Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Ontdek jouw persoonlijke productiviteitsstijl in het hybride normaal

Wil jij ook weten wanneer en hoe jij op je productiefst bent? Met jouw persoonlijke productiviteitsstijl lever je betere prestaties en blijf je optimaal in balans.

Met de fiets naar het werk
Foto: Getty Images

Hoe werk jij het beste? Wanneer ben je het meest productief? En wat is daarvoor nodig? Het is misschien wel belangrijker dan ooit om jezelf deze vragen te stellen. In de pre-covid wereld was het uittekenen van een persoonlijke productiviteitsstijl minder nodig. Maar dat is door de opkomst van het hybride werken veranderd. We moeten opnieuw uitvinden hoe we onze tijd het beste indelen en op welke manier we het meest efficiënt werken. Je prestaties en productiviteit worden beïnvloed door de werkstrategie waarvoor je kiest.

Terug naar kantoor? Alles wat daarbij komt kijken, vind je in deze serie.

Zelfmanagement en productiviteit

‘In de hybride context ben je meer afhankelijk van zelfmanagement en zelfsturing,’ zegt Hylco Nijp, onderzoeker en docent bij HAN University of Applied Sciences. ‘Sommige mensen vinden dat heel moeilijk. Maar het geeft juist meer ruimte voor het ontwikkelen van persoonlijke productiviteitsstrategieën. Pluk daar de vruchten van.’ Je voelt je bovendien beter als je zelf invloed hebt op je werktijden, zegt Nijp. In zijn proefschrift concludeert hij onder meer dat dit goed is voor je werk-privébalans, je motivatie en je gezondheid.

Lees ook: Hybride werken: zo vind je opnieuw een goede werk-privébalans

Vier cognitieve productiviteitsstijlen

Wat is nu precies zo’n persoonlijke productiviteitsstijl? Hoe ontdek je die? In een artikel voor FastCompany onderscheidt businesscoach Carson Tate vier cognitieve stijlen: die van de Prioritizer, de Planner, de Arranger en de Visualizer.

Arrangers geven de voorkeur aan ondersteunend, expressief en emotioneel denken. Ze blinken uit in samenwerking en zijn dol op netwerken. Ze houden alle belanghebbenden op de hoogte van het werk en communiceren ideeën effectief in de hele organisatie. Planners houden juist meer van georganiseerd, gepland en gedetailleerd denken.

Voorkeuren en behoeften

Als je eenmaal weet wat je eigen stijl is, kun je volgens Carson verschillende hulpmiddelen en strategieën inzetten om je productiviteit te verhogen. Nijp ziet wel wat in de ideeën en adviezen van Carson, maar denkt niet dat productiviteitsstijlen zo makkelijk in categorieën kunnen worden ingedeeld. ‘Natuurlijk heeft iedereen andere voorkeuren en behoeften. En het is zeker goed om van jezelf te weten wat die zijn. Maar het is niet zo eenvoudig om specifieke strategieën en stijlen te benoemen.’

Tijdmanagement

Nijp geeft aan dat het barst van de productiviteitstips in boeken, artikelen en blogs. Alleen ontbreekt daarin de consistentie. Om er toch een beetje systematiek in aan te brengen, dook hij in de wetenschappelijke literatuur. ‘Vanuit de arbeidspsychologie is slimmer werken een erg interessant onderwerp. Veel mensen gaan flexibeler werken. Dan is het van belang dat je jezelf, en dus ook je tijd, beter organiseert.’ Door te kijken naar de verschillende theoretische modellen over werk in relatie tot goed functioneren, kwam Nijp tot een aantal overkoepelende adviezen.

#1 Zorg goed voor jezelf

Als je goed voor jezelf zorgt, functioneer je beter. Zoek daarom naar dingen waar je warm voor loopt, waarvoor je echt gemotiveerd bent. Investeer vervolgens in het ontwikkelen van die (gewenste) vaardigheden.

#2 Inspanning

Dit is de tijd en de energie die je in je werk steekt. Inspanning is nodig om dingen gedaan te krijgen, maar het is geen doel op zich. ‘Wees kritisch’, zegt Nijp. ‘Vraag jezelf af of een bepaalde taak echt op dit moment gedaan moet worden, of dat het misschien ook op een ander tijdstip kan. Wees selectief en stel grenzen. Maak de inspanning niet groter dan nodig.’

#3 Opbrengst

Doe dingen waar je echt iets aan hebt, anders kost het alleen maar tijd en energie. En ja, soms moeten bepaalde dingen gewoon gebeuren. Blijf je daarbij wel afvragen wat je eigen doelen zijn. ‘Probeer toch wat sturing aan te brengen’, adviseert Nijp. ‘Als je alsmaar erg moe bent, dan kan dat liggen aan een gebrek aan “opbrengst”. Dat kan leiden tot psychologische vermoeidheid.’

#4 Ontspanning

Goede ideeën ontstaan vaak op de momenten dat je even niet aan het werk bent. Ga eens een stuk fietsen of wandelen. Daardoor word je creatiever en worden je gedachten gereorganiseerd. Ook levert het meer energie op. Je werkt nu eenmaal beter en effectiever als je niet vermoeid bent. Nijp: ‘Soms kan je in zes uitgeruste uren meer doen dan in acht vermoeide uren.’

#5 Verbinding

Blijf sociaal actief en betrokken. We zijn in ons werk vaak erg op onszelf gericht, maar het is belangrijk om met je collega’s in verbinding te blijven. Uit onderzoek blijkt dat het juist heel goed voor jezelf is om iets voor een ander te doen. Dat zorgt voor een fijn en vrolijk gevoel. ‘Giving time gives you time’, zegt Nijp. ‘Door iets voor een ander te doen, relativeer je je eigen drukte.’

Bovenstaande tips helpen je bij het vinden van jouw optimale productiviteitsstijl. Individuele voorkeuren en ritmes spelen daarbij altijd een rol, terwijl het ook afhangt van de mogelijkheden die het werk en de organisatie je bieden. Nijp denkt dat de meeste mensen goed kunnen aanvoelen wat voor hen het beste werkt. Maar het is wel belangrijk dat dit door de werkgever wordt gefaciliteerd. ‘Mensen verschillen in hun dag- en nachtritme. Sommige mensen gaan het liefst zo vroeg mogelijk aan het werk, anderen beginnen liever wat later. Het werk heeft er alleen maar baat bij als zij daarvoor de ruimte krijgen.’

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Experimenteren met je persoonlijke productiviteitsstijl

Ben je er zelf nog niet helemaal achter wat nu het het beste bij jou past of wanneer je op je productiefst bent? Nijp geeft nog een paar laatste tips: ‘Hou je werkritme bij. Schrijf op hoeveel je werkt, wat je allemaal doet, of en wanneer je pauzes houdt en hoe je de werkdag hebt beleefd.’ Daarbij mag je wat hem betreft gerust een beetje experimenteren. Laat de telefoon gewoon eens liggen en ga een uurtje wandelen. ‘Laat het een beetje los. Voel je niet verplicht om alsmaar aan het werk te zijn.’

Bedenk daarbij wel wat je doelen zijn, zowel wat werk betreft als privé. Een privédoel kan zijn dat je genoeg naar buiten gaat. Of dat je echt gaat genieten van de herfst. Hou rekening met die doelen in je werk- en vrijetijdsplanning, zodat je grenzen stelt. Want ook dat is van belang in een hybride werkomgeving.

Lees ook: Productiever worden? Probeer de Wet van Parkinson eens