Een eerste vereiste van het jezelf goed presenteren, is op tijd ergens verschijnen. Dus zet ik alles op alles om vanuit Amsterdam om 9 (!) uur in een klaslokaal van de Maastrichtse kunstacademie te zijn, waar Yvonne Bremers me op een bekertje automatenkoffie trakteert.
Een half uur later haalt de charmante docente de eerste taartpunten tevoorschijn – waarbij het voor een smulpaap als bovengetekende jammer is dat het getekende exemplaren betreft. "Presenteren is het overbrengen van een boodschap – en daarbij wordt slechts 7 procent gevormd door de inhoud", zegt ze, de ongelijke happen uit het cirkeldiagram afzonderlijk benoemend. "Verder is 38 procent stemgebruik en 55 procent houding – hoe je staat, je beweegt, hoe je je handen gebruikt, je mimiek… Die 38 procent stemgebruik kun je op drie manieren beïnvloeden: door volume, door intonatie en door tempo. Dat zijn de onderdelen waaraan je wat kunt doen, want aan de stem zélf kun je natuurlijk niets veranderen. We hebben hier vandaag een klas met maar één jongen, nou daar kan ik echt geen sopraan van maken hoor. Ja, heel eventjes, met een gemeen trucje, maar niet permanent."
Een ondeugend grapje op de vroege woensdagochtend, maar wel eentje dat luid en duidelijk binnenkomt. En dat heeft er natuurlijk alles mee te maken dat Yvonne precies weet hoe ze iets moet overbrengen. Zonder nog maar één blik in het lesboek te hebben geworpen, weet ik intuïtief dat ze alles op dit gebied perfect doet. Dat wordt nog eens bevestigd als de leerlingen van de kunstacademie daarna aan hun eigen presentatie gaan beginnen. De eerste kandidaat, de enige jongen in het gezelschap, zou buiten Maastricht ondertiteld moeten worden. Verder is hij iets te veel met het projectiescherm achter hem bezig. En eenmaal omgedraaid, kijkt hij slechts een beperkt deel van zijn gehoor aan, waarmee hij de gehele linkerflank (voor de toeschouwer de rechterflank) buitensluit.
Yvonne heeft het allemaal in de smiezen gehad. "Je moet lopen, dingen aanwijzen en je vooral veel vaker terugdraaien naar je publiek. Nóóit tegen het doek aan praten, want al heb je misschien een paar lekkere billen, je sluit je publiek daarmee van je af. Stel ook af en toe een vraag, of creeëer een stilte. Laat je publiek een zin aanvullen; zo blijven ze bij de les. Zorg ook dat je balans goed is. Leun niet op één heup. Vertrek vanuit een goede basishouding: voeten een beetje uit elkaar houden en dames: de knieën niet in het slot gooien! Lichte spreidstand, gewicht in je bekken laten laten zakken, niet met je knieën wiebelen…"
Het lijkt de ochtendgymnastiek wel! Maar goed, het tijdstip is er dan ook naar…