Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De lock-in van Facebook en Google

Het web is niet dood, het valt uit elkaar in losse brokken en eilandjes. Dat lijkt althans het gevolg van het landje-pik waarin Facebook, Google en de rest zijn verwikkeld.

 

Het zal weinigen zijn ontgaan dat Google deze week met een eigen Facebook-concurrent is gestart, Google+ Stapt de hele Facebook-gemeenschap over, zoals eerder MySpace werd leeggetrokken door het social network van Mark Zuckerberg? Niet als het aan Zuckerberg zelf ligt. Hij maakte het voor de zekerheid alvast onmogelijk om alle Facebook-vrienden makkelijk over te zetten naar Googles profielendienst. De handige 'Facebook Friends Exporter' van Google werd daarvoor geblokkeerd.

Google Twittert niet meer

In de afgelopen dagen verbrak Google op zijn beurt de banden met Twitter. Het neemt geen tweets meer op in zijn realtime zoekresultaten; de deal die beiden daarvoor hadden, liep 2 juli af en wordt niet meer verlengd. Liever verwijst Google naar het gekwetter op zijn eigen Google+ dienst. Met dergelijke acties verliest internet weer zijn oude karakter van oneindig fijnvertakt web, waarin je van de ene naar de andere site tuimelt.

Lock-in

Dat was het ook al lang niet meer. De grote merken Google, Facebook, Twitter en de rest claimen zoveel mogelijk tijd en aandacht van hun gebruikers. Wat dat betreft heeft Facebook niet te klagen: in april spendeerden Amerikaanse internetters gemiddeld meer dan 6 uur op Facebook, driemaal zoveel als op nummer 2 AOL. Met 750 miljoen vrienden wereldwijd nadert Facebook als vanzelf het stadium van een natuurlijke lock-in: als je je vrienden nog online te pakken wil krijgen, zijn ze maar op één plek te vinden.

Gebruikers als product

Maar in de concurrentiestrijd nemen Facebook c.s. het zekere voor het onzekere, ze gooien de achterdeur steeds nadrukkelijker dicht. Dat begint zo langzamerhand te lijken op een ouderwetse lock-in: doe één keer zaken met een aanbieder en je komt nooit meer bij hem weg. Zeker bij 'gratis' diensten is het van het grootste belang dat er zo weinig mogelijk verkeer weglekt van de broodnodige reclameboodschappen: niet Facebook is immers het product, maar de gebruikers zelf. Wie binnenkort een Chromebook aanschaft, hoeft geen seconde meer te computeren zonder Googles wereldrijk te verlaten.

Apple kampioen

Lock-in is niet nieuw, en nog steeds helemaal van deze tijd. Wat dat betreft kunnen Google en de rest nog leren van Apple. Dat verleidde stapje voor stapje zijn gebruikers tot een leven dat van opstaan tot slapen gaan gevuld kan zijn met het gebruik van zijn hardware (iPhone, iPad, Macbook), besturingssysteem, software uit de App Store en content uit iTunes. Met de clouddienst iCloud voegde het daar onlangs nog een extra veiligheidsslot aan toe: wie zijn hele digitale hebben en houden via iCloud synchronsieert, raakt nog maar heel moeilijk uit de ban van Steve.

Gevaarlijk spel

Apple is echter (nog) geen puur webbedrijf zoals Google en Facebook, maar haalt 90 procent van zijn omzet uit hardware. Daardoor kan het zich wat meer permitteren dan de internetgrootmachten. De verwachting is, dat internetbedrijven niet tot het uiterste kunnen gaan met het bouwen van hun eilandjes, zolang websurfers zich wispeturig blijven gedragen. Met MySpace was het snel afgelopen na 2006. Facebook heeft met een paar privacy-uitglijders als genoeg irritatie opgewekt bij zijn gebruikers – dat kan juist een belangrijke reden zijn om over te stappen op Google+.  Zolang het publiek zijn online aandacht graag blijft verdelen tussen Twitter, chatdiensten, mediasites en, vooruit, lukraak surfen, kunnen de eilanden elkaars bezoekers maar beter verwelkomen.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Lees ook:

Elke week het beste van TechBusiness in de mail? Vraag de nieuwsbrief aan.