Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Geen geld, geen plan, geen technologie… Toch werd Jack Ma dé internettycoon van China

Het grote geld dook op voor Jack Ma toen zijn pas opgezette b2b-bedrijf Alibaba.com in november naar de beurs ging. De introductie bracht meer dan 1,5 miljard dollar in het laatje, de waarde van de onderneming werd geschat op 26 miljard dollar.

Ma (43) groeide op tijdens de Culturele Revolutie in China. Hij leerde zichzelf Engels en surfte mee op de internetgolf die losbrak toen de Chinese economie in de jaren negentig werd geliberaliseerd. Vandaag de dag is Alibaba China’s grootste b2b site, en de favoriet van Europese en Amerikaanse ondernemingen die zaken doen met Chinese bedrijven. In het eerste halfjaar van 2007 genereerde de site 39 miljoen dollar winst op een omzet van 129 miljoen dollar. Ma is met Alibaba ook de markt voor zoekmachines opgegaan, via een joint venture met Yahoo; en zijn online veilingsite Taobao is in China al groter dan eBay.

“Toen ik twaalf was, wilde ik graag Engels leren. Acht jaar lang fietste ik iedere ochtend 40 minuten, weer of geen weer, naar een hotel in Hangxou’s West Lake district, zo’n honderd kilometer ten zuidwesten van Sjanghai. Het was de tijd dat China voorzichtig zijn poorten opende, en dit gebied trok meteen veel toeristen. Ik leidde ze rond als gratis gids en oefende zo mijn Engels. Die acht jaar hebben mij ingrijpend veranderd. Ik werd een wereldburger, veel meer dan de meeste andere Chinezen. Wat ik van mijn leraren en mijn boeken leerde, strookte helemaal niet met wat die buitenlanders me vertelden.

 

“De andere gebeurtenis die me fundamenteel heeft veranderd, vond plaats in 1979, toen ik een gezin met twee kinderen uit Australië tegenkwam. We trokken drie dagen met elkaar op en daarna bleven we altijd contact houden. In 1985 nodigden ze me uit om bij hun in Australië de zomervakantie te komen doorbrengen. Die maand daar heeft mijn leven en manier van denken volledig op zijn kop gezet. Vóór ik uit China wegging, was ik opgegroeid in de overtuiging dat China het rijkste en gelukkigste land ter wereld was. Dus toen ik in Australië aankwam, dacht ik: ‘oh jee, alles is anders dan ze me altijd verteld hebben.’

 

“Ik was al twee maal gezakt voor het toelatingsexamen van de universiteit toen ik eindelijk werd toegelaten tot wat als de slechtste universiteit van de stad gold, de Hangxou Leraren Universiteit. Ik volgde daar de opleiding tot Engelse leraar voor de middelbare school. Ik werd verkozen tot voorzitter van de studentenraad en later zelfs voorzitter van de stedelijke studentenfederatie.

 

‘Toen ik afstudeerde, was ik de enige van 500 studenten die les mocht gaan geven aan een universiteit. Ik verdiende 100 tot 120 renminbi – zo’n tien tot twaalf euro – per maand. Het was altijd mijn droom geweest om na mijn afstuderen het bedrijfsleven in te gaan – een hotel of zo. Ik wilde me gewoon actief ontwikkelen. In 1992 begon de economie echt te groeien, dus ik solliciteerde me suf. Helaas was ik weinig succesvol. Ik werd zelfs afgewezen voor de functie van secretaris van de baas van een Kentucky Fried Chicken-restaurant.

 

“In 1995 kreeg ik de kans om als tolk mee te gaan met een handelsdelegatie naar Seattle. Daar liet een vriend me voor het eerst kennismaken met het internet. We zochten bij Yahoo op het woord ‘bier’, en ontdekten dat er niets over China genoemd werd. ‘Het besluit om een website te lanceren was snel genomen en we registreerden de naam ‘China Pages’.

 

“Ik leende tweeduizend dollar om het bedrijf op te zetten. Van pc’s of e-mail had ik de ballen verstand. Ik had tot op dat moment nog nooit een toetsenbord aangeraakt. Dat is waarom ik mezelf een ‘blinde die op de rug van een blinde tijger rijdt noem.’

 

“Ongeveer een jaar lang hebben we met China Telecom geconcurreerd. De algemeen directeur van China Telecom bood aan 185.000 dollar te investeren in een nieuw op te richten joint venture. Ik had van mijn leven nog niet zoveel geld bij elkaar gezien. Maar jammer genoeg kreeg China Telecom vijf zetels in de Raad van Bestuur. En ik twee. Alle voorstellen die we deden, wezen zij af. We waren net een olifant en een mier. Toen heb ik maar ontslag genomen. Meteen daarna kreeg ik een aanbod om naar Beijing te komen als hoofd van een nieuwe overheidsgroep die e-commerce moest gaan promoten.

 

“Het was mijn droom een eigen e-commerce onderneming op te zetten. In 1999 heb ik achttien mensen in mijn appartement bijeen gebracht, waar ik toen twee uur lang tegenaan heb zitten praten over wat ik voor ogen had. Ze legden allemaal hun geld op tafel – en daarmee hadden we 60.000 dollar waarmee we Alibaba konden opzetten. Ik wilde een wereldomspannend bedrijf, dus koos ik een wereldomspannende naam. ‘Alibaba’ is makkelijk te spellen en overal ter wereld associeert men die naam met ‘Sesam, open u’, het commando waarmee Ali Baba de deuren opende naar de verborgen schatten uit duizend-en-een-nacht.

 

“Er zijn drie redenen waarom we het hebben overleefd: we hadden geen geld, we hadden geen technologie, en we hadden geen plan. Iedere dollar gaven we met de grootst mogelijke voorzichtigheid uit. We openden een kantoor in mijn appartement en konden pas uitbreiden toen we geld wisten los te peuteren bij Goldman Sachs in 1999, en toen nog eens bij de Softbank Corporation in 2000.

 

“We zitten nu in China omdat ik in één ding geloof: verdien lokaal met een wereldwijde visie. Ons business plan hebben we zelf ontworpen. Onze opzet is kleine en middelgrote ondernemingen te helpen geld te verdienen. We hebben nooit een Amerikaans model gekopieerd, zoals zoveel Chinese internetondernemers hebben gedaan. We hebben ons nadrukkelijk gericht op de kwaliteit van onze producten. Het moet gaan van ‘klik en pak het’. Als ik dat niet kan krijgen, dan deugt het niet.

 

“Ik noem Alibaba ‘1001 fouten’. We groeiden te snel en toen de internetzeepbel barstte, moesten we mensen ontslaan. Tegen 2002 hadden we nog net genoeg geld om het nog achttien maanden te kunnen uitzingen. Er maakten een heleboel gratis abonnees gebruik van onze site en we hadden geen idee hoe we nog geld konden verdienen. Dus toen hebben we een product ontwikkeld waar Chinese exporteurs online Amerikaanse kopers konden ontmoeten. Dat model is onze redding geweest. Vandaag de dag is Alibaba zeer winstgevend.

 

“De lessen die ik van die donkere dagen bij Alibaba heb geleerd, is dat je allereerst moet zorgen dat je team waarde, innovatie en visie heeft. En ook dat als je niet opgeeft, je nog altijd een kans hebt. En dat, als je klein bent, je heel doelgericht moet zijn en je het van je hersens moet hebben en niet van je spieren.

 

“De beursgang is een belangrijke mijlpaal voor Alibaba. De tijd was er rijp voor. Onze b2b onderneming heeft zich gevestigd, de markt staat er gezond bij, en we hebben een krachtig management. Uit hoe we ontvangen zijn, kun je opmaken dat je als Chinese onderneming van het vasteland een notering kunt krijgen in Hong Kong en toch een sterke validatie kunt krijgen en belangstelling van wereldwijde investeerders.

 

“Het is mijn visie een e-commerce ecosysteem op te bouwen met behulp waarvan consumenten en bedrijven alle aspecten van het zakendoen online kunnen afwikkelen. Met Yahoo stappen we in de zoekmachines en we hebben al veiling- en betaalsites gelanceerd. Ik wil een miljoen banen scheppen, China’s maatschappelijke en economische omgeving omvormen en er de grootste internetmarkt ter wereld van maken.

 

“Ik ben gewoon een purist. Wat voor mij belangrijk is in mijn leven, is dat ik iets kan doen dat de levens van veel mensen kan veranderen en van invloed kan zijn op de ontwikkeling van China. Als ik mezelf ben, ben ik ontspannen en gelukkig en haal ik goede resultaten.”

 

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Auteur: Rebecca Fannin, vertaling Chris Sprangers

Copyright Inc. Magazine, 2008