook wel iets aan te merken op de Alto. De ergonomie is wat ondoordacht. Waarom hebben de designers gekozen voor een vierdeursauto met een minuscule bagageruimte? Wat dat betreft steekt de iQ vernuftiger in elkaar – met z’n drieën rijden kan, maar beter van niet. Dat is bij de Alto uiteindelijk niet anders. En dan vraag je je toch af waarom die achterbank niet volledig plat kan. En waarom er gekozen is voor vier deuren? Had Suzuki de kosten van een scharnier niet beter kunnen steken in een toerenteller of een andere kekke accessoire?
Het vergelijken van de twee miniautootjes is aanlokkelijk, maar ook wat onzinnig. De iQ die wij reden is 5.800 euro duurder, volledig(er) uitgerust, maar ook ruim vijftig centimeter korter. Tegen de iQ is de Alto maar een blikkerig autootje. Neemt niet weg dat de Alto, zeker voor de smalle beurs, een bijzonder comfortabele compactauto is. Met, en dat vinden wij een grote plus, een meer voorspelbaar snelweggedrag dan de iQ.
Gereden: 1.0 Comfort
CO2 uitstoot: 103 gram per kilometer
Gemiddeld verbruik: 1 op 22,7.
Bijtelling: 14 procent
Prijs: vanaf 8.499 euro