“Ik was zesentwintig toen we in 1995 ons reclamebureau hadden verkocht en ik in de wereld van het internet stapte. In die tijd waren er een stuk of vijftien internetbedrijven in Nederland en zo’n twaalf ervan kenden elkaar. Dat was de hele Nederlandse internetindustrie. Iedereen voelde zich remi en daarom zochten we elkaar veel op. Iedereen dacht dat wij gek waren, behalve wijzelf. ‘Dit gaat wat worden hè? Tóch?’, zeiden we de hele dag door tegen elkaar om elkaar moed in te praten. Pas drie jaar later werd duidelijk dat dat internet wel wat zou gaan worden.
Samen met een paar jongens was ik een bedrijfje begonnen dat websites bouwde. Dat deed niemand nog. En omdat we geld nodig hadden begonnen we daarnaast een advertentiebedrijfje voor internet. En nóg een bedrijfje, en nog één. We hielden zes, zeven balletjes in de lucht, allemaal bedrijfjes die een paar honderd gulden opleverden. Ik verdiende misschien iets meer dan duizend gulden in de maand. Maar toen ineens: pang! Internet knalde en uit het niets draaiden die balletjes bij elkaar tien miljoen omzet. NU.nl was ook zo’n idee waarover we in totaal zo’n vijf uur vergaderd hebben, de rest was gewoon knallen. Daar kon geen krant tegenop natuurlijk. Wij waren sneller, creatiever, hoefden niet vier weken te vergaderen over een besluit.
Wij waren sneller, creatiever, hoefden niet vier weken te vergaderen over een besluit.
Voorwaarde voor dat succes en ook dat van andere bedrijven is steeds dat het gaat om een single minded idee. Bij NU.nl is het simpelweg: het laatste nieuws als eerste gebracht. Aan de achterkant is het vaak mega complex terwijl het aan de voorkant extreem simpel is. Als wij een bedrijf beginnen, starten we steeds gewoon met een goeie naam, een goed logo en een mooie website. Het ziet er dan gelijk geweldig uit terwijl er ondertussen gewoon twee gekken op een zolderkamer wat zitten te fröbelen.
Dit artikel komt uit Sprout Magazine.
Ik heb altijd met andere, goede mensen samen gewerkt, anders komt er geen reet van terecht. Het gaat altijd om het idee èn de persoon die voor je zit. Ik krijg elke dag wel een paar ideeën toegestuurd. In de meeste gevallen heb ik in een paar minuten door of iets kansrijk is of niet. Je ziet al snel of iemand een ondernemer is of een ondernemer wil zijn. Die laatste mensen schrikken vaak al van een contract. Ik onderteken elke maand wel twintig contracten. Het is de dood of de gladiolen. Altijd. Ik word daar niet zenuwachtig van.
Je ziet al snel of iemand een ondernemer is of een ondernemer wil zijn.
Een van de dingen die je niet moet doen is focussen op geld verdienen. Laat het idee nu eerst maar eens succesvol zijn en dan volgt de rest vanzelf. Soms gaat de doorbraak direct als een tierelier, zoals NU.nl en Netdirect waarmee we de eerste jaren gelijk schofterig veel geld verdiend hebben. Andere dingen duren soms jaren, terwijl er niks mis is met het idee. Die doorbraak kun je soms niet forceren. Dan ben je afhankelijk van anderen, van producten of nieuwe releases van Adobe, Microsoft, Google of Facebook.
Internet is iets bijna heiligs voor mij. Het dient een hoger doel. Elk mens in de wereld is nu in potentie verbonden met de rest van de mensheid door dat internet. Een volgende doorbraak is dat we van een tweedimensionale wereld steeds meer naar driedimensionaal gaan. Zeg maar Second Life in 3D op Facebook. Dat je je Facebookvrienden letterlijk ontmoet ergens in een parallel universum. We zijn nu parallelle universums aan het creëren en dat bereidt ons voor op een bewustzijn waarin we eraan gaan wennen dat de fysieke werkelijkheid die we nu kennen niet de enige werkelijkheid is die bestaat, maar dat er parallelle werkelijkheden bestaan. Noem het een hemel.”
Fotografie: Wouter Went