Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Wie is de beste adviseur van Nederland? De resultaten van MT100, het eerste grote onderzoek van Management Team en Interview NSS naar de tevredenheid van de klanten van honderd adviesbureaus in Nederland.

De beste adviseur van Nederland: reclamebureau Result DDB. Klanten geven het Amsterdamse bureau een dikke 7,7 voor het werk dat het levert. Met deze nominatie laat Result DDB 99 andere veelal gerenommeerde adviesbureaus achter zich. Tegen de verwachting in eindigen grote namen als McKinsey, Andersen Organisatieadvies en Michael Page, die in imago-onderzoeken doorgaans goed naar voren komen, in de onderste regionen van MT100.

Interview NSS vroeg in opdracht van Management Team ruim 17.000 beslissers van middelgrote en grote bedrijven hun waardering uit te spreken over de kwaliteit van de adviesbureaus waarmee zij zakendoen. Voorwaarden om te mogen oordelen, waren dat de respondenten 1) nauw betrokken zijn bij het bureau, 2) langer dan een jaar met de adviseur hebben gewerkt, en 3) zelf niet werken in de sector waarover ze hun mening geven. In het onderzoek zijn de adviesbureaus vervolgens beoordeeld op vier criteria: knowhow (kennis, creativiteit, visie), prijs, service (snelheid, betrouwbaarheid, communicatie) en resultaat (professionaliteit, toegevoegde waarde).

Reclame
Hoewel Result DDB, dat dit jaar ook al tot Bureau van het Jaar werd gekozen door reclamevakblad Adformatie en de BVA/Associatie van adverteerders, op alle onderzochte criteria goed presteert, roemen klanten het reclamebureau vooral om de vakkennis en betrouwbaarheid. Het geheim zit ´m volgens managing director Paul Blok van Result DDB in het onderhouden van frequent contact met de klanten. “Als je intensief contact hebt met je klanten en langdurig met ze samenwerkt, vergroei je als het ware met elkaar, en dat komt de resultaten ten goede en dus de klanttevredenheid.” Niet met elke pitch meedoen, wil ook helpen. Blok: “Als we het druk hebben, concentreren we ons volledig op onze klanten en laten we nieuwe klandizie zonder pardon schieten. Op de lange termijn werkt die aanpak.”

Dat topbureaus als McKinsey (plaats 85) en de Boston Consultancy Group (66) relatief slecht scoren, komt voor een belangrijk deel voort uit de prijsstelling. Klanten geven McKinsey een 6,0 voor de prijs-kwaliteitverhouding, en dat is laag in vergelijking met concurrenten. Dat de prijzen er bij deze bureaus niet om liegen, is bekend. Maar hun knowhow en het resultaat van het advieswerk kunnen de hoge prijs niet compenseren.
De honderd adviesbureaus in MT100 opereren in zes branches (reclame en marketing, management, organisatieadvies, accountancy, business finance en IT). De hoogste nominatie voor reclamebureau Result DDB is tevens een prestatie voor de reclamewereld. Van alle sectoren scoren de adviseurs in de reclamebranche het best (gemiddeld een 7,32). De reclamebureaus worden vooral geprezen vanwege hun knowhow. Reclamebureau TBWA is volgens klanten het creatiefst, Result DDB blinkt uit in vakkennis en Lowe & Partners Worldwide beschikt over de meeste branchekennis.

Mag de reclamewereld trots zijn op haar prestaties, de business finance-adviseurs in het geheel niet. De financiële dienstverleners, verzekeraars, leasemaatschappijen en kredietverzekeraars worden in het onderzoek het laagst beoordeeld. Het zijn met name de verzekeraars die eens achter hun oren mogen krabben. Zoals Generali (plaats 96), Delta Lloyd (98), Aegon (99) en Achmea (100). Ze krijgen krappe zesjes en bezetten daarmee de onderste regionen van de MT100. Bert Heemskerk, bestuursvoorzitter van Van Lanschot, meent een verklaring te hebben voor de lage prestaties van zijn branche: “Onze klanten hebben meestal contact met de tussenpersonen en slechts indirect met de verzekeraar. Dat verhindert de opbouw van een goede relatie.”

Kleinschalig
Algehele trend in MT100 is dat de kleine en middelgrote partijen het winnen van de grote conglomeraten. Zakenbank Van Lanschot (plaats 9) krijgt evenals haar concurrenten Friesland Bank (15) en Staalbankiers (21) betere kritieken dan zijn grote concurrenten Rabobank (49) – de bank die toch bekendstaat om zijn lokale benadering, ING (76) en ABN Amro (84). Schaalgrootte en een brede dienstverlening spelen de laatsten parten. Heemskerk van Van Lanschot: “Onze producten zijn hetzelfde als die van onze concurrenten. Maar door onze kleinschaligheid kunnen we meer aandacht besteden aan de klant.”
Onder de accountants tekent ditzelfde beeld zich af. Kleinere bureaus, zoals A&A Groep (4) en Ebben Slaats De Jonge (6) winnen het royaal van de grotere kantoren als Ernst & Young (60) en Deloitte & Touche (63). Datzelfde zien we bij de hrm-adviseurs. KPMG Ebbinge (17) doet het met zijn human-resourceactiviteiten beter dan moederorganisatie KPMG Accountants (47).

Een ander voorbeeld is de gespecialiseerde corporate finance-afdeling van Ernst & Young, die de tiende plaats behaalt, terwijl de Ernst & Young-accountants op nummer 60 staan. Deze ontwikkeling laat zich niet verklaren door het vakgebied waarin de kantoren opereren. Immers de gemiddelde scores van accountants liggen boven het gemiddelde van het gehele onderzoek. Het is wederom de specialisatie die in positieve zin effect sorteert op de dienstverlening.
Adviesbureaus met slechts een paar aandachtsgebieden, of zelfs maar één, doen het over de gehele linie beter dan degenen die veel diensten aanbieden.

Enron
De affaires Enron en Worldcom hebben het aanzien van gerenommeerde adviesbureaus een flinke knauw gegeven. De geloofwaardigheid heeft een deuk opgelopen. En de betrouwbaarheid is niet langer vanzelfsprekend.
Dat adviesbureaus zich hier terdege van bewust zijn, blijkt uit de hoge prioriteit zij zelf aan vertrouwen en integriteit geven. De cijfers in het onderzoek bevestigen dit. Klanten vinden dan ook dat er niks mis is met de betrouwbaarheid van hun adviseur. Ze geven een gemiddeld rapportcijfer van 7,368. In onderzoekstermen staat dat voor 'goed' tot 'zeer goed'. En dat cijfer is aanzienlijk hoger dan de scores op andere vragen, waar het gemiddelde een 7,0 is. Integer, of anders gezegd: hoe goed kan een adviseur zijn eigenbelang opzij zetten voor een goed en objectief advies, vinden de klanten hun adviseur ook. Ze geven hun adviseurs een 7,091, en dat is bovengemiddeld.

Dit neemt niet weg dat adviesbureaus nog altijd bevreesd zijn de schijn van belangenverstrengeling tegen zich te krijgen. Ze nemen massaal actie om dergelijke aantijgingen tegen te gaan. Meer en meer bedrijven met verschillende disciplines in huis verzelfstandigen onderdelen om de dienstverlening en het adviseurswerk zuiver te houden. De winnaar in de hrm-branche, IBM BCS Recruitment & Selection (voorheen PwC Consulting), wordt zelfs eind van dit jaar opgeheven, mede om beschuldigingen van belangenverstrengeling tegen te gaan. Martijn Kamermans, executive Interim Solutions van IBM BCS: “Wij zijn een behoorlijke speler op de detacheringmarkt voor interimmanagement, maar die diensten kunnen conflicteren met onze kleinschalige recruitment-activiteiten. Een klant kan zeggen dat we niet snel genoeg naar een kandidaat zoeken bij onze rekruteringsafdeling om zo die interimmanager voor een langere periode te kunnen leveren.

Daar willen we van af.” Het bedrijf maakt overigens wel een doorstart. Een aantal medewerkers gaat in Den Bosch verder onder de naam Van Slagmaat Consulting.

Opvallend is wel dat juist Andersen de eerste partij was die haar organisatieadviespoot afsplitste van de accountancypraktijk om het geschetste beeld van belangenverstrengeling tegen te gaan. De organisatieadviseurs gingen enkele jaren geleden alleen verder onder de naam Accenture (71). Met de kritiek op de integriteit in het achterhoofd zijn ook de organisatieadviespoten van de vier andere grote accountants afgesplitst. De organisatieadviseurs van Deloitte & Touche heten voortaan Braxton (36). De organisatieadviseurs van KPMG, PwC en Ernst & Young zijn overgenomen door Atos Origin, IBM en Cap Gemini.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Bas van der Veldt (Afas) geeft zijn bedrijf deels weg: ‘Aandeelhouders zitten er te vaak in voor zichzelf’

De families Mars en Van der Veldt, eigenaren van Afas, hebben onlangs 30 procent van hun bedrijf aan goededoelenstichtingen geschonken. Bas van der Veldt wil er andere ondernemers mee inspireren. 'Mkb-bedrijven doen in verhouding veel meer dan de allergrootste bedrijven die heel veel winst draaien.'

afas bas van der veldt piet mars donatie goede doel

Afas draait uitstekend. Op een omzet van 325 miljoen euro werd vorig jaar 127 miljoen euro winst gemaakt, een marge waar de meeste ondernemers alleen van kunnen dromen.

Het bedrijf doneerde al circa 3 procent van zijn omzet aan een eigen goededoelenstichting Afas Foundation. De families achter het bedrijf, ooit opgericht door Piet Mars en Ton van der Veldt, hadden elk hun eigen stichting waarmee ze zich inzetten voor de wereld. Nu zetten ze een bijzondere nieuwe stap. ‘We baalden al een tijdje van de periodieke schenkingen waarop je je van de fiscus moet vastleggen als je grotere bedragen wilt weggeven’, vertelt ceo Bas van der Veldt. ‘We wilden flexibeler zijn in onze donaties.’ En dat laatste is nu geregeld.

30 procent Afas-aandelen naar goede doelen

De Afas-eigenaren dragen 30 procent van hun aandelen over aan de stichtingen Contribute en Pharus, die (deels) worden bestuurd door de families. ‘We waren het er heel snel over eens’, zegt Van der Veldt.

Volgens hem is het ‘echt significant’ wat nu naar stichtingen gaat. ‘Ook blijft er voldoende over voor de aandeelhouders om in de toekomst flexibel te zijn, als we een grote som opzij moeten zetten voor een pand of een sponsorschap.’ Of een grote overname, bijvoorbeeld? ‘Nee, grote overnames, daar zijn we niet zo van.’

De stichtingen krijgen geen stemrecht, maar zullen als aandeelhouders jaarlijks dividend ontvangen, naar verwachting zo’n 20 miljoen euro per jaar. ‘Dat is pakweg drie keer zoveel als we tot nu toe konden weggeven.’ Dat komt naast de 10 miljoen die jaarlijks naar de Afas Foundation zal blijven gaan.

Volgens analisten vertegenwoordigen de aandelen een waarde van meer dan 600 miljoen euro. ‘Maar dat vermogen is niet het punt. Daar kun je niks mee, want het bestaat alleen op papier. Terwijl: dat dividend, dat gaat over honderden miljoenen de komende jaren.’

‘Als het je goed gaat, moet je ook delen’

Het is geen onderdeel van de beslissing geweest, zegt Van der Veldt, maar het nieuwe politieke klimaat speelde wel in het achterhoofd mee. ‘We hebben in Nederland gekozen voor een vrij bijzonder rechtssysteem, dat flink snoeit in allerlei mooie dingen die we zouden moeten doen in het buitenland. Daarom is het extra mooi juist nu deze stap te zetten: we nemen onze verantwoordelijkheid. Als het je goed gaat, moet je ook delen.’

bas van der veldt afas software
Ceo Bas van der Veldt van Afas: ‘Als we geen value for money leveren, hadden mijn klanten ons allang eruit gekieperd.’

De stichtingen bestaan al veel langer en hebben al verschillende projecten gesteund. Zo werden menstruatiecups uitgedeeld in Afrika, waardoor meisjes vaker naar school kunnen gaan. Van der Veldt: ‘Empowerment van vrouwen en meisjes in Afrika vinden we belangrijk. Seksueel geweld in Afrika is een diepgeworteld probleem waar echt iets aan moet gebeuren.’

Ook is met geld van de stichtingen door het Wereld Natuur Fonds een natuurgebied ‘ter grootte van Gelderland’ aangekocht in Kazachstan voor de herintroductie van tijgers.

Andere ondernemers inspireren

De actie van Afas staat niet op zichzelf, maar is zeldzaam in Nederland. In het buitenland ging Patagonia-oprichter Yvon Chouinard nog een stap verder: de Canadees schonk in 2022 zijn hele bedrijf aan een goed doel. Sindsdien wordt Patagonia wereldwijd aangehaald als voorbeeld van hoe het ook kan.

Lees ook: Net zo activistisch worden als Patagonia? 5 lessen voor ondernemers

Wil Van der Veldt in eigen land andere ondernemers inspireren? ‘Ja, natuurlijk! Ik krijg massaal positieve reacties van ondernemers. Sowieso spelen onze stichtingen elk jaar wel een paar initiatieven door aan andere ondernemers die iets willen steunen.’

Einde geefregeling raakt steward owned-bedrijven

De timing van de Afas-actie is niet helemaal willekeurig. In 2024 bestond nog de regeling ‘geven uit de vennootschap’, die per 1 januari 2025 alweer is afgeschaft. Een gift als die van de families Mars en Van der Veldt wordt voortaan weer beschouwd als een gewone winstuitkering, waarover 31 procent dividendbelasting moet worden betaald.

Van der Veldt. ‘Als we dat nu zouden willen doen, zouden we honderden miljoenen euro’s belasting moeten betalen. Dat geld hebben we niet. Daarom zouden we aandelen moeten verkopen en dat willen we niet.’

Het is niet alleen jammer voor ondernemers die aandelen willen schenken, de afschaffing van de geefregeling door het kabinet-Schoof maakt het ook lastiger om een bedrijf om te zetten in een steward-owned vennootschap. Ook daarbij worden de aandelen geschonken aan een stichting met een maatschappelijke doelstelling. Gijsbert Koren, die zich met We Are Stewards inzet voor die nieuwe vorm van eigenaarschap, heeft daarover alarm geslagen rond de behandeling van het nieuwe belastingplan.

‘Helaas heeft een motie om een uitzondering te maken voor steward ownership het niet gehaald’, zegt Koren. En inderdaad, het is vorig jaar druk geweest bij notarissen die een aandelenoverdracht moesten regelen zonder schenkbelasting. ‘We zaten zelf letterlijk op 31 december met een klant bij de notaris.’

Telecombedrijf Voys is een bekend voorbeeld van een bedrijf dat vorig jaar steward-owned werd, net als groenvoorzieningsbedrijf Donker Groep en pompoenkweker De Terp. ‘Er zit nog altijd een stijgende lijn in het aantal bedrijven dat steward-owned wordt. Voor startups is het goed te doen, en ook voor de wat kleinere bedrijven. Maar als het gaat over ondernemingen die al langer bestaan en een grote waarde hebben, is het dit jaar weer een stuk lastiger geworden om het te regelen.’

Lees ook: 6 misverstanden over steward ownership: ‘Winst maken is wel degelijk mooi en relevant’

Het hoeft volgens Van der Veldt ook niet altijd om miljoenen te gaan. ‘Gelukkig heeft Nederland veel mkb-bedrijven. Daar moeten de goede doelen het ook van hebben, als ik kijk naar sommige grote bedrijven en hoe weinig die van hun winst weggeven. En dan toch heel trots zijn. Tja, hun aandeelhouders, en daaronder zitten ook de pensioenfondsen bij, willen dividend zien. Ze zitten er vooral in voor zichzelf, niet om de wereld beter te maken.’

Geen klantenkorting uit de winst

Als aandeelhouders hebben de Afas-families het zo goed, dat ze een derde van hun vermogen kunnen weggeven. Maar hoe zit het met die andere stakeholder, de klant? Zouden de prijzen niet omlaag kunnen bij zulke winstmarges?

‘Die vraag krijg ik inderdaad af en toe van klanten. Maar we opereren in een stevig concurrerende markt met 300 boekhoudpakketten. Als we geen value for money leveren, hadden onze klanten ons allang eruit gekieperd. Onze resultaten zijn het gevolg van een dondersgoed pakket plus dienstverlening en het feit dat we een bedrijf zijn met een hart.’

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dat valt niet te onderschatten, zegt Van der Veldt. De vrijgevigheid van Afas spreekt klanten aan, en zeker ook werknemers die graag bij een bedrijf met purpose werken. Zo is iets wat de families bij de start van hun bedrijf stil hielden een strategisch voordeel geworden. ‘We wilden ons in de beginjaren niet schuldig maken aan borstklopperij, tot op een gegeven moment steeds vaker de vraag kwam: het gaat zo ontzettend goed daar, waarom doen jullie niets aan goede doelen? Sindsdien zijn we daar transparant over.’

Vierdaagse werkweek maakt productiever

Kort geleden speelde Van der Veldt zich nog in de kijker met een andere zet die zijn bedrijf deed met het oog op de te verwachten productiviteitsgroei dankzij AI maar ook om iets terug te geven aan de werknemers. Afas voerde dit jaar een vierdaagse werkweek in, met behoud van salaris. Elke vrijdag is ‘ontwikkeldag’ voor alle collega’s. Inclusief de ceo.

‘Het voordeel is dat er minder binnenkomt die dag’, zegt Van der Veldt. ‘Ik doe wel een paar uurtjes de laptop open en als er iets speelt bij klanten, zijn we er gewoon.’

Lees ook: Elke vrijdag betaald vrij, dat is vanaf 2025 de standaard bij Afas: ‘Dat geeft echte rust’

Na vier van die korte werkweken is hij niet ontevreden. ‘Ik heb ze zelf, enigszins gespreid, aan mezelf en de ontwikkeling om me heen kunnen besteden. En ik zie voorzichtig bewijs van wat we vooraf al vermoedden: onze mensen worden juist productiever. Ik ben alleen nog niet toegekomen aan gitaarspelen.’