Medewerkers nemen in de loop der jaren steeds vaker ouderschapsverlof op. Ze geven ook aan behoefte te hebben aan meer vrije dagen.
In de afgelopen tien jaar is het percentage vaders dat ouderschapsverlof opneemt bijna verdubbeld, van 6 procent in 2005 naar 11 procent in 2015. Toch is dat nog relatief weinig. Uit cijfers van het CBS blijkt dat vaders behoefte hebben aan meer betaalde vrije dagen, maar dat ze deze niet opnemen. Met de huidige regeling krijgen vaders twee betaalde vrije dagen (vaderschapsverlof) en drie onbetaalde (ouderschapsverlof).
Geen gelijke verdeling
Moeders nemen vaker ouderschapsverlof op, zo’n 22 procent, tegenover 13 procent tien jaar geleden. Zij geven aan behoefte te hebben aan meer vrije dagen, maar dat dit financieel niet draagbaar is. Volgens vakbond FNV loopt Nederland internationaal gezien hopeloos achter met deze regelingen. Het stimuleert geen gelijke verdeling voor mannen en vrouwen van werk- en zorgtaken. In de praktijk komt het erop neer dat vrouwen hierdoor vaker geneigd zijn om parttime te gaan werken.
Carriére
Uit de cijfers blijkt dat ook mannen geen extra ouderschapsverlof willen opnemen, omdat ze bang zijn dat dit slecht is voor hun carrière. Op de tweede plek staat als reden dat de vergoeding te laag is. Hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen van het CBS geeft aan dat jonge vaders juist vaker fulltime gaan werken na het krijgen van een kind, waar de moeder dus sneller terugvalt naar parttime werken. 'Dat wijst er ook op dat voor veel mannen de carrière toch een stukje belangrijker is dan voor jonge vrouwen’, aldus Van Mullligen.
Ouderschapsverlof geldt voor medewerkers met kinderen tot acht jaar.
Afbeelding via Dashmote.