Een vrouw aan de top bezit geen overwegend mannelijke of vrouwelijke eigenschappen. Om als leider succesvol te zijn, geven juist androgyne kenmerken de doorslag. De stereotypering “een goede manager is een mannelijke” lijkt dus niet juist. Dit blijkt uit onderzoek van Carlijn Gerritsen. Zij studeert op 19 januari als eerste masterstudent Toegepaste Communicatiewetenschappen af aan de Universiteit Twente.
Gerritsen onderzocht welke eigenschappen op het gebied van leiderschap, communicatie en persoonlijkheid een vrouw moet bezitten om succesvol de top te behalen. Karakter en doorzettingsvermogen zijn belangrijk, menen de zeventien Nederlandse topvrouwen – voornamelijk afkomstig uit het bedrijfsleven – die meewerkten aan het onderzoek van Gerritsen.
De focus van de Nederlandse topvrouw is gericht op flexibiliteit en openheid. Androgyne eigenschappen als goed kunnen delegeren en coachen, een wij-gevoel creëren binnen het team en vertrouwen geven, zijn volgens Gerritsen het belangrijkst voor een vrouw in een topfunctie. Ook in de communicatie blijkt een androgyne stijl het meest succesvol.
Doorzettingsvermogen
De Nederlandse topvrouwen uit het onderzoek vinden vooral doorzettingsvermogen een belangrijke persoonlijkheidstrek. Opvallend, aldus Gerritsen, omdat dit geen eigenschap is die in andere onderzoeken naar voren is gekomen. Hetzelfde geldt voor authenticiteit en zelfkennis, die de topvrouwen ook hoog in het vaandel hebben staan. Dat persoonlijkheid belangrijk is voor succes, leidt volgens de topvrouwen geen twijfel. Zij menen dat de carrière van een vrouw voornamelijk wordt bepaald door haar karakter, en niet door haar omgeving. (AS)
