Er zijn jaarlijks twee natuurlijke momenten dat je een nieuwe start kunt maken. Twee momenten waarbij je even ‘pauze’ hebt en tijd besteedt aan andere dingen dan normaal. Momenten waarbij je op adem komt, dingen relativeert of juist laat bezinken. Vaak is het ook de tijd om eens na te denken over hoe het loopt op werk en wat anders kan. De momenten waarop je eindelijk de tijd hebt om een (management)boek te lezen ter inspiratie. Kortom, je kan en wil er weer tegenaan. Deze twee momenten zijn het nieuwe jaar na de kerstvakantie en de eerste dagen na je welverdiende zomervakantie.
Aan de slag met durf
Met deze vernieuwde energie zou ik alle managers en leiders willen oproepen om eens met meer durf aan de slag te gaan. Het is een woord wat naar mijn idee echt bij Hollanders past, maar in de vergetelheid is geraakt. Ik weet niet waarom, maar ik mis vaak het element durf in het doen en laten van managers. Spreker en auteur Daan Quakernaat stelt: er worden te weinig kathedralen gebouwd. Geweldig hoe Daan durf vertaalt naar gewoon doen. Bij het bouwen van een kathedraal in het jaar 1200 waren er geen uitgewerkte bouwtekeningen. Er moest een grootse kathedraal komen en men begon gewoon. Bouwen, proberen en gaan. Viel een muurtje om, dan begon men opnieuw. Uiteindelijk stond er wel een indrukwekkend kunstwerk.
Durf: een kort en sterk woord. Synoniem voor daadkracht. Een woord van aanpakken, vertrouwen, vallen en opstaan, fouten maken. Een woord van leren, van niet bang zijn of van dingen anders doen. Het lijkt soms alsof we weinig meer durven. Alles wordt eerst dubbel gecheckt, uitgezocht, vastgelegd, bestudeerd of beproefd. Met als gevolg dat er weinig actie is, veel wordt vergaderd of dat we hele procedures, processen en contracten opstellen om alles maar zeker te hebben. Vaak nog een schijnzekerheid bovendien. Ga maar eens na hoe vaak dingen mis gaan of er zelfs gefraudeerd wordt ondanks al die procedures.
Keurslijf
Het gekke is dat een ieder van ons de durf wel in zich heeft. Als kind kennen we weinig angst en durven we veel meer. Onze ouders moedigen ons aan om alles te leren en te doen. Met letterlijk de woorden ‘vallen en opstaan’. We mogen als kind nog fouten maken, gek doen, spontane acties ondernemen. Naarmate we opgroeien, worden we steeds meer in een keurslijf geplaatst. We moeten normaal doen, minder opvallen, minder fouten maken en minder spontane acties ondernemen. Herkenbaar?
Op school passen we allemaal in hetzelfde stramien. Keurig stilzitten en luisteren. Als je iets wil, moet je je vinger opsteken. De focus komt te liggen op waar je niet goed in bent. Je slechtste rapportcijfer wordt aangepakt. Bijles, extra leerstof. Ik heb nog nooit gehoord dat je dat vak mag laten vallen en dat je bijles krijgt in je beste vak, zodat je er nog beter in wordt. Je ouders willen dat je je nog beter gedraagt, want je wordt inmiddels ouder. Netjes eten, keurig praten, niet te hard gillen en stilzitten. Deze verwachtingen worden nog eens versterkt in je vervolgopleidingen en tijdens je eerste baan. Spontaniteit en creativiteit worden er op die manier systematisch beetje bij beetje uit gesloopt.
Resultaat: de durf ontbreekt om weer eens spontaan en met creativiteit het werk aan te pakken. Zonde! Hierdoor laten we veel potentie liggen, want daardoor gebeurt er een stuk minder, blijven dingen bij het oude en is er weinig plezier en effectiviteit in het werk.
Zakendoen met durf
Wanneer gaan we weer zakendoen op basis van vertrouwen, je eigen instinct en gevoel? Gewoon common sense. Geen dik contract met behulp van juristen. Geen ingewikkelde arbeidscontracten voor medewerkers. Geen lange vergaderingen. Alsof die contracten veel helpen. Als een klant van je af wil, dan gebeurt dat toch wel. Een contract kan het hooguit vertragen. Net als bij je medewerker. Hij werkt graag of niet voor je, daar kan geen contract tegen op. Contracten kosten tijd, geld en energie en leveren zelden iets positiefs op. Allemaal zaken gebouwd op angst. Angst is voor mij het tegenovergestelde van durf. Zelf gebruik ik vaak het woord vertrouwen als synoniem voor durf. Angst is negatief, verlamt, kost tijd en energie en is dus duur. Durf is positieve energie, actie en vernieuwing. Durf levert veel op.
Met durf bedoel ik dus niet, voor de cynici onder ons, onbezonnen te werk gaan. Dat is het andere uiterste. Natuurlijk moet je altijd blijven nadenken, maar vertrouw ook op je gezonde verstand. Dat draait toch altijd wel ergens op de achtergrond door.
Stel je eens voor dat je weer meer durft. Met durf kom je meer in actie, hoeft er minder te worden vergaderd. Met durf hoef je minder procedures in te richten, dat scheelt veel organisaties tijd. Met durf straal je meer vertrouwen uit en vertrouwen geeft positieve energie. Medewerkers gaan weer in het bedrijf geloven. Klanten willen sneller zaken met je doen. Met durf kan je meer tijd besteden aan je product en dienst en daarmee de klant. Met durf ben je naar buiten gericht in plaats van naar binnen. Durf het eens anders te doen dan de rest. Hierdoor word je onderscheidend ten opzichte van je concurrent. Voordat je het weet, val je op.
Ik zou zeggen: durf het eens aan met je vernieuwde zomerenergie.