De laatste keer dat Pim Fortuyn prominent in dit blad mocht figureren, was exact drie jaar geleden, tijdens een geanimeerd tafelgesprek over 'Dagobertisme'. Daarin lichtte de nieuwbakken politicus zijn passie voor geld toe met de ontboezeming dat hij ooit puissant rijk wilde worden.
Geen vuiltje aan de lucht, tijdens dat gesprek. Fortuyn excelleerde in zijn rol als anti-moralistische hofnar. Hij wist de handen op elkaar te krijgen door politiek-incorrecte oneliners rond te strooien. Zo kenden we Fortuyn: als welbespraakte criticaster van het establishment, wiens onafhankelijke positie aan de zijlijn soms interessante gezichtspunten opleverde. Zijn denkbeelden waren meestal oorspronkelijk, de manier waarop hij ze voor het voetlicht bracht vaak humorvol. Zo'n man laat zich prima inhuren om een ingeslapen conferentie eens flink op te schudden. N'importe wat-ie werkelijk te melden heeft.
Zijn rol als columnist, als boekenschrijver, als verkoper van meningen of als praatjesmaker op congressen is hem van harte gegund. Zelfs de politicus Fortuyn heeft zijn diensten ruim en breed bewezen. Iemand moest de ingedutte polItici van Paars nu eenmaal uit de slaap halen, desnoods hardhandig. Het CDA als grootste oppositiepartij was daar niet toe in staat, de kleinere partijen ter rechter- of linkerzijde van het verstikkende midden evenmin. Fortuyn wél, en daar verdient hij een bescheiden standbeeld voor.
Mission accomplished, zou je nu denken. Maar nee: Fortuyn wil méér. Hij wil niet alleen puissant rijk worden, maar ook oppermachtig. Dat is dom. Wanneer hij zich nu op het hoogtepunt van zijn roem terugtrekt uit de politiek, dan is hij voor ten minste tien jaar verzekerd van lucratieve klussen als gastspreker en stukjesschrijver. Daarmee wordt hij weliswaar niet puissant rijk, maar zal hij ook zeker niet onbemiddeld blijven.
Politieke macht, zijn nieuwe streven, kan Fortuyn wel vergeten. Het aanvankelijke enthousiasme voor diens politieke nieuwlichterij slaat al zienderogen om in een groeiende Fortuyn-moeheid. De boodschap is overgekomen, het geintje heeft nu wel lang genoeg geduurd. De twee meest waarschijnlijke opties voor de politieke toekomst van Fortuyn zijn: 1) De man houdt de eer aan zichzelf en verlaat vóór 15 mei via de achterdeur het strijdtoneel, of 2) De lijst-Fortuyn komt uiteindelijk met een handjevol zetels in de Kamer en ontpopt zich daar als een marginale fractie, à la de seniorenpartijen acht jaar geleden. Beide opties zijn een hele geruststelling.
In het laatste geval zal Fortuyn zijn stemmen krijgen van twee groepen kiezers, de traditionele proteststemmers, én een paar afvallige VVD'ers. Dikke kans dat in die laatste groep een aantal ondernemers zit, zeg maar van het slag vastgoedmakelaar en plastisch chirurg met wie Fortuyn zich zo graag vereenzelvigt. Simpele zielen natuurlijk, die gemakkelijk bang te maken zijn met de dreigbeelden die professor Pim zo kundig weet te schetsen.
Voor 's lands economie is Fortuyn een regelrechte ramp. Tussen de regels door valt in zijn 'programma' een verheerlijking van Nederland ten tijde van de wederopbouw waar te nemen, toen dit land nog goed gevuld was met hardwerkende pappa- en mammabedrijfjes en de wat grotere ondernemingen voor 98 procent afhankelijk waren van het eigen achterland. Fortuyn wil Schengen in de ban doen, de grenscontrole opnieuw invoeren en het volbloed Nederlandse bedrijfsleven op een voetstuk plaatsen. Alsof de naoorlogse globalisering niet de werkelijke motor van onze economische voorspoed is geweest.
Fortuyn heeft de hypocrosie van Paars knap weten te ontmantelen, maar is zelf geen haar minder huichelachtig. De man is namelijk intelligent genoeg om te weten dat de globalisering niet te stoppen valt, dat het zelfs ronduit onwenselijk is om terug in de tijd te gaan. Maar teneinde politieke macht te bereiken, zou een nationaal-populistisch gedachtengoed vandaag de dag wel eens goed van pas kunnen komen, zo had Fortuyn heel strategisch bedacht. Over het realiteitsgehalte van die ideeën hoefde hij zich voorlopig niet druk te maken. Eerst de macht, daarna zien we wel verder. Dat is pas hypocriet.