Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Dé IT-trends van 2012

2012 is nog redelijk vers. Wat heeft het in petto voor hoe bedrijven met IT omgaan? Verwacht geen radicale revolutie, wel breken een paar trends breed door. En het woord cloud (duimen we) raakt op de achtergrond.
 

 

1. Big Data

Al heel lang verzamelen bedrijven data over hun transacties, klanten en alles wat relevant kan zijn voor hun business. Een tijd terug was het als data mining je van het, inmiddels spreken we van Big Data en is het al een uitdaging op zich er niet in te verzuipen. De stroom aan opgeslagen gegevens zal de komende jaren immers alleen nog maar groeien. Het begint erop te lijken, dat we in 2012 echt erin zullen slagen waarde te peuren uit deze enorme berg gegevens. Doordat de hardware de benodigde snelheid van gegevensverwerking kan leveren, en steeds slimmere software er chocola van kan maken. Ook belangrijk: software die dubbele data of irrelevante informatie eruit filtert. Klinkt voor de hand liggend, maar blijkt razend ingewikkeld.

 

2. Bring Your own Device

Gebruikers van IT laten zich niet meer voorschrijven welke smartphone, laptop of tablet ze moeten gebruiken. Bovendien lopen werk en privé steeds meer in elkaar over, ook op alle mobiele apparaten. Wat in 2011 al op veel plekken voorzichtig werd ingevoerd, wordt volgend jaar de norm: werknemers mogen zelf weten met welke hardware ze productief willen zijn, aan systeembeheer de taak om alles – veilig – draaiend te houden. En of ze het willen of niet, de tijd van één systeem, de Windows-pc, is echt over. De komende jaren zal de dominantie van de Windows-pc afkalven tot ruwweg de helft van de gebruikte apparatuur. De rest wordt dan verdeeld over mobiele Android en Apple-apparaten, en natuurlijk de mobiele versie van Windows 8.

 

3. Apps, apps, apps

Deze hangt nauw samen met het toenemende gebruik van mobiele apparatuur: in de regel werken appjes daarop veel beter dan de webgebaseerde applicaties waar desktopcomputers zo goed mee overweg kunnen. Volgend jaar zullen meer bedrijven en IT-aanbieders hun eigen apps ontwikkelen voor intern en extern gebruik, en de publieke app-stores zullen permanent aangevuld worden met volgende generaties apps die beter gebruikmaken van de steeds krachtigere mobiele apparatuur. Het wordt daardoor voor grote organisaties belangrijker overzicht en controle te houden op dit app internet. Een eigen app store zou daarbij kunnen helpen.  

 

4. De muis is dood

Oké, we zijn nog even zuinig op de muis. Maar tegelijk met de smartphone- en tabletrevolutie zijn nieuwe manieren in opkomst om om te gaan met IT. Bediening via aanraakschermen, met gebaren en stemcommando's wordt algemener, en meer diensten zullen worden ontwikkeld rond de apparaten die dankzij gps-ontvangers en sensoren exact weten waar ze zijn.

 

5. Social Media

Ook al niet weg te denken in 2011, maar in 2012 zullen de ervaringen die de early adopters onder onze bedrijven hebben opgedaan met social media – als marketingmiddel, als hr-machine en hier en daar als manier om interne communicatie te verbeteren – worden opgepakt door de massa. Verwacht de komst van een breed scala aan social enterprise apps: waarom het  intranet vol telefoonnummers en andere corporate informatie over de matirx niet vervangen door een slim en anti-hiërarchisch smoelenboek? Marketing via social media zal meer succesvolle cases voortbrengen, en doordat ook het publiek meer dan ooit zal toestromen op Facebook, Twitter en de rest, komt de potentie van social media in 2012 extra tot zijn recht: meer dan voorheen zal het collectief van klanten via sociale media erin slagen de strategie van bedrijven te beïnvloeden.

 

6. Energieverbruik

Stroom wordt niet goedkoper, milieu en kosten sparen in 2012 belangrijker dan ooit. Verwacht op alle niveaus technologie (onder meer superzuinige servers), diensten en adviezen om stroom te besparen. In de regel kan het 'ijzer', de servers en dektopcomputers, nog veel efficiënter worden ingezet, ook door virtualisatie: een computer deelt zichzelf op en doet net alsof hij verschillende servers is. Met alternatieve koeling is nog veel te winnen. Energie besparen begint met in kaart brengen waar het verbruik optreedt, en vervolgens het regelen van de stroomverbruikers. Slimme tools die dat kunnen, zullen uiteindelijk leiden tot een internet of things: elke lamp, lichtschakelaar en pc zal daarin worden opgenomen, samen met sensoren en camera's.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

 

7. Cloud

Dit jaar ook al een topper, maar volgend jaar nog steeds een fenomeen om rekening mee te houden: de cloud. Het is al lang niet meer de vraag óf, maar eerder wat wel en niet wordt overgelaten aan de cloud. En daarmee is een nieuw toverwoord geboren: de hybride cloud die het beste van twee werelden verenigt. Nu alles wat los en vast zit 'as a service' wordt aangeboden, zal het hypewoord cloud zelf overigens vaker op de achtergrond raken, omdat de manier van aanbieden en afrekenen vanzelfsprekender wordt. Mooi zo.

CSRD: Last of kans? Dit vinden NS en Renewi ervan

In samenwerking met Renewi - Bedrijven kunnen er niet meer omheen: de nieuwe EU-regels (CSRD) verplichten ze om hun impact op mens en milieu inzichtelijk te maken. Is dit een administratieve last of juist een kans om slimmer en duurzamer te ondernemen? NS en Renewi lopen voorop en delen hun ervaringen, valkuilen en tips.

sacha göddeke mulder ns sanders leenders renewi
Sacha Göddeke-Mulder, directeur Duurzaam Ondernemen bij de NS, en Sander Leenders, commercieel directeur Benelux bij Renewi.

Sander Leenders is commercieel directeur Benelux bij Renewi en Sacha Göddeke-Mulder directeur Duurzaam Ondernemen bij de Nederlandse Spoorwegen. Wat zijn hun inzichten, voortgang en tips?

Wat houdt de CSRD precies in?

Sander Leenders (Renewi): ‘De Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) is een Europese richtlijn die bedrijven vanaf 2024 verplicht stelt te rapporteren over de impact van hun activiteiten op mens en milieu. Ik zie de CSRD niet alleen als een verplichting, maar juist als een enorme kans om duurzaamheid structureel te verankeren in bedrijfsvoering. Het gaat niet alleen om het voldoen aan regelgeving, maar om het creëren van een toekomstbestendig bedrijfsmodel waarin duurzaamheid centraal staat. CSRD is geen eindpunt, maar een startpunt voor verdere verduurzaming.’

Sacha Göddeke (NS): ‘Ik zie de CSRD vooral als een kans om te verbeteren. Je moet heel precies rapporteren over je duurzaamheidsinspanningen, van uitstoot tot governance. Dat is niet eenvoudig, maar op den duur geloof ik dat dit veel kan opleveren. Het biedt waardevolle inzichten en stimuleert bedrijven om van elkaar te leren.’

Wat doen jullie op het gebied van circulariteit, één van de onderwerpen binnen CSRD?

Göddeke: ‘Bij NS zijn we zuinig met grondstoffen. Door circulair ontwerpen en circulair inkopen hebben we minder (nieuwe) grondstoffen nodig en voorkomen we afval in de toekomst.’

Leenders: ‘Ons motto is: afval bestaat niet. Afval zien we als grondstof. Op dit moment recyclen we 66,2 procent van het afval, en we hebben de ambitie om dat naar 75 procent te brengen.

Is de CSRD een lust of een last?

Leenders: ‘Duurzame en commerciële impact gaan uiteindelijk hand in hand. Wij en klanten zoals NS hebben al heel hoge duurzaamheidsambities. Nu we hier uitgebreid over moeten rapporteren, kost dat extra tijd. Maar uiteindelijk brengt de CSRD versnelling: door inzichtelijk te maken waar verbeteringen mogelijk zijn. Zo kunnen we uiteindelijk sneller grote stappen zetten.’

Göddeke: ‘Het is veel werk, maar vooral een lust. Mijn team besteedt de helft van de tijd aan meten en rapporteren. Dit noem ik “vertragen om te versnellen”. Als we onze administratie nu op orde brengen, hebben we later meer inzicht in welke duurzaamheidsinitiatief de meeste impact heeft. Bovendien verplicht de richtlijn ook bedrijven die minder met duurzaamheid bezig waren om ermee aan de slag te gaan. Dat is een groot voordeel. Vanwege de ketenverplichting hebben wij duurzaamheidsdata nodig van bijvoorbeeld retailers op onze stations. Dat zijn grote bedrijven als Albert Heijn en Hema, maar ook eenmanszaken. Dankzij CSRD hebben we meer info, spreken we dezelfde taal en wordt verduurzaming nog meer een gezamenlijk doel.’

Samenwerking tussen Renewi en NS, hoe pakken jullie het minimaliseren van restafval aan?

Renewi en NS werken al vijf jaar samen om restafval te minimaliseren door zoveel mogelijk te scheiden voor recycling. Leenders: ‘Afval is slechts een deel van de CSRD, maar wel heel tastbaar aspect. Ons Renewi EcoSmart-team helpt NS dagelijks met verduurzaming. We proberen, testen, verbeteren. Vaak beginnen we met een kleine pilot, bijvoorbeeld op één stationslocatie. Wanneer die slaagt, breiden we uit. We hebben bijvoorbeeld de afvalscheiding van stations nog verder uitgebreid. Zo zamelen we bijvoorbeeld etensresten gescheiden in op stations als er een professionele keuken is. Op kantoren en werkplaatsen heeft onze samenwerking in twee jaar tijd al geleid naar 19 procent minder restafval door onder andere betere scheiding van papier en etensresten.’

ns afvalbakken
NS realiseerde een daling van 19 procent restafval op kantoor met nieuwe afvalscheidingsbakken en heldere communicatie.

Göddeke: ‘De samenwerking omvat meer dan alleen afval. We leren hoe de afvalstromen lopen, of de afvalstromen zuiver zijn en wat we kunnen doen om afval te verminderen. Op dit moment werken we samen aan CSRD. Zo leren we data te delen met ketenpartners.’

Wat zijn concrete projecten die zorgen voor minder afval?

Leenders: ‘We werken aan slimme afvalscheiding op meerdere manieren. Zoals met containers die gesplitst zijn in twee of drie soorten afvalstromen. Betere scheiding aan de bron, verhoogt het recyclingpercentage. Zo hebben we speciale containers waar bijvoorbeeld over de datum brood in kan zonder dat het uitgepakt hoeft te worden. Dat is extra logistiek voor ons, maar maakt recycling voor de retailers op de stations makkelijker.’

Göddeke: ‘Gedragsverandering en bewustwording spelen een grote rol. We gebruiken data om te analyseren hoe afval wordt weggegooid en passen vervolgens verpakkingen en prullenbakken aan. Zo stimuleren we personeel, reizigers en retailers om beter te recyclen. Daarnaast zetten we in op het voorkomen van afval. Reizigers kunnen hun waterflessen gratis bijvullen bij watertappunten op stations en krijgen korting wanneer ze hun eigen beker meenemen voor een kopje koffie. Hierdoor maken we duurzame keuzes aantrekkelijker én verminderen we de afvalberg.’

Leenders: ‘Ons motto is: afval bestaat niet. Afval zien we als grondstof. Op dit moment kunnen we 66,2 procent van het afval recyclen, en we hebben de ambitie om dat naar 75 procent te brengen.’

ns tafeltennistafel recycling
Afval bestaat niet voor NS. Deze tafeltennistafel is gemaakt van 20 jaar oude treinvloeren, die vrijgekomen zijn bij de modernisering van dubbeldekkers.

Wat is jullie belangrijkste tip voor andere bedrijven?

Göddeke: ‘Zie rapporteren op CSRD vooral als een kans. Maak inzichtelijk hoe je ervoor staat en met welke partners in de keten je moet samenwerken. Een belangrijke verandering is namelijk dat bedrijven niet langer alleen naar hun eigen activiteiten kijken, maar naar de gehele waardeketen. Dit betekent ook de impact van leveranciers en productieprocessen. Kijk naar circulaire ketenoplossingen en focus op samenwerking binnen ecosystemen om impact te verminderen. Dat is niet eenvoudig, dus begin op tijd.’

Leenders: ‘Met afval reduceren kun je vandaag al beginnen. Bijvoorbeeld door goed naar je inkoopproces te kijken welk afval er binnenkomt via leveranciers. Begin klein met een pilot. Laat zien dat het kan en loont. Zoek partners en leer van elkaar. Je kunt het niet alleen.’