Bij het ter perse gaan van dit nummer was het onderzoek van Ernst & Young over mogelijke fraude binnen het netwerk van Newconomy-bedrijven nog niet vrijgegeven. Het valt te betwijfelen óf dat ooit nog zal gebeuren. Want wat er in dat rapport staat, zal waarschijnlijk niet alleen belastend zijn voor de onderzochte ondernemers, maar ook voor huidige en voormalige bestuurders van Newconomy. En waarom zou je dat aan de grote klok hangen?
De aanleiding voor het onderzoek was de schorsing van twee oprichters van het internetbedrijf Yooz, Tjibbe Veenstra en Dethmer Drenth. In de loop van 2000 heeft Newconomy minimaal 8 miljoen gulden in Yooz geïnvesteerd. Het in verschillende landen gevestigde Yooz is een opleidingsbedrijf, dat medio vorig jaar Elsevier Training overnam van Reed Elsevier (een overname die werd gefinancierd door Newconomy).
Het boekenonderzoek door Ernst & Young werd gedaan na beschuldigingen dat de ondernemers gefingeerde facturen hebben gebruikt om de omzet op een bepaald niveau te krijgen, wat een voorwaarde was voor vervolgfinanciering door Newconomy. De voorlopige resultaten van het onderzoek bevestigden dat er op grote schaal onregelmatigheden bij Yooz hebben plaatsgevonden. Maar de definitieve versie van het rapport laat dus op zich wachten.
De onregelmatigheden en de schorsing, kortom de ‘zaak-Yooz’, speelden een hoofdrol tijdens de interne ruzies bij Newconomy. Eerder dit jaar werd oprichter en topman Maurice de Hond door de raad van commissarissen geschorst, na de tegenvallende financiële prestaties. Dat leverde blijkbaar de nodige kinnesinne op, want De Hond reageerde door een aantal relaties een brief te sturen met negatieve informatie over president-commissaris Pieter van Hoogstraten. Daarin zegt hij onder meer dat het Van Hoogstraten was die Yooz bij Newconomy heeft binnengehaald en de investeringen in het bedrijf heeft doorgedrukt.
Toen Van Hoogstraten enige tijd later met een potentiële financier sprak (om de problemen bij Newconomy op te lossen) werd hem deze brief voorgehouden. Van Hoogstraten voelde zich hierdoor naar eigen zeggen bedreigd en vertrok. De financier faxte de brief vervolgens naar de pers, zodat iedereen ervan mee kon smullen. Blijft de vraag staan wat er eigenlijk waar is van die beschuldigingen van Maurice de Hond.
In de zaak-Yooz draait het om de volgende vragen. Wie zijn die bestuurders die inmiddels geschorst zijn? Klopt het dat Van Hoogstraten hen heeft binnengehaald? Had hij, of had Maurice de Hond de problemen kunnen voorzien?
De figuur van Tjibbe Veenstra, de geschorste ceo van Yooz, staat daarbij centraal. De afgelopen tien jaar heeft Veenstra grotendeels in het buitenland doorgebracht. Bij verschillende zakelijke beslommeringen, zowel in Nederland als daarbuiten, zijn echter problemen ontstaan. Dat maakt de vraag waarom hij desondanks tamelijk makkelijk op een financiering van Newconomy mocht rekenen, extra interessant.
Maar laten we bij het begin beginnen.
Van Veenstra (51) is bekend dat hij een decennium geleden een klapper heeft gemaakt met de verkoop van zijn mediabedrijf Expo Consult aan United Newspapers. Samen met twee toenmalige compagnons (G. Brasser en A. Hoogland) zou hij daarbij 75 miljoen gulden hebben mogen verdelen. De drie brachten een deel van de opbrengst onder in een beleggingsmaatschappij, Borgmeer. Enkele jaren later begonnen de twee voormalige zakenpartners echter een rschtszaak. Ze beschuldigden een handlanger van Veenstra (C. Bosman) ervan voor miljoenen guldens uit de kas van Borgheer te hebben laten verdwijnen en een belangrijk deel van dat geld te hebben doorgesluisd naar Veenstra. Brasser en Hoogland hebben jarenlang hemel en aarde bewogen om te proberen het geld terug te krijgen ‘met talrijke juridische procedures’, aldus het Nieuwsblad van het Noorden, tegen Bosman en Veenstra.
Veenstra had op dat moment al in Engeland de prestigieuze Reed’s Nautical Almanac gekocht. Uit deze periode stammen de geruchten dat hij in een kasteeltje in Ierland woonde en zelfs dat hij er een privé-vliegtuig op nahield. Maar zijn Britse uitgeverij (Thomas Reed) kwam in de problemen. Nadat het grootste deel ervan werd overgenomen door McMillan, bleven er enkele stevige claims over van Britse toeleveranciers, die tot op de dag van vandaag open staan.
Halverwege de jaren negentig was Veenstra weer in Nederland. In Eindhoven richtte hij het Multi Media Research Institute (MMRI) op, eveneens een opleidingsinstituut, waarin de twee Brabantse softwarebedrijven SPC Group en Codim als financier optraden. Nu was het Veenstra’s vrouw Jeltje Ackermans die naar voren werd geschoven. Zij bekleedde de functie van directeur, Veenstra had zelf geen formele functie. Al na een half jaar trok SPC zich terug, na grote vraagtekens bij het financiële reilen en zeilen. Codim hield het nog een half jaar langer vol, waarna directeur Van den Bichelaer van Codim, geschrokken door de financiële situatie, haastig het faillissement aanvroeg.
Tjibbe Veenstra staat bekend als een aardige, erudiete, attente man. “Ik heb vroeger met hem te maken gehad en ik ken hem als een prima vent,” zegt Eduard Rijnja van uitgeverij Stam Yachting. “Ik kan me nauwelijks voorstellen dat de negatieve verhalen die over hem in de krant staan, waar zijn.”
René van den Bichelaer ziet het anders. “Het is een ongelooflijk charmante en inventieve man. Maar zonder die eigenschappen kun je het niet redden op de manier waarop hij zaken doet. Hij is een briljante plannenmaker, hij schudt ondernemingsplannen uit zijn mouw, compleet met een fraaie cashflow-prognose. Die plannen dienen om investeerders over de streep te trekken. De prognoses kunnen later altijd worden bijgesteld.”
Veenstra heeft nog een ander sterk kenmerk: zijn onvindbaarheid. De afgelopen jaren doen verschillende advocatenbureaus grote moeite om vorderingen te innen die bedrijven op hem zeggen te hebben. “Maar hij is vreselijk moeilijk te pakken te krijgen,” zegt een Nederlandse advocaat die optreedt namens BPC Books & Journals, inzake een openstaande claim uit 1994.
Sinds de problemen met Yooz en de schorsing van Veenstra is ook het kantoor van Yooz in Antwerpen onbereikbaar.
Met alle claims en affaires is het opvallend dat er nooit een strafrechtelijke zaak tegen Veenstra is gestart. Verschillende mensen verzekeren dat het geen kwestie is van gebrek aan bewijs, maar aan tijd voor en interesse in de zaak van de kant van justitie. Van den Bichelaer is weliswaar tot een gesprek met de politie gekomen. “Maar men heeft mij zachtjes ontraden om ermee door te gaan. Het heeft bij justitie geen enkele prioriteit. Ze hebben het al druk genoeg. En als de ene zakenman de andere oplicht, dan is de algemene mening dat het min of meer zijn eigen schuld zal zijn. Van zo’n procedure raak je alleen maar nog meer gefrustreerd.”
Terug naar Maurice de Hond en Pieter van Hoogstraten. Wat wisten zij hiervan? Zeker is dat De Hond aanvankelijk getipt werd door Van Hoogstraten om met Veenstra te gaan praten over Yooz. Daarna is een eerste bedrag geïnvesteerd (begin 2000) en werd Yooz lid van de ‘familie’ van bedrijven rond Newconomy.
In april vorig jaar is De Hond omstandig gewaarschuwd dat er wel enkele ‘akkefietjes’ rondom Veenstra liepen. Later verklaarde hij dat Van Hoogstraten, toen hem de ‘slechte informatie’ werd voorgelegd, alles pertinent tegensprak. Waarna de vervolginvestering in Yooz (zomer 2000) gewoon doorging.
De Hond was zelf commissaris bij Yooz. Commissarissen moeten volgens de wet zorgen voor ‘behoorlijk bestuur’. Zeker is dat De Hond meermalen omtrent Veenstra is gewaarschuwd.
Die verplichting van ‘behoorlijk bestuur’ geldt ook voor Pieter van Hoogstraten, die tot mei van dit jaar president-commissaris van Newconomy was. Van Hoogstraten kende Veenstra uit de tijd dat die bij het MMRI zat en hij zelf werkte voor KPN Multi Media. Volgens verschillende bronnen zijn ze daarna persoonlijke vrienden geworden. In een artikel in het Financieele Dagblad bevestigt Van Hoogstraten dat Yooz via hem bij Newconomy is binnengekomen.
Toen hij in april vorig jaar werd geconfronteerd met Maurice de Hond, die net enkele verontrustende dingen over Veenstra had gehoord, heeft Van Hoogstraten een onderzoek uit zijn tijd bij KPN Multi Media erbij gehaald. In het Financieele Dagblad vertelt hij over dat rapport (dat uit 1996 stamt): “Ook toen zijn er vragen gesteld rond het verleden van Veenstra. KPN heeft een antecedentenonderzoek laten doen waaruit bleek dat Veenstra tien jaar geleden betrokken is geweest bij een faillissement.”
Kortom, één lullig faillissementje is geen schande, daarom hoeven we ons verder niet druk te maken over Veenstra.
Wat was dat voor onderzoek, van KPN in 1996? Hoe kan het dat deze ‘onderzoekers’ de rechtszaken naar aanleiding van Expo Consult hebben gemist? En de problemen in Engeland? Verschillende mensen verklaren dat ze Van Hoogstraten al in 1996 uitvoerig hebben geïnformeerd over Veenstra, wat zeker méér inhield dan het ‘faillissement tien jaar geleden’.
Toch was het met het KPN-onderzoek dat Van Hoogstraten Maurice de Hond heeft overtuigd om opnieuw zo’n vier miljoen in Yooz te stoppen. Dat geld leek begin 2001 als sneeuw voor de zon te zijn verdwenen.
Als er iets met het Yooz-geval wordt aangetoond, dan is het dat er bij Newconomy vorig jaar erg onzorgvuldig te werk werd gegaan. Pieter van Hoogstraten is inmiddels van het toneel verdwenen, Maurice de Hond is weer directeur, en er zijn nieuwe commissarissen. Hopelijk heeft het bedrijf inmiddels een goed bureau gevonden om zijn antecedentenonderzoeken te laten doen.
Bij Newconomy wilde voorlichter P. Kuipers niet reageren op vragen over Veenstra. Een verzoek om aan Van Hoogstraten te vragen ons terug te bellen, om te reageren, werd gehonoreerd maar leverde geen telefoontje op. Op een verzoek aan een zaakgelastigde van Veenstra, om hem te vragen terug te bellen en te reageren, volgde de toezegging dat we hoe dan ook zouden worden gebeld. Dat is echter niet gebeurd.