Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De vrije jongens onder de medici

Een groeiend aantal consumenten doet zijn lijf in de revisie. Tot verdriet van de medische wereld roert de commercie zich flink in de wereld van botox, siliconen en liposculptuur. Een kijkje in het Wilde Westen van de cosmetische chirurgie.

Belachelijk was het. Een bezoedeling van het vak. Zeg nou zelf: een blond superrondborstig ex-zangeresje dat een privé-kliniek voor cosmetische chirurgie opent. Vooral de manier waarop Vanessa, alias Connie Breukhoven, alias de vrouw van platenbaas Hans Beukhoven, want over haar hebben we het, zich met haar Haagse New-Fill Center aan het publiek presenteerde, schoot cosmetisch en plastisch chirurgen in het verkeerde keelgat. Dat deed ze nota bene in de kolommen van Henk van der Meyden in De Telegraaf, en even later ook nog eens in het roddelblad Privé.
Bovendien, de manier waarop ze daar argeloze mensen met dat melkzuurproduct New-Fill volspuiten, daar deugt helemaal niks van. Te oppervlakkig en te veel, en dat was levensgevaarlijk. En, hoe schandalig, Connie was er samen met haar man Europees licentiehouder van. Hoe meer liters zij dus van het antiverouderingsmiddel onderhuids konden laten verdwijnen, hoe beter voor de omzet. Welk een verdorven medische ethiek. Waarom greep de inspectie niet in?
General manager Patrick van Mill van het New-Fill Center bekent: het was een woelig beginjaartje. Maar dat mag je verwachten als je een nieuwe cosmetische kliniek opent en je heet Connie Breukhoven. “Alsof zij zelf in een knellend zusterpakje met een druipende injectiespuit hier door het pand liep. Leuk, maar hier werkt geen dokter Vanessa.”

Vooral hun aanpak zette volgens director Ruud Caminada kwaad bloed. “We benaderen de consument rechtstreeks, buiten de spreekkamer van de arts om. Dat is in de medische wereld ongebruikelijk.” Daarbij: “Jarenlang hing dat inspuiten er bij klinieken een beetje bij. Cosmetisch chirurgen voelden zich er te goed voor. Intussen gaat er veel geld in om en zijn we een heuse concurrent voor klinieken waar mensen anders misschien een facelift hadden genomen.”
Dat cosmetisch chirurgen nog immer op het product afgeven, ach, dat getuigt volgens Van Mill van gebrek aan kennis. Ga maar na: New-Fill komt straks in het Franse ziekenfonds, kreeg in 1989 Europese goedkeuring en staat in Amerika op de wachtlijst voor FDA-approval. En onderzoek bewijst het: het biologisch afbreekbare product heeft geen schadelijke gezondheidseffecten op de lange termijn. Lost na 2,5 tot 4 jaar gewoon op in het lichaam. Niks aan de hand. Als New-Fill slecht zou zijn, zaten wij hier echt niet meer.”

Halsliposculptuur
Roering in de wereld der plastische chirurgie. Of moeten we cosmetische of esthetische chirurgie zeggen? Erik Laban, secretaris van de Nederlandse Vereniging van Aesthetisch Plastisch Chirurgen (NVAPC) brengt uitsluitsel. Alhoewel. Zelf lijkt hij de personificatie van de begripsverwarring. Anderhalve dag per week is hij cosmetisch chirurg bij een privé-kliniek in Bilthoven, de overige dagen plastisch chirurg bij een ziekenhuis in Nieuwegein. “Ik vind de grens tussen plastische en cosmetische chirurgie grijs. Een borstreconstructie is een cosmetische ingreep. Het gaat om de uiterlijke vorm.”

Iedere medisch specialist mag zich cosmetisch of esthetisch chirurg noemen en daarmee een wenkbrauwlift, halsliposculptuur of schaamlipcorrectie uitvoeren. De kern van het vak ligt evenwel in de plastische chirurgie, meent Laban. Een medisch specialisme gericht op reconstructieve operaties als het maken van nieuwe handen, herstellen van botten en aanmaken van nieuwe huid. Uitgevonden in Engeland tijdens de Tweede Wereldoorlog om vliegeniers met brand- en gelaatswonden een prettiger aangezicht te geven, zegt hij. In Amerika ontwikkelde zich hieruit de cosmetische variant. Dikwijls niet beoefend door plastisch chirurgen, maar veelal dermatologen. Begrijpelijk: veel ingrepen en technieken, denk aan facelifts, haartransplantaties en ooglidcorrecties, stammen uit de dermatologie.

Dergelijke operaties moet een plastisch chirurg dan ook niet zomaar even tussen zijn operatieve werkzaamheden in andere ziekenhuizen door doen, oordeelt voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Dermatochirurgie Loek Habbema, van Medisch Centrum ’t Gooi uit Bussum. Vandaar in zijn kliniek geen borstprotheses. Een echte moneymaker, weet hij. Iedere week krijgen veertig Nederlandse vrouwen een extra cupje siliconen, maar Habbema kan niemand vinden die dat prothesewerk fulltime wil doen. Zelf heeft hij er onvoldoende tijd voor, dus dan maar niet. “Commercieel misschien niet de slimste weg, maar ik red mij tot op heden uitstekend.” Specialiseren is in zijn ogen dan ook de toekomst voor kleine klinieken.

Wild West
Het aantal privé-klinieken in ons land is amper nog te tellen. Ze zitten ook allang niet meer verscholen in monumentale villa’s met lange oprijlanen, maar zijn gevestigd naast de slager, Aldi of parketwinkel om de hoek. Laagdrempeligheid, daar gaat het om. Want een nieuwe neus of opgerekte hals is allang niet meer alleen het privilege van de nouveau riche en beau monde. Bij klinieken zien ze vooral de gewone vrouw uit de buurt. En steeds vaker neemt die ook manlief mee. Voor een borstmaatje meer of een vetkwabje minder hebben ze drie keer een vakantie overgeslagen of een lening afgesloten bij de bank of – service – de kliniek.

Ze moeten wel uitkijken welke behandelkamer ze binnenlopen. Want er zit veel kaf onder het koren. Onvermijdelijk als elke arts zich plastisch chirurg mag noemen, weet Laban. Het zet Habbema aan het somberen: “De cosmetische wereld in Nederland is een jungle. Doortrapt en doortruct.” Tal van artsen beweren dat ze als enige die en die techniek beheersen. Ook verschijnen er met vaste regelmaat en evenveel tamtam nieuwe producten waarvan de werking onvoldoende is onderzocht. Laatst nog borstimplantaten op basis van, ja, echt waar, sojaolie. Die bleken achteraf een beetje kankerverwekkend en werden met stille trom van de markt gehaald. Voor honderden vrouwen net even te laat.
Wat ertegen te doen? Er bestaat een keurmerk van de Nederlandse Raad van Particuliere Klinieken (NRPK) waarbij tot op heden veertien klinieken zijn aangesloten. De titel ‘plastisch chirurg’ beschermen kan ook helpen, oppert Laban. Ons land telt er 130. Geregistreerde wel te verstaan. “Patiënten zouden naar de papieren van een arts moeten vragen om te onderzoeken of ze met een betrouwbaar en kundig plastisch chirurg van doen hebben.” Interessant. Maar daarmee staat een cosmetisch purist als Loek Habbema plots te boek als een frommelaar. En dat kan niet de bedoeling zijn.

Aan de andere kant: nu krijgen avonturiers volop hun kans. Laban: “Achter veel praktijken en producten zitten commerciële belangen die groter zijn dan het belang van de patiënt. En intussen worden mensen er in de media gek over gepraat.” Habbema, bladerend door glossy’s en weekbladen vol advertenties: “Marketing en andere verkooptechnieken uit het bedrijfsleven kun je niet blind overhevelen op patiënten. Je praat verdorie niet over producten, maar je hebt te maken met mensen. Het is onverantwoord om die te behandelen met middelen waarvan je werking op de lange termijn niet kent.”
Toch vinden verkooppraatjes steeds meer weerklank. Getuige ook de resultaten van een onderzoek van de Consumentenbond. Daarin krijgen klinieken een hoge waardering wier telefoniste afdoende informatie verstrekt over liposuctie. “Schandalig,” bulderen Habbema en Laban. Dat de bond de kwaliteit van klinieken onder de loep neemt, prima, maar hoe halen ze in het hun bolle kop om daarbij louter af te gaan op een receptioniste. “Die is bevoegd noch opgeleid om verstrekkende medische informatie te geven.”

Slagerswerk
“Goedemorgen, kliniek Klein Rosendael. U spreekt met Joke Schaftenaar. Wat zegt u? U wilt een afspraak afzeggen aanstaande donderdag. Maar mevrouw, uw afspraak staat pas anderhalve week later. Wat zegt u, oh geeft niet hoor, daaag.”
Op haar bureau een batterij telefoons. Mobieltjes en ingeplugde toestellen. Acht stuks om precies te zijn. Op een viertal staat ‘Medinova’, de naam van een miniketen van vijf klinieken, die overigens slechts voor 20 procent afhankelijk zijn van cosmetische chirurgie. Via de andere nummers geeft zij onder de naam ‘Cosmedia’, de voormalige Stichting Informatie Plastische Chirurgie (STIP), onafhankelijk advies en informatie over plastische chirurgie. Joke Schaftenaar, aangenaam.
Gemiddeld krijgt zij honderd telefoontjes per dag. Ze verwijst mensen door, luistert naar klachten, geeft informatie, krijgt verzoekjes om voorlichtingsmateriaal. En Joke weet waarover ze praat. Na een streng dieet waarbij ze 52 kilo afviel, ging haar hele lijf in de liftstand. Binnen twee jaar maar liefst twaalf operaties. Dat maakt haar voor velen tot een vertrouwenspersoon. Ze rept over mislukte facelifts, scheve borsten en ander slagerswerk. “Veel artsen maken misbruik van de angst en onzekerheid van mensen. Duwen iemand tijdens een consult direct een contract onder zijn neus in plaats van dat ze hem rustig laten nadenken.” Ho, wacht even, telefoon. “Goedemiddag, Medisch Centrum Rotterdam Airport. Met Joke Schaftenaar.”

Bij het horen van de naam Joke Schaftenaar schudden tal van artsen hun hoofd. Hoe kan zij nou onafhankelijk advies geven als ze de telefoon aanneemt voor een aantal klinieken tegelijk. Een terechte constatering, want Cosmedia bemiddelt enkel voor Medinova, zegt Schaftenaar. Laban waarschuwt voor haar praktijken en die van andere intermediairs. “Op basis van een paar telefonische indrukken een medisch advies geven, terwijl je geen chirurg bent en het dossier van iemand niet kent, ik vind dat gevaarlijk. Bovendien ontvangt zij voor haar doorverwijzingen een commissie. Hoe oprecht is haar intake?” Schaftenaar: “Ik geef geen medisch advies, maar verwijs altijd naar een plastisch chirurg.” Een verhaal dat door Jaap Groenhof, mede-initiatiefnemer van Medinova, wordt onderschreven: “Als wij horen dat Joke Schaftenaar zelfstandig medisch advies geeft, moeten we haar ontslaan. Maar dat doet ze ook niet.”

De klachten die bij Schaftenaar binnenkomen, vinden bij Laban deels wel gehoor. Maar verhalen over beunhazende huisartsen in garages, patiënten die na een zware behandeling als een facelift of buikwandcorrectie in een achterafpraktijkje overnachten in de echtelijke sponde bij de arts thuis, hmm, allemaal onzin. “Al die gevallen zou ik als secretaris van de NVAPC toch moeten kennen.” Bezorgd: “Problemen worden gemaakt in de spreekkamer. Door een slechte voorlichting en miscommunicatie tussen dokter en patiënt over het te behalen mogelijke resultaat van een cosmetische ingreep.” Ligt niet altijd aan de arts, onderschrijft Schaftenaar: “Mensen hebben zulke hoge verwachtingen. Soms verzwijgt een patiënt dat ze bepaalde medicijnen gebruikt of veel rookt en drinkt. Mensen kennen de complicaties niet. Denken daar heel luchtig over, omdat ze die operatie zo graag willen. En daar kun je misbruik van maken.”

Angsthazerij
Lippen laten opvullen? Een penisverlenging of tepelcorrectie misschien? De prijs voor lekkerder lichaamsonderdelen verschilt per kliniek. Maar exorbitante prijsverschillen ontbreken. Een facelift doet overal rond de 5000 euro, een kincorrectie 2500. Zelf de tarieven laten vieren, nee, dat mogen privé-klinieken officieel nog altijd niet. Terwijl ze zich wel zelfstandig moeten bedruipen en nauwelijks onkosten in rekening mogen brengen. En dat is Martijn Muyser, directeur van de Nederlandse Raad van Particuliere Klinieken (NRPK), al jaren een gruwel. “De gezondheidszorg is de laatste Sovjet-geleide economie van Nederland. Alles wordt bepaald van bovenaf.”
De reden voor het slot op de tariefstelling is gestoeld op angsthazerij. Bij het CTG, verantwoordelijk voor de tariefnormering in de gezondheidszorg, denken ze namelijk dat alle artsen razendsnel uit ziekenhuizen richting privé-klinieken zullen draven als die de vrije hand krijgen bij het vaststellen van tarieven. Omdat ze daar dan meer kunnen verdienen. CTG-secretaris Henk van Vliet: “Gezien het tekort aan medisch personeel zou een uittocht van zoveel duur door de staat opgeleide capaciteit een ramp zijn voor de verzekerde gezondheidszorg. En krapte van aanbod kunnen we in ziekenhuizen niet hebben gezien de vraag naar medisch specialistische hulp.”
Muyser hoort het lachend aan. Hij beziet het CTG als de mecenas van de ziekenhuizen en verzekeraars. Beide verdelen onder elkaar dertig miljoen gulden van de staat en zijn bang dat een deel daarvan wegvloeit naar de privé-klinieken, terwijl de private gezondheidszorg lange wachtlijsten zo kan wegpoetsen.

Zie daar de komst van Medinova. Een bundeling van vijf klinieken, nu al goed voor 65.000 patiënten. “Onze omzet komt voor 70 procent uit verzekerde zorg,” vertelt woordvoerder Jaap Groenhof. Mede-investeerder is Residex, een dochter van zorgverzekeraar Achmea.
Medinova moet uitgroeien tot een verbond van tien klinieken met ieder een eigen specialisatie en maximaal zestig medewerkers. Met behoud van eigen cultuur en identiteit. Groenhof verwacht meer samenwerkingsverbanden. De tijd is er rijp voor. Door de jarenlange centrale regelgeving sluiten vraag en aanbod in de gezondheidszorg niet op elkaar aan. En omdat er vanuit de overheid te weinig wordt geïnvesteerd, is er sprake van kwaliteitsverlies. “Wie wil er vandaag nog dokter of zuster worden? Dat werk wordt toch totaal door de politiek gefrustreerd.”

Bij het New-Fill Center zijn ze blij met Medinova. Van Mill: “Het dwingt ook andere ziekenhuizen en particuliere klinieken tot anders denken. Nu nog zijn het allemaal eilandjes waar een sfeer hangt van jaloezie, conservatisme en achterdocht. Dat zal plaatsmaken voor marktwerking, gezamenlijk adverteren en inkopen en clustering, dat is onvermijdelijk.” Ook the clinic for injectables zal zich bij een groep aansluiten. Hun artsen verwijzen al 25 procent van de intakegesprekken door. Je kunt tenslotte niet alles met een injectienaald oplossen. Een verdergaande samenwerking met de betreffende klinieken sluit hij niet uit. Met New-Fill als specialist. “Wij zijn wereldwijd de enige gespecialiseerd kliniek van injectables,” beweert Van Mill met bombarie. Dan: “Ik denk dat je ons met Medinova als katalysator van de commerciële trend in de Nederlandse cosmetische chirurgie kunt zien. We hebben de kussens opgeschud, nu kan het lakens uitdelen beginnen.”

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Correctie!


Botox, heet het. Een revolutionair stofje 'getrokken' van de botulisme bacterie (!), waarmee je verticale fronslijnen tussen de wenkbrauwen, voorhoofdrimpels en kraaienpootjes kunt weghalen. En het schijnt goed te zijn tegen migraine, dus dat is mooi meegenomen. Borstvergrotingen blijven ook een groeimarkt. En let op: bilcorrecties komen eraan. Verder opvallend: het animo voor een klassieke facelift loopt sterk terug. Het moet vandaag meer naturel zijn. Strak getrokken koppies, die tijd is voorbij. Net zoals dik opgespoten lippen en geplastificeerde ballonnenborsten. Ten slotte: mannen blijken niet langer bang voor de cosmetisch chirurg. De cosmetische hitparade blijft evenwel aangevoerd door borstvergrotingen, gevolgd door ooglidcorrecties, liposucties, facelifts en neuscorrecties. Hoeveel geld daarmee is gemoeid, weten ze gek genoeg bij zowel de NVAPC als NRPK niet. Er doen wel cijfers van privé-klinieken de ronde, maar die doen meer dan lichaamsonderdelen corrigeren alleen. Of de esthetische chirurgie een groeimarkt is, is echter allang geen vraag meer. Bij gerenommeerde klinieken goed voor een omzetstijging van jaarlijks 30 procent. Reden: gestegen welvaart en sterk verbeterde chirurgische technieken. Nederland is de schaamte voor een liposuctie of ooglidcorrectie voorbij.