Start-ups in watertechnologie trekken steeds meer naar Friesland, waar kennisinstituut Wetsus het schoolvoorbeeld is van open innovatie.
Universiteiten hebben ze niet in Friesland. Maar sinds een jaar of 6 hebben ze wel hét kennisinstituut op het gebied van water binnen de provincie. Met ruim 90 participerende bedrijven en 15 kennisinstellingen uit binnen- en buitenland 'een schoolvoorbeeld van open innovatie', aldus grondlegger Johannes Boonstra.
Boonstra had samen met collega Cees eind 2003 het idee de gefragmenteerde kennis op watergebied samen te brengen via het destijds net in zwang zijnde model van een 'technologisch topinstituut'. Ze begonnen met vier geïnteresseerde bedrijven en twee universiteiten. Het idee: de bedrijven definieerden gezamenlijk het onderzoeksprogramma, de universiteiten voerden uit. "Hier in Noord-Nederland zijn veel bedrijven bezig met watertechnologie, die doen ook veel aan innovatie. Die basis was er al. Door focus te kiezen, kon het vervolgens snel gaan."
Gedeelde kennis
Wetsus is tegenwoordig een officiële campus, de groeifase voorbij. Ze zijn erkend als TTI, en eten daardoor mee uit de potjes van Economische Zaken. "Ons onderzoeksprogramma telt 20 thema's. Bedrijven kunnen zich verbinden aan zo'n thema, bijvoorbeeld ontzouting. Dan bepaal je vervolgens met ongeveer acht andere bedrijven wat daar het onderzoeksprogramma gaat worden. Vervolgens nodigen we een hoogleraar uit, waarna al die projecten kunnen worden uitgevoerd. Met de resultaten die daaruit voortvloeien kunnen op hun beurt de bedrijven weer aan de slag."
Gedeelde kennis dus. In de praktijk geen probleem, zegt Boonstra. "Als er patenten uitkomen, dan bieden we die aan de deelnemers van het programma aan. Dan neemt of één partij het patent aan, of het wordt verdeeld via een eigen stichting hier op Wetsus."
Zoeken naar doorbraken
Boonstra noemt het onderzoek dat op Wetsus plaatsvindt "high risk, high reward". "Wij zoeken echt naar doorbraken. Een héél andere manier van ontzouten bijvoorbeeld, geen 10%-onderzoek, dat de wetenschap net 10 procent verder brengt. Dat zouden de meeste bedrijven hier in hun eentje nooit kunnen doen. Door ze samen te brengen en bijvoorbeeld ook subsidiestromen te faciliteren, gebeurt het nu wel."
Bedrijven committeren zich voor langere tijd aan het project. "Je moet meebetalen voor vier jaar. Als bedrijven bereid zijn zolang te investeren, dan ben je goed bezig, denk ik. We hebben ook een ballotage. Als jij wilt toetreden, moeten de andere bedrijven dat toestaan. Dat werkt heel goed, omdat we werken per thema. Word je in één thema geweigerd, dan kun je altijd wel op een ander thema terecht."
Locatie is voordeel
In een oude kerk op het terrein zitten inmiddels 13 start-ups. "Allemaal bedrijven die 5 jaar geleden nog niet bestonden." En ook wetenschappelijk gebeurt er veel in Leeuwarden. "We hebben labs met heel specialistische apparatuur. Dat trekt ook veel aio's."
Er lopen op Wetsus continu zo'n 100 mensen rond, van wie 70 onderzoekers. Het is "inmiddels" een voordeel geworden om in Leeuwarden te zitten, aldus Boonstra. Niet alleen is de locatie handig – vlakbij zee, meren en rivieren -, ook het feit dat er geen universiteit in de Friese hoofdstad zetelt, helpt mee. "Als we dit project hadden opgezet in Wageningen of Delft, hadden de andere universiteiten weer gezegd: ja, daar stuur ik mijn aio's niet naartoe. Dat we in Friesland zitten, heeft veel universiteiten wel over de streep getrokken."
En dus werkt het openinnovatiemodel in Leeuwarden, benadrukt Boonstra nog maar eens een keer. "Je wordt hier bevrucht met allerlei andere inzichten die je onderzoek kunnen verbeteren. Dat werkt. Inmiddels komen ook de eerste voorbeelden van bedrijven die echt doorbraken hebben weten te realiseren met dingen die hier zijn ontwikkeld. Wat we hier doen, voorziet echt in een behoefte. Zodat we met recht kunnen zeggen: kennis van water? Daarvoor moet je in Friesland zijn."
Nieuwste stap:
De nieuwste innovatieve samenwerking van Wetsus werd deze week bekendgemaakt. De Stichting FOM en Wetsus, centre of excellence for sustainable water technology beginnen een gezamenlijk fundamenteel onderzoek op het gebied van de zuivering en kwaliteitscontrole van water. Opgeloste deeltjes in water vormen samen met de aangrenzende watermoleculen één nieuw gecombineerd deeltje met nieuwe eigenschappen. Begrip van de manier waarop die gecombineerde deeltjes zich gedragen is essentieel voor de ontwikkeling van nieuwe zuiveringstechnieken, aldus Wetsus en FOM.
Het programma wordt de komende vijf jaar uitgevoerd in de laboratoria van Wetsus, de Universteit Twente, FOM-instituut AMOLF en de Technische Universteit Delft.
Lees ook:
- Manager smoort innovatie
-
'Scherp integratiebeleid gevaar voor innovatie'
- Stad wordt cruciaal voor innovatie
-
Open innovatie zit in de zwerm
-
Innoveren in 300 seconden