Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Hou gewoon eens je mond en heb geen mening, dat is een kwestie van goed fatsoen

Van het Nederlands elftal, de energiecrisis tot de kledingkeuze van een collega: we spuien overal onze mening over, ziet columnist Koen Durlinger. We lijken vergeten dat er ook een andere optie is: gewoon geen mening hebben. 'Dat zou juist goed fatsoen zijn, zodat je de ander in zijn of haar waarde laat.'

geen mening hebben

Zestien miljoen bondscoaches waren totaal verrast: waarom werd Andries Noppert opgenomen in de selectie en zelfs de basisopstelling? Het was niet voor het eerst dat bondscoach Louis van Gaal de tongen losmaakte. Heel Nederland had een mening over zijn selectie en over zijn aanpak.

Lees ook: Louis van Gaal is al 71 jaar, maar verrassend modern als leider: 7 lessen voor managers

Dit is kenmerkend voor ons: overal een mening over hebben. Wat veel mensen niet weten, is dat je ook géén mening kunt hebben.

Mening hebben over álles

Het is begrijpelijk dat mensen binnen drie seconde een mening vormen en die – het liefst via diverse sociale media – delen. Het geeft ons het gevoel dat we ertoe doen. Het laat ons vocaal meedenken over zaken die wij belangrijk achten. En het is een manier om je gedachtes en gevoelens uit te drukken.

Behalve over het Nederlands elftal delen genoeg vaders en moeders hun mening op een aftands modderveldje over de wedstrijd van hun zoon of dochter. Het blijft niet bij de sport. Complexe vraagstukken zoals een woning-, asiel- of energiecrisis hoeven niet eerst grondig geanalyseerd te worden voordat men een mening vormt. We delen nog net niet onze beste aanvals- en verdedigingstactieken met president Zelenski vanaf onze comfortabele bank.

Niet alleen serieuze onderwerpen zijn het doelwit van meningen. Ook de kledingkeuze van je collega, de carrière van je nichtje en de vakantieplannen van je ouders worden allemaal aan meningen onderworpen.

Je mening kan schadelijk zijn

Prachtig, die vrijheid van meningsuiting en die manier om jezelf uit te drukken. Maar we realiseren ons eigenlijk twee zaken te weinig.

Als eerste is er de nevenschade die onze mening kan aanrichten. We hebben allemaal een druk leven, dat geloof ik direct. Daarom heb ik bijvoorbeeld de tijd niet om de oorzaken en mogelijke oplossingen van het woningtekort grondig te onderzoeken.

Fatsoen en vrijheid van meningsuiting dansen samen een ongemakkelijke tango

Zelfs in mijn eigen baan krijg ik mijn uren makkelijk gevuld. Hierdoor heb ik de tijd niet om grondig na te denken over de strategie van een bedrijf met duizenden medewerkers en miljoenen klanten.

Als ik over dit soort onderwerpen dan toch een mening vorm, dan is die vaak ondoordacht en kort door de bocht. Dan zal er maar net een simpele ziel naar mij luisteren en mijn beperkt onderbouwde redenatie of oplossing tot beleid transformeren. Niet zo handig.

Niks zeggen is goed fatsoen

Als tweede zorgt te veel mening voor een gebrek aan fatsoen. Fatsoen en vrijheid van meningsuiting dansen samen een ongemakkelijke tango. Meningen over andermans relaties, klederdracht, carrièrekeuzes en vakantieplannen gaan vaak richting waardeoordelen.

Maar achter ieder project, ieder idee of iedere beleidskeuze waar je een mening over hebt, zitten net zo goed mensen die het verzonnen hebben. Daarmee kun je een ander dus enige vorm van pijn doen met je mening.

Het zou juist goed fatsoen zijn om je mening wat vaker voor je te houden, zodat je de ander in zijn of haar waarde laat. Iets minder expressieve vrijheid voor jou, wat meer eigenwaarde voor de ander.

Roeptoeteren op het internet

Dit is allemaal niets nieuws, dat begrijp ik. Alleen merk ik dat we tegenwoordig veel vocaler zijn. Dat komt doordat het publieke debat verhardt en iedereen door elkaar schreeuwt. Dan krijg je paniek dat je niet gehoord wordt en ga je maar ondoordacht meeschreeuwen.

Dankzij Twitter en Facebook is heel het land één grote kantine

Maar het komt ook doordat we onze mening de ether in kunnen slingeren vanuit onze comfortabele fauteuil. Lekker laagdrempelig en veilig roeptoeteren op het internet. Dat we dan ondoordachte, vaak niet op feiten gebaseerde, meningen online gooien of anderen publiekelijk aan de schandpaal nagelen, dat doet er dan niet toe.

Vroeger hadden wij onze meningen over het Nederlands elftal ook, alleen verlieten die meningen de vier muren van de lokale voetbalkantine niet. Dankzij Twitter en Facebook is heel het land één grote kantine.

Geen mening hebben is ook een optie

Je mening kan dus vervelende nevenschade aanrichten en heeft tegenwoordig meer bereik dan een Noord-Koreaans ballistisch projectiel. Laten we het daarom radicaal anders aanpakken: laten we gewoon eens geen mening hebben.

Lanceert het bedrijf waar je werkt een nieuwe slogan of strategie? Top, lees het door. Speelt Oranje vanaf morgen zonder keeper? Geniet van het doelpuntenfestijn. Onderhandelen EU-leiders en hun hele achterban over energieoplossingen? Houd je er dan lekker buiten en kijk wat de positieve gevolgen voor jou zijn.

Ik zeg niet dat je jezelf de mond moet snoeren. Ik zeg alleen dat jij je hersenpan en kaken rust mag gunnen door ook wat vaker geen mening te hebben. Maar goed, dat is mijn mening. Die ik schaamteloos de ether ingooi.

Lees meer columns van Koen Durlinger: