Lego bestaat 80 jaar en staat als een huis. Hoe de wereldberoemde steentjes zo'n succes werden.
Lego was niet altijd Lego zoals wij het kennen. Oprichter Ole Kirk Kirstiansen maakte oorspronkelijk houten speelgoed. Zijn bedrijf was vrij succesvol, maar maakte pas echt naam toen in 1958 de zoon van de stichter een patent nam op de plastic blokjes. Lego, dat na al die jaren nog steeds in handen is van dezelfde familie, maakte ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag dit prachtige animatiefilmpje over de historie van het bedrijf.
Niet kapot te krijgen
Het Deense Lego – opgericht in 1932 – groeide in tachtig jaar uit tot een wereldspeler met 10.000 werknemers en een omzet van grofweg 3,5 miljard dollar.
Het ging Lego niet altijd voor de wind. Toch wist het in 10 jaar tijd een miljoenenverlies om te turnen in een recordomzet en een winst van een half miljard euro.
Zoals elk succesvol bedrijf speelt een aantal factoren een rol bij het grote succes. MT ontleedde eerder dit jaar de drie belangrijkste aspecten. Hieronder staan ze nog eens op een rij.
Wat het niet aflatende geheim van de bouwsteentjes is:
1. Focus op de kern
Begin deze eeuw plakte de Deense speelgoedproducent haar logo op pretparken, rugzakken en T-shirts. De doelgroep begreep er niets van. De nieuwe ceo Jørgen Vig Knudstorp besloot dat het weer om steentjes moest gaan en gooide al het randgebeuren eruit, inclusief de 4 Legoland-pretparken. Resultaat vorig jaar: een wereldwijde recordomzet van 2,1 miljard euro. Enig minpuntje: de online game Lego Universe, die het minder deed dan verwacht. En inderdaad, ook geen core is.
2. Klant centraal
Het aantal verschillende Lego-onderdelen, al jaren rond de 7.000, steeg eind jaren ’90 in recordtempo naar 14.000. Te veel voor de gemiddelde consument, en bovendien te duur: productie-, voorraad- en logistieke kosten stegen explosief. Besloten werd niet langer de designers het laatste woord te geven, maar de klant. Knudstorp vloog de wereld rond om met kinderen te praten, er kwamen kindertestpanels, en evenementen en brandstores om kinderen het merk te laten beleven. Zodat hun ouders voor omzet zorgden.
3. Innovatie en slimme licenties
De omzetgroei komt vooral van klassiekers als Duplo, Lego City en Lego Technic, maar ook van licentieproducten. Zo stonden de pakketjes met figuren uit Star Wars en Harry Potter vorig jaar op menig verlanglijstje. Ook de 10 Lego-gezelschapsspellen, gelanceerd in 2010, bleken een succes. Ook dit jaar is er weer een grote hit: Lego Ninjago, een concept dat spinners en bouwsets combineert. Zelfs internet blijkt geen bedreiging, maar juist een versterking: parodieën met Lego-poppetjes zijn op YouTube drukbezocht.
Bron: o.a. martijn arets; Brand expedition