Zeg liever: je hebt een lage score, dan: je hebt het slecht gedaan. Dat is beter voor de prestaties, en voor de relaties tussen mensen, ontdekt Margreet Reitsma in haar promotieonderzoek. Maar op het werk moet juist andersom gedacht worden. "Woordkeuze heeft invloed op enorm veel zaken."
Discrimineren via taal kan heel subtiel, zo subtiel dat je er (bijna) niets van merkt. Subtiele discriminatie houdt in dat je hetzelfde gedrag anders omschrijft, legt promovendus Reitsma in Volkskrant Banen uit. "Boodschappen kunnen positief of negatief zijn en daarnaast abstract of concreet worden omschreven. Abstract is: 'Jij bent behulpzaam'. Concreet is: 'Je hebt me goed geholpen'. Het verschil lijkt misschien niet groot, maar het is wel degelijk van belang. Abstract taalgebruik is persoonlijker en geeft in meerdere mate een waardeoordeel over de persoon. Dat maakt dat abstracte boodschappen meer impact hebben dan concrete boodschappen."
Slechter
"Ik heb onderzocht in hoeverre subtiele discriminatie de prestaties van mensen en relaties tussen mensen beïnvloedt. Deze vorm van discriminatie komt vaker voor dan je in eerste instantie zou verwachten. Mensen zijn zich er namelijk niet van bewust dat ze het doen. Door de woordkeus kan taal discriminerend zijn." Mensen die een negatief abstracte boodschap krijgen, presteren slechter, legt Reitsma uit. "De ene groep kreeg van een persoon te horen dat ze ‘slechter waren dan gemiddeld'. Een andere groep hoorde dat ze ‘een lagere score hadden dan gemiddeld'. Bij beide groepen was de boodschap dus negatief, maar de eerste groep scoorde na de opmerking minder goed. Deze beïnvloeding ging overigens niet op toen ze deze boodschap van een computer te horen kregen."
Snauwen
"Mensen horen graag een positief abstracte boodschap. Dus liever: ‘je bent beter dan gemiddeld', dan: ‘je hebt een hogere score dan gemiddeld'. Bij een negatieve uiting is dat andersom. Dan willen mensen graag concreet weten wat ze verkeerd hebben gedaan in plaats van een waardeoordeel horen. Als je partner altijd zijn sokken laat slingeren, kun je beter zeggen dat je je dáár aan ergert, in plaats van te snauwen dat hij een sloddervos is. De eerste opmerking heeft waarschijnlijk meer effect als je wilt dat hij zijn gedrag aanpast."
Op het werk
"Als een ondergeschikte het gedrag van zijn of haar baas beschrijft, taalgebruik de relatie juist andersom beïnvloedt. Als een ondergeschikte tegen zijn baas zegt dat hij ‘beter is dan gemiddeld', dan denkt de baas dat zijn werknemer zit te slijmen. Er ontstaat argwaan: wat moet hij van me? Wil je een goede band met je ondergeschikte, dan kun je positief abstracte taal gebruiken. Maar dat werkt dus niet als je een goede band met je baas wil."
Lees het hele artikel in Volkskrant Banen