Artificiële intelligentie (AI) mag dan nog altijd in de kinderschoenen staan, we besteden er al meer tijd aan dan aan onze partners, vrienden en collega’s. Voor Tomas Chamorro-Premuzic is er is geen twijfel mogelijk: AI zal ons leven, onze omgang met elkaar en onszelf compleet veranderen.
Deze professor in businesspsychologie aan University College London en chief innovation officer bij ManpowerGroup buigt zich over ‘een vraag die tot nu toe wordt genegeerd’: de impact van AI op ons gedrag. Het antwoord staat in zijn boek I, Human.
AI heeft meer impact dan je denkt
Zijn assessment is niet voor de poes. AI maakt ons dommer, ongeduldiger, bekrompener, intoleranter, verslaafder, narcistischer, onverschilliger… ‘We zijn saaie en voorspelbare wezens geworden’, schrijft hij.
Chamorro-Premuzic is niet tegen AI, integendeel. AI kan prima worden ingezet ‘om ons werk zinvoller te maken, ons potentieel te ontsluiten, ons begrip van onszelf en anderen te vergroten en een minder bevooroordeelde, rationelere en zinvollere wereld te creëren.’
We zijn inmiddels vergroeid met onze smartphones en andere digitale apparaten
Hoe kan het dan dat AI zoveel slechte kantjes in ons naar boven haalt? Omdat wordt ingespeeld op fundamentele levensvragen die we al duizenden jaren lang stellen. De simpele versie hiervan: ‘Wat is er aan de hand, wat vinden mensen van mij, wat zijn mijn vrienden van plan en hoe sta ik in dit leven?’
Lees ook: Je koelkast kent je straks beter dan je partner
Magneet voor oerbehoeftes
AI lijkt op onze oerbehoefte aan verbinding, competitie en zingeving het antwoord te geven. Dat is de magnetische werking ervan, in een digitaal ecosysteem dat alom aanwezig is. We zijn inmiddels vergroeid met onze smartphones en andere digitale apparaten.
We hebben onszelf ‘in menselijke wearables‘ veranderd, zegt Chamorro-Premuzic. Alles wat we doen, wordt inmiddels digitaal geregistreerd. Algoritmes leren zo alles over ons gedrag. AI kan inmiddels onze persoonlijkheid niet alleen beter inschatten dan onze vrienden, maar ook beter dan wijzelf.
AI is bezig met vormgeven aan de manier waarop wij denken, leren en beslissingen nemen
We zijn niet zo onvoorspelbaar als we denken. We zijn zelfs vrij consistent. Aan onze unieke gewoontes liggen duidelijk te identificeren patronen ten grondslag. En jouw persoonlijke syntaxis, zoals Chamorro-Premuzic dat noemt, is wat met AI te gelde wordt gemaakt.
Wij worden versimpeld
Om dat nog beter te kunnen doen, is het voor AI gemakkelijker om het model – wij dus – te versimpelen. En dat is precies wat nu gebeurt. AI is bezig met vormgeven aan de manier waarop wij denken, leren en beslissingen nemen.
‘Elke minuut die we online besteden is ontworpen om ons gedrag te standaardiseren en ons beter voorspelbaar te maken.’ Het businessmodel van de techgiganten draait daar ook om, en het is een lucratief businessmodel.
De oorlog om onze focus heeft ‘een episch niveau’ bereikt
Alleen heeft dat voor ons wel grote gevolgen, schrijft Chamorro-Premuzic. Voor MT/Sprout halen we er drie voor het voetlicht, met tips om wat minder voorspelbaar te worden.
#1 Verlies van concentratie
Er zijn maar 24 uur in een dag, onze aandacht is sowieso beperkt. Zonder aandacht geen gegevens, en zonder data geen AI. De oorlog om onze focus, al is het maar een paar seconden, heeft ‘een episch niveau’ bereikt.
We zijn vandaag al 40 procent van onze tijd actief online. De rest van de tijd zijn we passief online, zelfs wanneer we slapen. Aangezien zoveel businessmodellen afhankelijk zijn van onze aandacht, wordt AI ingezet als een wapen van mass distraction.
Clicks, likes, views, tags en andere datagestuurde meetbare gegevens zijn van cruciaal belang voor AI om consumenten beter te begrijpen, te beïnvloeden en gedrag te voorspellen.
Werknemers reiken gemiddeld twee keer per minuut naar hun smartphone
Met notifications, messages, posts, likes en andere door AI gestuurde beloningen wordt onze aandacht gegijzeld. Ze creëren een constante staat van hyper alertheid, onderbrekingen en afleidingen.
Productiviteit daalt ook
Het resultaat: een verslechtering van de concentratie, waardoor ADHD-achtig gedrag ontstaat, zoals rusteloosheid, hyperactiviteit, impulsiviteit en snel verveeld zijn. ‘Dat zal onvermijdelijk gevolgen hebben voor ons vermogen om serieus na te denken over belangrijke sociale en politieke kwesties.’
Maar ook onze productiviteit daalt hierdoor. Werknemers reiken gemiddeld twee keer per minuut naar hun smartphone voor sociale activiteiten. Zelfs kenniswerkers, die sowieso al de hele dag digitaal actief zijn, besteden zo’n 25 procent van hun werktijd aan andere digitale afleidingen.
De digitale afleiding kost de VS 650 miljard dollar per jaar. Studies wijzen erop dat het verlies aan productiviteit door al die digitale afleiding wel eens vijftien keer hoger zou kunnen zijn dan absenteïsme, afwezigheid door ziekte en gezondheidsproblemen.
Lees ook: Waarin AI faalt volgens deze psycholoog
Wat kunnen we doen?
Er is een hele eenvoudige oplossing: minder gebruik maken van technologie. Vervang een deel van de tijd die we besteden aan online activiteiten door offlineactiviteiten. Om minder afgeleid te worden, hebben we ‘een meedogenloze zelfdiscipline’ nodig.
Om onze zelfbeheersing een boost te geven, is regelmatig bewegen een must. Liefst niet met de hulp van apps. Een andere universele activiteit met enorm veel voordelen, zoals meer energie en zelfbeheersing, is slapen.
#2 Botvieren van impulsen
Algoritmes laten een eindeloze reeks digitale wortels voor ons neus bungelen, waar we meteen op reageren. Ze ondermijnen ons geduld en ons vermogen om korte termijn bevrediging uit te stellen om daar op lange termijn de vruchten van te plukken.
Qua geduld zijn we afgedaald tot het niveau van een vijfjarige
Een derde van de bezitters grijpt naar zijn of haar smartphone binnen vijf minuten na het ontwaken. Veertig procent checkt zijn of haar smartphone ook ‘s nachts. Het lijkt wel alsof ‘onze hersenen intellectueel zijn verdoofd door AI’.
Maar wat vroeger nog werd gezien als typisch gedrag van verslaafden, is vandaag ‘het nieuwe normaal’, schrijft Chamorro-Premuzic. Ons bloed kookt als het twintig seconden duurt om een film te downloaden. ‘Een trage verbinding is het moderne equivalent van middeleeuwse martelingen.’
Onze impulsiviteit is onbeheersbaar geworden. ‘Als soort waren we ooit zo trots op onze zelfbeheersing, onze daadkracht, onze bedachtzaamheid en op ons vermogen om instant bevrediging uit te stellen. Qua geduld zijn we afgedaald tot het niveau van een vijfjarige.’
Wat kunnen we doen?
Zorg voor minder digitale wortels, word minder voorspelbaar. Creëer een rijkere, meer omvattende, complexere, diepere en gevarieerde versie van ons mensen. Injecteer wat vaker een minimale dosis innovatie.
Boost je nieuwsgierigheid. Zoek proactief naar informatie die tegen eigen opvattingen ingaat. Kijk naar iets anders dan wordt aanbevolen op Netflix. Link met figuren op social media die uitdagen in plaats van bevestigen, rijd een andere route naar het werk, verander van hobby.
#3 Aanwakkeren van narcisme
De digitale wereld stimuleert gedrag dat in de echte wereld nooit zou werken. AI moedigt ons aan om alles te delen, zonder filters of remmingen. Anderen zullen dit – meestal fake – liken, waarmee algoritmes onze zelfpromotie nog versterken.
In 2050 vinden we Elon Musk, Kim Kardashian en Cristiano Ronaldo nogal bescheiden
Maar tijdens een vergadering in de echte wereld zullen collega’s het niet accepteren dat we alleen over onszelf praten. Ze zullen hints geven over onaangename gedrag en zelfs weglopen als we door blijven tetteren.
Onderzoek bewijst de link tussen narcisme en sociale media. Het is zelfs tweerichtingsverkeer: hoe meer we sociale media gebruiken, hoe narcistischer we worden.
AI heeft narcisme genormaliseerd, vindt Chamorro-Premuzic. We zijn geobsedeerd met onszelf, de uitingen daarvan delen we ook online. Hij verwacht dat dit alleen maar erger wordt. ‘Wanneer we in 2050 terugkijken, vinden we zelfs figuren als Elon Musk, Kim Kardashian en Cristiano Ronaldo waarschijnlijk nogal bescheiden.’
Wat kunnen we doen?
Het antigif is hier ook heel eenvoudig: bescheidenheid. Meer waarde hechten aan empathie, meer respect hebben voor anderen en meer nadenken. ‘We hebben de kracht om anderen te ontmoedigen om zich zelfingenomen en arrogant te gedragen.’
Niet verliefd worden op onszelf, realistisch zijn over onze talenten, de voorkeur geven aan bescheiden mensen, het zijn volgens de auteur allemaal redelijk haalbare manieren, zelfs in een AI-tijdperk.
Lees ook: Narcistische leiders richten nog jaren na hun vertrek schade aan