Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Ondernemer Ton van der Veldt ontwerpt zelf dit spectaculaire nieuwe hoofdkantoor van AFAS

AFAS-medeoprichter Ton van der Veldt dook drie jaar onder om samen met zijn broer een nieuw hoofdkwartier te ontwerpen voor zijn bedrijf in Leusden. 'Verhuizen naar de Zuidas? Daar wil je toch niet zitten?'

AFAS
Wat: bedrijfssoftware
Wie: Ton van der Veldt, Piet Mars
Sinds: 1996, na een management buy-out uit Getronics
Omzet 2017: 121 miljoen
Winst: 44 miljoen
Medewerkers: 395
Klanten: 10.000 bedrijven
Waar: Leusden

“Mensen die ons bezoeken krijgen straks zó’n waanzinnige indruk”, zegt Ton van der Veldt, een van de twee founding fathers van de maker van bedrijfssoftware AFAS. “Als ze aan komen rijden zien ze de koepel van het theater al. Dan lopen ze door het gebouw, en denken ‘jeetje, wat is dit gaaf’.”

De ondernemer kijkt vanuit zijn fraai gelegen werkruimte uit op een enorme bouwput aan de overkant van de straat. Als het goed is, lopen AFAS-medewerkers op de plek van die inmiddels met de eerste heipalen bezaaide modderpoel vanaf januari 2021 hun nieuwe kantoor binnen.

Theater

Het nieuwe ‘AFAS Experience Center‘ (44.000 m2, 750 werkplekken) krijgt een eigen theater voor 820 toeschouwers, een restaurant met 700 plaatsen en een atrium voor evenementen en tentoonstellingen. Buiten is er plek voor sportvelden en een wandelpark inclusief heuvel. Auto’s worden straks gestald in een twee verdiepingen tellende parkeergarage met 760 plekken.

“We kochten die grond omdat we iets wilden plannen voor onze toekomst”, blikt Van der Veldt terug op het moment dat hij samen met medeoprichter Piet Mars zijn kans greep en het terrein kocht waar voorheen de Bankgirocentrale stond. In dat gebouw verwerkten Nederlandse banken voor het internettijdperk hun transacties en acceptgiro’s.

Ton van der Veldt
Ton van der Veldt in zijn oude kantoor, uitkijkend over de bouwplaats

Een passend toeval, knikt Van der Veldt instemmend, dat uitgerekend de Bankgirocentrale een belangrijke rol speelde in de geschiedenis van de automatisering in Nederland. Maar technisch had de “industriële bunker”, zoals Van der Veldt het noemt, geen toekomst meer. Daardoor moest het – net als de gedateerde mainframes waaraan het ooit onderdak bood – plaats maken voor iets nieuws.

Toekomst

Van der Veldt herinnert zich het moment dat hij samen met Mars besloot om de grond te kopen nog goed, 9 jaar geleden. “We stonden uit het raam te kijken, en zeiden tegen elkaar: dat zou toch wel heel mooi zijn voor onze verdere toekomst en groei.”

Opmerkelijk genoeg had AFAS amper 6 jaar daarvoor een spiksplinternieuw kantoor laten neerzetten. Maar de twee ondernemers wilden ver vooruit kijken. “We zijn altijd bezig geweest met onze toekomst. Hoe staan we er over 5 jaar voor, of over 10 jaar?”

Groei

Geen gekke gedachte voor een bedrijf dat de afgelopen jaren gestaag groeide van 300 medewerkers in 2013 tot bijna 400 nu. Aan kapitaal ook geen gebrek, in 2017 bleef er ruim 44 miljoen euro aan nettowinst over, op een omzet van 121 miljoen.

Van der Veldt: “Toen we begonnen met AFAS maakten we al 5-jarenplannen. Die begrotingen werden altijd minimaal gehaald, of overschreden.” Het mooie is, zegt hij: “Als je een helder doel hebt, en dat geldt ook voor bijvoorbeeld de sportwereld, dan ga je dat doel ook achterna en zul je het vaak ook halen.”

Tijd zat

Dat vooruitkijken zorgde ervoor dat het nieuwe onderkomen niet onder hoge tijdsdruk af hoefde te komen, en dat het terrein voorlopig nog best even braak kon blijven liggen. “Ik zei, ik ga alvast de plannen ontwikkelen, daar hebben we tijd zat voor.” Van der Veldt nam een jaar de tijd om eerst alle eisen samen te vatten die het gebouw zou moeten hebben.

Daarna brak een periode van 3 jaar aan waarin de ondernemer naar eigen zeggen “ondergedoken” zat om een plan van aanpak uit te schrijven, samen met zijn broer, die architect is. “Dat ging behoorlijk in de details”, erkent Van der Veldt, maar hij kijkt er met veel plezier op terug. “We zeiden tegen elkaar, ook al wordt het niks, dan hebben wij in ieder geval ontzettend veel lol gehad.”

Het scheelde dat de ondernemer rond diezelfde tijd het ceo-stokje overdroeg aan zijn zoon Bas van der Veldt.  “We wilden die jongens de vrije hand geven om de dagelijkse leiding te doen”, zegt hij, ook verwijzend naar Arnold Mars, die op zijn beurt zijn vader opvolgde als CFO.

Offerte

Naarmate de bouwplannen vorderden moest Van der Veldt meerdere partijen aanhaken, waaronder een constructeur, een installatie-adviseur, een bouwfysica-adviseur en een ander architectenbureau om alle details uit te tekenen. “Met die groep zijn we een kleine 2 jaar bezig geweest om het project ‘bestek-rijp’ te maken.” Die complete beschrijving van het bouwproject was begin 2017 af, waarna het offertetraject werd gestart. 


Een deel van een (3D-geprintte) maquette van het nieuwe hoofdkwartier

Gunnen

Tijdens het ontwerpproces veranderde het gebouw van vorm en inhoud. Zo was er in eerste instantie een inpandig kinderdagverblijf gepland, maar dat idee heeft het uiteindelijk niet gehaald. “We dachten, we moeten de ondernemers om ons heen ook iets gunnen”, zegt van der Veldt over thuisgemeente Leusen. “Je moet niet alles zelf faciliteren.” Hetzelfde gold voor plannen voor een eigen wasserij. De catering besteedt AFAS ook bewust niet uit; het bedrijf heeft zijn eigen chefkok in dienst.

We moeten de ondernemers om ons heen ook iets gunnen

Familiebedrijf

AFAS doet zijn naam als familiebedrijf eer aan: behalve dat Van der Velt zijn broer als architect aantrok, is degene die het project van dag tot dag op bouwkundig gebied begeleidt de broer van zijn compagnon Piet Mars. “Ondernemen is vertrouwen hebben in wat je doet, maar ook vertrouwen in de mensen om je heen”, zegt Van der Veldt over die persoonlijke aanpak.

De kosten van het project onthult hij niet. “Maar daar schrik je altijd van”, erkent hij nuchter. De manier waarop het gebouw werd aanbesteed was volgens hem redelijk uniek. “We hebben geen traditioneel aanbestedingsproces gedaan. We wilden het zelf in de hand houden en leveranciers niet alleen op de prijs selecteren. We willen er ook een goed gevoel bij hebben.”

Lees ook: AFAS kaapt de Heineken Music Hall; zo groot is het marketing imperium van dit familiebedrijf

Animo

Om dat gevoel uit te dragen kreeg het project zijn eigen website, waardoor zich alvast meerdere leveranciers aanmeldden. Van der Veldt organiseerde een informatiesessie in het theater van het huidige AFAS-kantoor, waar 98 bedrijven op af kwamen. Van der Veldt legde de groep uit dat hij op zoek was naar partijen die ook ervaring hadden met het bouwen van theaters en grote parkeerkelders. 

Het is voor die partijen echt een visitekaartje

De grote animo onder bouwers is ook te danken aan het feit dat het een prestigeproject is. “Het is een geliefd project, het is voor die partijen echt een visitekaartje.”

Na een afvalrace bleef Dura Vermeer over als bouwer, Homij kreeg de installatie-opdracht. Bedrijven waar Van der Veldt een “goed gevoel” bij had. Dat gevoel speelde ook een rol toen AFAS, na een eerste periode als huurder, besloot om het huidige kantoor drie jaar geleden te kopen. “Omdat we de baas wilden blijven over de bestemming hierna.” Van der Veldt wil ook nadrukkelijk geen bijdrage leveren aan de leegstand van kantoren, “dat willen we absoluut niet”.

“We willen ervoor zorgen dat we een hele goede opvolger krijgen. We hebben een groot partnernetwerk van bedrijven die aanvullende diensten leveren op ons. Het zou heel mooi zijn als het een verzamelgebouw zou worden voor dat soort bedrijven.”

Afleiding

Hoewel Van der Veldt veel tijd en energie in het project steekt, is hij tegelijk de enige AFAS’er die dat doet. “Een pand bouwen is natuurlijk iets heel anders dan software. Dus je moet mensen die daar niks mee hebben niet van hun werk houden.”

Een verhuizing uit Leusden is “nooit aan de orde geweest”, zegt Van der Veldt. “Ten eerste omdat er een prachtig stuk grond lag. Ten tweede zijn we heel blij met onze ligging, centraal en goed bereikbaar.”

Niet naar de Zuidas

De Zuidas, daar zou je toch niet moeten willen zitten?

Amsterdam? Van der Veldt moet er niet aan denken. “Ik reed gister toevallig nog langs de Zuidas, en ik zei: ‘hier zou je toch niet moeten willen zitten? Wie valt daar nog op, tussen al die reuzen van kantoorgebouwen?’ We hebben het ook nooit als tekortkoming gezien, dat we hier zitten, maar altijd als een voordeel. In Leusden ga je straks opvallen.”

Van der Veldt vindt het niet jammer dat de ontwerp- en planningsfase achter de rug is. “Nu gaan we het realiseren. Dat is gaaf, dat je het nog echt gaat doen ook.”

Enthousiasme

Het project moet behalve bij klanten ook bij medewerkers zorgen voor enthousiasme – een belangrijke kwaliteit, vindt Van der Veldt. “Wij willen mensen die enthousiast zijn, we hebben een hekel aan azijnpissers. Wees enthousiast en zorg dat je gedreven bent. Heel veel van onze mensen bezoeken klanten, dus het begint al bij het eerste verkoopgesprek.”

Top of the bill

“Weet je, software is ook maar software, en wat wij maken is misschien niet de meest spannende soort. Maar voor de bedrijven waar wij mee werken, willen we wel top of the bill zijn.” 

Of het gebouw ook in de praktijk de beloofde ‘ervaring’ wordt, moet blijken bij de oplevering in 2021. Het nieuwe onderkomen moet in ieder geval groot genoeg zijn om het groeiende bedrijf de komende twee decennia te kunnen huisvesten.

Afsluiting

Dit is voor mij een mooie afsluiting

Wekelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Van der Veldt werd die drie jaar geleden onderscheiden als Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Onder meer omdat hij ervoor zorgde dat 4 procent van de jaarlijkse winst naar goede doelen gaat.

Het nieuwe pand wordt waarschijnlijk zijn laatste grote klus. “Ik ben nu 63, over drie jaar is het gebouw klaar, dan ben ik 66. Dat is voor mij wel een mooie afsluiting. Voor AFAS is het straks the next step, het zorgt voor zoveel extra belevening. Mensen die ons bezoeken moeten straks thuis komen en zeggen: ik ben vandaag bij een bedrijf geweest, die zijn anders dan anderen. Welke ondernemer heeft een eigen theater, met een eigen restaurant?”