TAPPS heeft 100 procent van de aandelen overgedragen aan de TMN Group, een van de grootste online direct marketing organisaties in het Verenigd Koninkrijk. De aandelen, waarvan vijftig procent in handen van De Geus-Verhagen en vijftig procent van mede-oprichter Govert van Eerde, hadden een waarde van 10,75 miljoen euro.
De twee bedrijven hebben de activiteit e-mail marketing met elkaar gemeen. TMN doet daarnaast onder meer online interactive advertising en marktresearch. Dat laatste gaat een rol spelen in de samenwerking met TAPPS.
Investeerders
“Toen we in 2002 met TAPPS begonnen was het absoluut niet de bedoeling om de boel te verkopen”, zegt De Geus-Verhagen. Maar al snel klopten verschillende bedrijven op de deur, waaronder TMN. “Dan begint de gedachte toch te spelen.”
Uiteindelijk hapte ze. “Er is veel synergie tussen TMN en TAPPS, zowel qua visie als qua producten.” Voorwaarde was wel dat TAPPS zichzelf kon blijven. De Geus-Verhagen blijft dan ook als directeur de scepter over het bedrijf zwaaien en zal een rol gaan spelen in de Europese uitbreiding.
Ook bezweert ze dat de dienstverlening van TAPPS hetzelfde blijft, evenals de naam waaronder die plaatsvindt. “We worden niet opgeslokt. TMN ziet de overname meer als een partnership. Hun productportfolio sluit nauw aan bij dat van ons.” Ze heeft ‘een fijn gevoel’ aan de overname overgehouden. “Kijk, ik blijf natuurlijk ondernemer en je kan niet in de toekomst kijken. Maar ik heb er vertrouwen in dat we als onderdeel van TMN onze eigen business naar een hoger niveau kunnen stuwen.”
Cultuur
Volgens De Geus-Verhagen zal de bedrijfscultuur binnen TAPPS door de overname niet veranderen: “Waarom een bewezen formule en cultuur veranderen? Onze werkwijze sluit aan op die van TMN. Dat moet ook wel, anders moet je je bedrijf weer helemaal vanaf de eerste steen opbouwen. Dat is niet waar we vijf jaar lang hard voor hebben gewerkt.”
Die vijf jaar ploeteren hebben zich nu uitbetaald in een overname waarvan beide partijen voordeel hebben, vindt ze. “We hebben emailmarketing in Nederland op de kaart gezet. Daar krijgen we nu internationale erkenning voor.”