Als we iets willen maar het niet doen, denken we vaak dat het ons ontbreekt aan motivatie. Maar dat is niet waar, zegt auteur en presentator Mel Robbins. De mens is niet gemaakt om dingen te doen waar we ons ongemakkelijk bij voelen – onze hersenen willen vooral dat we overleven. En dat bijt, want om ergens goed in te worden, of om bijvoorbeeld een bedrijf te starten, moeten we soms dingen doen die eng zijn.
Robbins is al een paar jaar bezig met het onderwerp en hield zich lange tijd vooral bezig met de vraag waarom het vaak zo veel moeite kost om de kleine dingen te doen, zoals iets zeggen in een vergadering. We kennen allemaal wel momenten in een meeting dat we een idee hebben, maar twijfelen om het uit te spreken.
Waar we volgens Robbins te weinig bij stilstaan, is wat er gebeurt op de momenten dat we twijfelen om iets te doen. Die twijfel zendt een stresssignaal naar je hersenen. ‘Je brein wordt wakker gemaakt en denkt: “Er is iets aan de hand. Je twijfelt, dus je staat op het punt om iets gevaarlijks te doen. Dat gaan we tegenhouden”’, zegt Robbins. Wil je dat ‘gevaarlijke’ toch doen, dan moet je dat zelf besluiten.
Dingen doen, je plannen uitvoeren, hangt dus niet af van motivatie, maar van je besluit om het te doen. De kunst is om je brein te gebruiken voordat het je tegenhoudt, blijkt uit persoonlijke ervaringen die Mel Robbins deelt. Ze kreeg zichzelf uit een enorme impasse door iets wat ze later de ‘vijfsecondenregel’ ging noemen. Het begon met een raketlancering die ze op tv zag.