Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Joop Janssen

Joop Janssen is bestuursvoorzitter van bouwbedrijf Heijmans. Twee jaar geleden werd bij hem een terminale vorm van beenmergkanker geconstateerd. De voormalige accountant beseft dat het leven snel afgelopen kan zijn. 'Je krijgt haast. Ik heb meer de neiging om dingen af te ronden'.

Wanneer heeft u voor het laatst gebiecht?
“Ha! Dat doen we niet meer in de katholieke kerk. We gaan niet meer een hokje in om tegenover meneer pastoor onze zonden op te biechten.”

Maar een goed katholiek moet toch z'n zonden erkennen en om vergeving vragen?
“Als kind dacht ik dat een zonde was als een vies vlekje op een wit laken. En als je een doodzonde had begaan dan was het hele laken zwart. Zo is het natuurlijk niet. Waar het om gaat is dat je bereid moet zijn om je leven te beteren. Het is moediger om je fouten te erkennen tegenover een betrokkene dan anoniem in een biechthokje.”

Goed. Welke zonde heeft de bestuursvoorzitter van Heijmans NV laatstelijk opgebiecht?
“Tjonge, en dit op de vroege morgen! Nou, ik denk dat het te maken heeft met omgaan met macht. Ben je daarin oprecht? Houd je rekening met de belangen van anderen? Bij alle grote godsdiensten gaat het om die tegenstelling: enerzijds is de mens geneigd tot egoïsme en anderzijds is er de opdracht oog te hebben voor de medemens. Je kunt het Hogere Wezen dienen door goed te zijn voor de ander.”

Uw zonde is dus machtsmisbruik.
“Macht vind ik lastig, ja. Wie geeft je het recht om over een ander te beslissen? Wie geeft mij het recht om iemand te ontslaan bijvoorbeeld? Dat maakt een enorme inbreuk op het leven van een ander. Uiteindelijk bepaal ik wat het belang is van het bedrijf, maar die macht te dragen, vind ik niet eenvoudig.”

Welk van de tien geboden is het moeilijkst voor een bestuursvoorzitter van een bouwbedrijf?
“Poeh, dat weet ik zo niet. In ieder geval heb ik hier geen moeite met het gebod over zedelijkheid. Ook doodslaan doe ik hier niet geregeld. Wat dan wel? Ik zou het niet weten. Weet u, de tien geboden zijn geen spoorboekje. Dat zou het wel heel gemakkelijk maken. Maar je hebt je eigen verantwoordelijkheid. De meeste moeite heb ik zoals gezegd met macht. Maar het is niet zo dat ik daar dagelijks over aan het tobben ben. Ik ben niet zo zwaar op de hand.”

U bent voor een belangrijk deel debet aan de bloei van Heijmans. 'Kralen rijgen', noemt u het beleid van goed gekozen en vooral goed getimede overnames waarmee uw omzet in een jaar of zeven verviervoudigde, tot ruim twee miljard euro.
“En ik ben nog niet klaar.”

Halverwege vorig jaar zette u de bouwwereld op scherp door een semi-vijandig bod te doen op HBG. Die wist dat op het nippertje te voorkomen.
“Jammer, ja. Die dingen gebeuren.”

U woont op een verbouwde boerderij in Helvoirt, met allemaal beesten om u heen. Maar waarom schaft iemand zich een saharabuffel aan?
“Ik ben nu eenmaal dol op dieren. Ik heb dat beest voor 1650 gulden gekocht van een vriend. Ze heet Charlotte.”

Een saharabuffel in Nederland is net zoiets als een accountant in de bouwwereld.
“Welnee. Bovendien: ik werk nu 42 jaar, waarvan slechts dertien jaar als accountant. De rest als manager.”

Kunt u metselen?
“Jazeker. In Lith, waar ik heb gewoond, staan drie schuren van mijn hand. Bij de bouw van de eerste heb ik alleen 'geopperd' – stenen aangeven, specie maken en zo. Maar de derde schuur heb ik helemaal zelf gemaakt. Die staat nog steeds. En recht, hoor! Ik heb een timmermansoog. Als bestuursvoorzitter van een bouwbedrijf heb ik deze kennis overigens niet nodig. Ben je bereid te 'wammen', management by walking around, dáár gaat het om. Bereid zijn om zo nu en dan de kantoren te verlaten en de werkvloer op te gaan. De mensen moeten zien dat je belangstelling hebt voor hun werk en voor wie ze zijn. Mensen accepteren je niet zomaar als baas. Macht moet aanvaard worden, pas dan heet het gezag. En gezag heb ik wel bij Heijmans, denk ik.”

Dat zal een hele stap zijn geweest voor een accountant, binnenkomen in een wereld waar men het niet zo nauw neemt met de boekhouding.
“Er is wel reden tot voor verbetering. Je kunt je overigens afvragen hoe dat komt. Als een aannemer ergens een tuinpad komt aanleggen, is het eerste wat-ie te horen krijgt: 'Kan het niet zwart?'. We zijn een afspiegeling van de maatschappij. Nederland heeft een gedoogcultuur. Maar wat er nu allemaal wordt beweerd over de sector is overdreven. Alsof de hele bouwwereld crimineel is. Ik ben bereid om het mijne te doen om de bouwwereld te zuiveren, maar Heijmans heeft slechts een marktaandeel van zo'n 5 procent. Wat ik concreet kan doen, is dus beperkt. Wij hebben het initiatief genomen tot een gedragscode voor de branche, maar dat gaat heel moeizaam. Het is een gesloten wereld.”

U presenteert zich als de 'mister clean' van de bouwwereld. Was die uitzending van Zembla over de schaduwboekhouding van oud-directeur Bos van Koop Tjuchem voor u een klap?
“Nee. De bouwwereld is dezer dagen verplicht om buitenstaanders een kijkje in de keuken te gunnen. De openheid die daarna is gekomen, vind ik goed. Er is nu ruimte om te praten en dus om te veranderen. Ik heb het momentum aangegrepen om te besluiten dat bij iedere aanbesteding die door Heijmans wordt gedaan een verklaring komt van alle betrokkenen dat er geen rekengeld wordt vergoed. We zijn daar heel duidelijk in. Dat laten we bovendien controleren door forensische accountants van KPMG. Vergist u zich niet: een groot bedrijf als Heijmans is niet te managen zonder structurele financiële verslaglegging. Als we bij iedere berekening moeten meenemen dat er hier nog een ton zwart geld zit en daar nog een half miljoen, dat kan natuurlijk niet. Om die reden had ik bij Heijmans al veel eerder een eind gemaakt aan alle transacties in contant geld. Alles moet via de bank.”

Ook Heijmans wordt genoemd in de schaduwboekhouding van de heer Bos. Kunt u uw hand ervoor in het vuur steken dat het bij Heijmans goed zit?
“Nee, natuurlijk niet. Ik kan nooit alles weten.”

Dat is de vraag. U zou er zelf dichter op kunnen gaan zitten: erbij zijn als in cafés na afloop van een aanbesteding de bouwers elkaar het rekengeld vergoeden.
“Dat kan natuurlijk nooit, er zijn duizenden aanbestedingen. Ik kan niet achter iedere werknemer een politieagent zetten.”

U bent wel verantwoordelijk.
“Ja, dat wel. Maar ik ben niet schuldig. Dat is iets anders.”

De Tweede Kamer heeft besloten tot een parlementaire enquête. Bent u zenuwachtig?
“Nee. Als ik al moet verschijnen voor de commissie, kom ik de ondervraging wel zonder kleerscheuren door.”

Heeft u een cameratraining gevolgd?
“Welnee.”

Hoe ervaart u het negende gebod: 'Gij zult geen valse getuigenissen spreken tegenover uw naaste'.
“M'n vader zei altijd: 'spreek de waarheid maar, die onthoud je het makkelijkst'.”

En de waarheid volgens Joop Janssen over de bouwfraude, wordt dat een opwindend verhaal?
“Het is altijd nog verméénde bouwfraude. En opwindend? Ach het gaat om een gebruik dat eeuwenlang als doodnormaal werd gezien, bouwers die elkaar de kosten voor gemaakte offertes vergoeden. Nu mag het ineens niet meer van Brussel. Maar je zet mensen niet zomaar om alsof het lichtschakelaars zijn! Er is helemaal geen draagvlak voor die nieuwe Europese richtlijnen.”

Nu bagatelliseert u de zaak.
“Het houdt me heus wel bezig. Het waren niet de aangenaamste uren voor Heijmans of voor mij.”

Twee jaar geleden schoot het u bij het optillen van een tafel in de rug. Een maand later hoorde u dat u een vorm van kanker had waarbij eiwitcellen in het beenmerg het bot opvreten. U was maanden uitgeschakeld.
“Maar in september 2000 kwam ik alweer terug. Eerst was ik nog kaal en vermagerd door de chemokuren, maar inmiddels voel ik me redelijk.”

De levensverwachting van iemand met de ziekte van Kahler is zo'n drie tot vijf jaar.
“Als je er niks aan doet, is de levensverwachting drie maanden. Na behandeling drie tot vijf jaar. Gemiddeld. Maar ik ben optimist. Het is zeer wel mogelijk dat de kanker niet terugkomt.”

Maar toch. Wat deed het u toen u dat hoorde?
“Je krijgt meer haast. Je hebt meer de neiging om dingen af te ronden. Daarmee bedoel ik niet dat ik zakelijke beslissingen sneller neem. Ik heb het meer over persoonlijke dingen. Ik ben bijvoorbeeld bezig met dingen op te schrijven voor m'n kinderen. Zo'n ziekte drukt je op het feit dat het leven snel afgelopen kan zijn. Vroeger dacht ik: er is tijd genoeg.”

Heeft u nooit overwogen om terug te treden als bestuursvoorzitter, niet zozeer voor uzelf, maar voor het bedrijf?
“Niemand heeft mij dat ooit gevraagd. Als m'n dokter zou zeggen, Joop, het is beter als je stopt, dan was ik er natuurlijk mee opgehouden. Maar de dokter zei: 'Je moet vooral doen wat je leuk vindt'. Als ik achter de geraniums was gaan kniezen, dan was ik nu dood geweest. Letterlijk.”

Een topman moet fit zijn.
“Fysiek was ik ziek, maar m'n hersens deden het nog prima. Aan dynamiek heb ik niet ingeboet. Maar als de ziekte weer de kop opsteekt, dan ben ik weg. Die afspraak heb ik gemaakt.”

Is na uw ziekte uw motivatie niet verslapt?
“Nee, precies hetzelfde gebleven. De dokter zei: 'Als jij knokt, dan maak ik je beter', En knokken was het. Twee beenmergtransplantaties heb ik achter de rug. Dat is superzwaar.”

U kunt stil gaan leven in uw tweede huis in Frankrijk. Meer tijd besteden aan de familie. Hoezo gaat u door met werken?
“Ik heb een drang naar voren. De behoefte om in de kopgroep mee te doen. Dat zit in de familie. Ik wil er uithalen wat er inzit, woekeren met je talenten, zoals in de bijbel staat. Wat dat betreft ben ik calvinistisch. Ik ben niet met een gouden lepel in de mond geboren. Ik ben de zevende van een gezin met negen kinderen, geboren in een katholieke enclave in Hilversum. Al m'n broers en zusters hebben het goed gedaan.”

Welke erfenis laat u achter?
“Aan mijn vader denk ik terug als een rechtschapen man. Dat is zó mooi. Dat is pas een erfenis. Als men zich mij herinnert als nou, die heeft niet voor niets geleefd, dan ben ik dik tevreden. Je leeft dan als het ware voort in de nagedachtenis van mensen. Toen ik bij de NMB vertrok, vroeg een lid van de raad van bestuur: 'Waar ga je heen? Heiboer of zo? Wat moet je daar?' Dat zal men nu niet snel meer zeggen. Wij zijn het op drie na grootste bouwbedrijf van Nederland. Dat maakt me wel trots. Misschien dat we nog wel wat groter zijn geworden als het moment om te stoppen echt is aangebroken.”

Stel, u wordt gevraagd als minister in het kabinet-Balkenende. Welk departement wordt het?
“Zonder aarzeling: volksgezondheid. Dat is dus echt een augiasstal. Die wachtlijsten zijn asociaal. Het hele budgetsysteem van de zorgsector moet op de helling.”

Moest u ook wachten toen u kanker kreeg?
“Jazeker, wéken. Dat is een vreselijke ervaring.”

U weet zeker dat u niet bent voorgetrokken?
“Héél zeker. Dat doet men niet bij het VU-ziekenhuis. Er zijn daar 24 bedden voor ingewikkelde behandelingen. Begin juni was ik daarvoor gediagnosticeerd, in juli kon ik pas terecht.”

Intussen vreet je je op …
“Erger: intussen vreet de kanker je op.”

Gaat een bestuursvoorzitter anders met ziekte om dan een 'gewoon' mens?
“Nee, dat denk ik niet. We zijn in ziekte allemaal gelijk. Het enige is misschien dat ik meer een doorzetter ben dan anderen. Ik bijt me erin vast. In het ziekenhuis controleerde ik alles wat er met me gebeurde. Dat wekte soms zelfs irritatie bij artsen. Ik controleerde zelfs de doseringen van de medicijnen. Dat zullen niet veel mensen doen, denk ik.”

Kon u zich overgeven en afhankelijk zijn?
“Dat kon ik heel goed. Ik was blij dat er mensen waren die voor me zorgden.”

Heeft u meer leren relativeren toen u de dood in de ogen keek?
“Dat deed ik voor die tijd al. Als ik m'n baan en m'n mooie huis zou moeten verlaten, dan zou ik erg gelukkig kunnen zijn in een simpele doorzonwoning. Als je de macht en de luxe te gewoon gaat vinden, word je onaardig.”

Bestuursvoorzitters moeten toch helemaal niet aardig zijn?
“Toch wel. Aandacht voor de medemens, dat is onze opdracht. Daar begonnen we dit gesprek mee.”

Betekent dat dat u HBG verder met rust zult laten in uw laatste jaren bij Heijmans?
“Nou dat weet ik nog zo net niet. Volgens mij is het dossier HBG nog niet gesloten. Oei, ik moet voorzichtig opstaan.”

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

CV Joop Janssen

1942 geboren in Hilversum
1961 klein seminarie
1962 praktijkdiploma boekhouden
1966 registeraccountant
1962 KPMG accountants
1974 directeur Lathouwers Beheer
1982 directie ING Bank
1988 lid raad van bestuur Heijmans NV
1995 – heden voorzitter raad van bestuur Heijmans NV

Overig: bestuurslid Aloude Broederschap van het Hoogheilig Sacrament; bestuurslid Opera Stichting; lid AEX Bestuursraad; bestuurslid KRO