Drucker werd in 1909 geboren in Wenen. Hij studeerde in Duitsland, waar hij de opkomst van het nationaal-socialisme meemaakte. Nadat hij in een essay fel van leer was getrokken tegen de nieuwe politiek, moest hij zijn biezen pakken. In 1933 vertrok hij naar Engeland, om vier jaar later door te reizen naar de Verenigde Staten.
Avant la lettre
Tijdens de oorlog ontwikkelde hij zich daar tot managementconsultant avant la lettre. Een opdracht voor General Motors greep hij aan om zich grondig te verdiepen in de praktijk van de moderne onderneming. Daar leerde hij dat wat managers doen belangrijker is dan wat ze zeggen dat ze doen, een inzicht dat hij zijn leven lang zou blijven koesteren.Zijn hoogtijdagen beleefde Drucker in de jaren vijftig, zestig en zeventig.
In die periode was hij achtereenvolgens hoogleraar aan de universiteiten van New York, Claremont en Harvard. Hij schreef negenendertig boeken, waarvan The Practice of Management uit 1954 en Management: Tasks, Responsibilities, Practices uit 1974 de belangrijkste zijn. Drucker was het tegendeel van een studeerkamergeleerde. In een tijd dat boeken over management vooral degelijk en saai waren, viel zijn werk op door rake observaties, heldere analyses en toegankelijk taalgebruik.
Management by objectives
Wie vandaag de dag de eerste publicaties van Drucker herleest, vindt daar niet zo heel veel nieuws in. Latere generaties hebben zo veel van hem overgenomen dat we ons niet meer realiseren dat hij het is die het ooit heeft bedacht. Drucker was bijvoorbeeld de geestelijke vader van het Management by Objectives, dat uit de missie van de organisatie prestatiedoelen afleidt voor iedere werknemer afzonderlijk. Ook was hij de eerste die het belang inzag van de kenniswerker, de eerste die aandacht vroeg voor de economische betekenis van pensioenfondsen en andere institutionele beleggers, en de eerste die duidelijk maakte dat leiderschap een kwestie is van exact te omschrijven persoonlijkheidskenmerken en leerbare vaardigheden.
We denken dat we het hebben van Henry Mintzberg, van Philip Kotler, van Rosabeth Moss Kanter of van Stephen Covey – maar als je hun ernaar vraagt wijzen ze allemaal naar Peter F. Drucker. Heeft Drucker zich nooit vergist? Toch wel. In een van zijn eerste boeken voorspelde hij de naderende ondergang van de homo economicus, de mens die zich enkel laat leiden door eigenbelang. Hij voorzag de opkomst van plant communities waar mensen nuttige dingen zouden produceren en waar ze sociaal en psychologisch aan hun trekken komen. In de jaren tachtig stelde Drucker zelf vast dat de wens de vader van de gedachte was geweest. Wie iets wil betekenen, concludeerde hij toen, zal af en toe de fabriekspoort uit moeten om iets te doen in maatschappelijke organisaties of in de politiek. Die les kunnen we nog steeds ter harte nemen.
Drucker was de eerste
Begrippen en inzichten geïntroduceerd door Peter Drucker.
• Decentralisatie (bedrijven opdelen in divisies). (jaren 40)
• Werknemers moeten als kapitaal beschouwd worden, niet als kostenpost. (jaren 50)
• Een bedrijf is een gemeenschap gebaseerd op vertrouwen en respect, niet slechts een winstmachine.
• Zonder klant geen zaken.
• Management draait om verantwoordelijkheid, niet om macht
• Kennis is de belangrijkste grondstof van de moderne economie (‘kenniswerker’, jaren 70)