Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De nieuwe thuismoeder

Een groeiend aantal jonge moeders stopt tijdelijk met werken. Niet om de boxpakjes te wassen, maar om zich volledig aan de kinderen en hun opvoeding te wijden. De omgeving begrijpt er vaak weinig van. “Zodra je besluit thuis te blijven, sta je buiten de maatschappij.”

Patricia Bonink startte in 2002 haar eigen communicatiebureau. Een droom. Ze had al de nodige ervaring opgedaan als accountmanager bij twee grote reclamebureaus in Amsterdam. Ze wilde ook kinderen, al lukte dat niet onmiddellijk. “Ik vond het onzin om daarom mijn plannen voor mijn eigen bureau uit te stellen,” vertelt ze. Patricia zat nog geen dag in haar eigen kantoor of ze bleek zwanger te zijn. “Daarna heb ik nog anderhalf jaar keihard gewerkt. In die tijd heb ik veel verdiend. We hadden het goed geregeld. Mijn dochter ging twee dagen per week naar het kinderdagverblijf en één dag had ik een oppas aan huis.” Patricia werd opnieuw zwanger en beviel van haar zoon Ian. Maar twee kinderen en een eigen bureau vielen haar zwaar. Toen een van haar grote klanten afviel, besloot ze nieuwe acquisitie maar even op te schorten. “Ik denk niet dat ik met twee kleintjes mijn klanten optimaal kan bedienen. Dus dan moet je het niet doen.” Een goede opleiding, een voorspoedige carrière, en vervolgens thuis gaan zitten: een groeiend aantal jonge vrouwen doet het. Niet om de huisvrouw uit de jaren vijftig uit te hangen; daar is de schoonmaakster voor, en vaak is er ook nog een oppas die een dagje voor de kinderen zorgt. De nieuwe huisvrouw – ofwel de ‘thuisblijfmoeder’ zoals zij zichzelf liever noemt – wil immers ook tijd voor zichzelf. Ze blijft thuis voor de kinderen, omdat ze er voor hen wil zijn in hun jonge jeugd. Financieel lijdt hun gezin niet onder deze keuze. Hun partner heeft een goede baan zodat het gezin op dezelfde voet verder kan leven. Patricia is niet de enige die deze route kiest. Uit cijfers van het CBS blijkt dat 20 procent van de vrouwen onder de veertig jaar die evenveel verdienen als hun partner én menen dat werk en kinderen best samengaan, toch stopt met werken na de geboorte van hun eerste kind. “Er zijn veel meer hoogopgeleide thuisblijfmoeders in Nederland dan wordt gedacht,” beaamt Nicole Orriëns. Zij schreef het boek Nieuwetijds moederen waarin ze een groeiende groep jonge vrouwen signaleert die er tegen de maatschappelijke verwachting in voor kiezen fulltime voor hun kinderen te zorgen. Deze vrouwen lijken een ongunstige keuze te maken. Ze riskeren financiële afhankelijkheid en gooien een carrière weg die ze door hard werken hebben verkregen. Wie zegt dat die carrière er na het moederen nog is? En misschien riskeren ze ook wel hun partner: ze zijn immers niet meer de vrouw met een goede baan, ambitie en druk werkend leven waar hun partner ooit verliefd op werd. De financiële afhankelijkheid is iets wat Patricia moeilijk vindt. Daarom draagt zij een gelijkwaardig deel in de huishoudportemonnee bij met haar spaargeld. Ook Laura Peek, die twee jaar geleden haar baan opzegde als qualitymanager bij ASML, wil liever niet afhankelijk zijn van haar partner.. Laura: “Ik heb altijd een bijdrage geleverd aan de huishoudpot. Maar sinds januari is mijn spaargeld op. Daarom is mijn partner weer vijf dagen gaan werken. Het onbetaald ouderschapsverlof waar hij gebruik van maakte heeft hij moeten opzeggen. Ik vind het wel confronterend om financieel afhankelijk te zijn. Maar mijn partner heeft er minder moeite mee.” Kennelijk vinden de vrouwen het erg belangrijk voor hun eigenwaarde om naast tijd ook geld in het gezin te blijven steken. De partners van de vrouwen zijn betrokken bij de beslissing, maar hebben er óf zoals Laura´s partner voor gekozen meer te gaan werken om zo het gezinsinkomen op peil te houden, óf willen wel meer zorg op zich nemen, maar denken zich dat niet te kunnen permitteren. Patricia: “Mijn man zou graag ook meer tijd met de kinderen door willen brengen, maar hij verwacht dat dat op zijn werk niet kan. Als hij dat aankaart krijgt hij het stempel ‘ambitieloos’ opgedrukt en kan hij een verdere groei in zijn carrière wel vergeten. Ik ben daar wat mijn eigen carrière betreft niet zo bang voor.” Vooral Laura heeft lang geworsteld met het idee te stoppen met werken. Ze was bang voor een gat in haar cv. Ze combineerde zelfs haar baan met een studie bedrijfskunde en een dochter van toen tien maanden. “Een reële angst, maar geen onoverkomelijke,” meent Frédérique Prins van 3 Werf, een bureau voor recruitmentprojecten. Prins deed onderzoek in de ict-sector naar de gevolgen voor de carrière van mensen die er een paar jaar tussenuit gaan. Volgens Prins hoeft het niet schadelijk te zijn voor een cv, mits er al ‘interessante projecten’ op staan. Voor wie nog in de opbouwfase zit, is een tijdelijke stop niet zo handig. “Maar als ik in iemands cv terugzie dat er een drive is om met het vakgebied bezig te blijven, vind ik het geen probleem.” Maar hoe toon je die drive aan? Prins: “Door contact te houden met vakgenoten, boeken op het vakgebied te lezen, formele en informele netwerken in stand te houden, door relevant vrijwilligerswerk te doen of een extra studie op post-hbo of academisch niveau.” Maar makkelijk is het in Nederland niet, weet Prins. “In Engeland is het veel gebruikelijker om een midcareer break te nemen.”

Pappot

Dat het in Nederland not done is, hebben deze vrouwen wel gemerkt. Patricia: “Vooral mannelijke collega’s uit mijn netwerk hebben vooroordelen, en dan met name managers. Zij denken dat je achter de pappot staat. Een vriendin bracht een keer een vriendje mee. Achteraf had hij gezegd: ‘Goh, ze heeft best wel een mening, hè.’ Zodra je besluit thuis te blijven heb je niks meer te melden en sta je buiten de maatschappij.” Patricia snapt haar collega’s wel. “Zij krijgen vrouwen aan hun bureau die zwanger zijn en vervolgens minder willen werken. Ze vinden dat die vrouwen hun carrière verknallen. Maar dan begrijp je niet hoe belangrijk kinderen zijn.” Zelf ziet Patricia het anders: “Of je nu op een kantoor zit of kinderen opvoedt: in beide gevallen doe je nieuwe ervaringen op. In Nederland ontleen je status aan werk. Naar mijn mening is werk zwaar overschat: je haalt er veel minder voldoening uit dan algemeen wordt aangenomen. Maar, wie besluit fulltime voor de kinderen te zorgen, moet wel voor honderd procent achter die keuze staan. Anders word je helemaal gek.”

‘Bij babyzwemmen zei ik liever niet dat ik thuiszat’

Wie: Laura Peek (37) Kinderen: Cate (3) en Sabine (1) Laatste functie: qualitymanager ASML Fulltime thuis sinds: twee jaar Hulp: schoonmaak Partner: fulltime systeemarchitect bij Philips Tass Inkomsten: via partner “Ik bracht mijn kind naar de crèche vanwege mijn cv en het geld. Het werk dat ik deed vond ik niet bevredigend. Ik dacht: waar ben ik in godsnaam mee bezig?” Twee jaar geleden besloot Laura Peek haar baan als qualitymanager op te zeggen om zich fulltime aan haar kind te wijden. Een keuze die haar niet licht viel. Ze vreesde voor een gat in haar cv. In de beginperiode schaamde Laura zich ervoor dat ze geen betaald werk meer deed. “Bij babyzwemmen zei ik liever niet dat ik thuis zat. Ik ontleende m’n identiteit aan mijn werk. Het is overigens heel gezond om dat af te leren.” Bovendien voelde Laura zich erg geïsoleerd. “Bij de peuterspeelzaal sprak ik elke moeder aan voor een praatje.” Met oud-collega’s heeft ze geen contact meer. Alleen met medestudenten van de studie bedrijfskunde, die ze naast haar werk deed en tijdens haar eerste kind, heeft ze nog contact. “Laatst was ik bij een debat en toen voelde ik me echt uitgehongerd. Ik wilde met iedereen daar wel praten. Ik mis het om met mijn vakgebied – management – bezig te zijn. Maar nu mijn dochters groter worden, heb ik meer tijd en zin om verder te kijken.” Ze verwacht niet dat het makkelijk zal zijn om weer een baan te vinden. “Maar een werkgever die niet de meerwaarde inziet van een periode wijden aan opvoeding, daar wil ik ook niet voor werken.” Laura twijfelt niet of ze de juiste beslissing heeft genomen. “Ik ben nu veel gezonder en ik merk het effect op mijn dochter. Ze is rustig en blij. Ik had het eerder moeten doen.”

‘Mensen vinden het vaak óf knap óf zonde. Dat is het allebei niet’

Wie: Thekla van Middendorp (31) Kinderen: Sterre (3) en Stijn (1) Laatste functie: consultant reïntegratie en loopbaanbegeleiding Tempo Team Traject Fulltime thuis sinds: één jaar Hulp: één dag in de week oppas en schoonmaak Partner: fulltime strategist bij E’office’ Inkomsten: via partner “Mijn moeder heeft altijd gewerkt. Ze vond financiële onafhankelijkheid belangrijk. Toen ik overwoog thuis te blijven, vroeg zij zich af of ik daar wel gelukkig van zou worden. Nu ziet ze dat het goed is. Het is een goed overwogen, bewuste keuze geweest, geen vlucht.” Thekla van Middendorp besloot een jaar geleden zich volledig aan de opvoeding van haar twee kinderen te wijden. “Het was elke dag rennen en vliegen. Ik was steeds met mijn hoofd ergens anders en kreeg ook het idee dat de kinderen daaronder leden. Dat gaf me een ontzettend rotgevoel.” Sindsdien leeft het gezin van één salaris. “Het is niet een besluit dat je in je eentje neemt. Mijn partner is er blij mee, want het heeft in ons gezin een enorme rust gebracht. Ons leefpatroon is nauwelijks veranderd, al slaan we dit jaar de wintersport over.” Ondanks de raad van haar moeder heeft het feit dat ze financieel afhankelijk werd van haar partner nooit een rol gespeeld in haar besluit. “Afhankelijkheid of onafhankelijkheid in een relatie zit ´m niet in geld. Als ik geld nodig heb, dan zal ik daarvoor zorgen.” Ook over het gat in haar cv maakt Thekla zich weinig zorgen. “Wat ik nu over mezelf leer, daar kan geen training in persoonlijke ontwikkeling tegenop. Ik heb absoluut niet het gevoel stil te staan. Wel vakinhoudelijk, hoor.” Dit vangt ze enigszins op als vrijwillig bestuurslid van een peuterspeelzaal. Spijt heeft ze nog geen dag gehad. “Ik heb dagen dat ik tegen de muren op vlieg. Maar zulke dagen heb je ook op je werk.” Last van onbegrip heeft ze soms wel. “Als mensen op feestjes vragen: ‘goh, wat doe jij nou?’, en ik vertel dat ik voor de kinderen zorg, dan haken ze af. Mensen gaan ervan uit dat je niet interessant bent. Sommige vriendinnen zeggen: ‘dat zou ik nóóit kunnen’. Mensen vinden het óf knap óf zonde, maar dat is het allebei niet.”

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

‘Ik wilde iedereen laten weten dat ik niet op mijn krent zit’

Wie: Patricia Bonink (33) Kinderen: Marijn (2) en Ian (5 maanden) Laatste functie: directeur en eigenaar van communicatiebureau Bureau Oranje Fulltime thuis sinds: half jaar Hulp: een dag in de week oppas en schoonmaakhulp Partner: werkt fulltime als director service operations bij NCR Inkomsten: beiden, Patricia draagt helft bij uit spaargeld Haar communicatiebureau combineren met één kind ging prima. Maar twee kinderen is toch een ander verhaal, merkte Patricia Bonink. “Ik geloof in het idee dat je beter één ding goed kan doen dan twee dingen half.” Nu richt ze zich fulltime op de zorg en opvoeding van haar twee kinderen. Een dag heeft ze voor zichzelf, dan past haar moeder op. En het schoonmaken besteedt ze uit. “Mijn primaire taak is de opvoeding van de kinderen. Ik wil niet dat ik iets met hen niet kan doen omdat de strijk wacht.” Bang was ze wel dat ze het leven thuis veel te saai zou vinden. “In het begin liep ik tegen mijn eigen vooroordelen aan. Iedereen liet ik weten wat ik allemaal deed, om te laten merken dat ik niet op mijn krent zat. Maar het is me ontzettend meegevallen.” Bang voor stilstand is ze niet. “Ik doe nu ervaringen op die ik daarvoor nog niet had. Meer op het vlak van persoonlijke ontwikkeling. Ik leer een stapje terug te doen. Ik kan niet meer uitgaan van alleen mezelf. Opvoeden is een lesje in leidinggeven: kinderen die iets niet willen zover krijgen dat ze het toch doen en nog leuk vinden ook. Je leert zo ontzettend goed geduld uitoefenen.” Haar vrije dag gebruikt ze om te lezen, te internetten en om afspraken te maken zonder kinderen. “Dat is prettig en nodig.” Met de kinderen doet ze dingen die ze zelf ook leuk vindt. “Ik ben bijvoorbeeld lid van een internationale speelgroep. Marijn speelt en ik praat met de moeders, meestal expatvrouwen. Ik hoor dan leuke verhalen over Nederland en het buitenland. Het moederschap is een deel van mijn leven, net als mijn carrière. Ik weet zeker dat ik deze kinderen een goede basis mee geef. Ook dat is een waardevolle bijdrage.”