Over het algemeen wordt gedacht dat scholing van werknemers via cursussen en trainingen de flexibiliteit op de arbeidsmarkt vergroot en de werkloosheid vermindert. Empirisch bestaat hiervoor echter geen bewijs. Het is daarom maar zeer de vraag of de overheid wel een rol moet spelen bij de bevordering van de scholing van werknemers. Dat stellen Frans Suijker en Rocus van Opstal, hoofden van de afdeling Sociale Zekerheid, de sector Conjunctuur en Collectieve Sector van het CPB.
Suijker en Van Opstal stellen dat het bereikte niveau van initiele scholing al een goede indicatie is voor werkgevers van wat een persoon aan mogelijkheden heeft. Hier voegt extra scholing van werknemers weinig aan toe. Extra scholingsinspanningen leveren individuele werkgevers en/of werknemers wel een hogere productiviteit en/of een hoger salaris. Het betreft hier privaat rendement op scholing. Dit is geen grond voor overheidsingrijpen. Private partijen hebben immers al voldoende financiele prikkels om zelf te investeren in training.
Overheidsregulering leidt, volgens Suijker en Van Opstal, slechts tot overinvestering of investeringen in de verkeerde richting. Slechts wanneer er nog opbrengsten zijn voor anderen dan de werkgever of de werknemer, is er een argument voor overheidsingrijpen. Voor een dergelijk hoger sociaal rendement bestaat echter geen empirische bewijs, aldus Suijker en Van Opstal
Bron: MKB net