Managers moeten meer doen om allochtonen binnen te halen én te houden. "Alleen een diversiteitsquotum werkt stigmatiserend." Dat stelt Walter Ligthart, partner bij organisatieadviesbureau Twynstra Gudde.
De diversiteitsquota helemaal afschaffen, vindt Ligthart geen goed plan. Maar alleen een quota invoeren is zeker niet voldoende om allochtonen binnen te krijgen en nog belangrijker: vast te houden. "Een organisatie moet zich instellen op diversiteit."
Ligthart somt drie punten op waar het binnen bedrijven vaak aan schort. "Ten eerste is diversiteitsbeleid vaak geen onderdeel van de strategie, maar vooral een vraagstuk voor de hrm-afdeling. Daarnaast moet ook het middenmanagement meer betrokken worden in het proces. Nu besluit de Raad van Bestuur dat er een diversiteitsbeleid komt. Drie niveaus lager, waar bijvoorbeeld allochtone Nederlanders worden binnen gehaald, is nog te vaak de gedachte ‘wat moeten we ermee'. En als laatste is er een hoge uitstroom van allochtonen, omdat de bedrijfscultuur niet op deze groep is ingesteld."
Niet pamperen
Maar door het bedrijf in te richten op allochtonen wordt deze groep toch juist anders dan de rest behandeld? "Dat vind ik niet", zegt Ligthart. "We moeten allochtone Nederlanders niet pamperen, maar wel verschillen accepteren. Dat wordt vaak door elkaar gehaald. Bedrijven dagen allochtone medewerkers vaak onvoldoende uit, laten ze zweven onder een glazen plafond. Daarbij er eigenlijk van uitgaand dat ze eerste moeten assimileren voordat ze kunnen concurreren. Dat zou juist andersom moeten zijn: respect voor verschillen, maar uitdagen op kwaliteit."
Als goede ontwikkeling noemt Ligthart dat steeds meer bedrijven rekening houden met moslims rond de ramadan en het Suikerfeest. Andere concrete aanpassingen die hij voorstelt om de diversiteit in een bedrijf te stimuleren is "het scheppen van een prettige werkomgeving, zoals het aanbieden van Halal-catering."