In drukke post-crisistijden moeten managers steeds meer ballen in de lucht houden. Multitasken dus, maar werkt dat eigenlijk wel?
#1. Multitasken werkt niet
Multitasken? Nee, dat werkt niet, meent de in ADHD-gedrag gespecialiseerde psychiater Edward Hallowell. In zijn boek CrazyBusy: Overstretched, Overbooked, and About to Snap! omschrijft hij multitasken als een ‘mythische activiteit waarbij mensen geloven dat ze twee of meer taken op hetzelfde moment kunnen uitvoeren’. Multitasken is in de huidige samenleving vol iPhones, mail en sociale media overigens wel uiterst verslavend, zo meent hij en daar geeft hij twee redenen voor. Allereerst geeft het doen van veel dingen tegelijk een adrenaline-kick. Ten tweede geldt multitasken als een statussymbool. ‘Maar prestaties worden er minder door,’ zegt Hallowell, ‘en multitasken beperkt bovendien je geheugencapaciteit en verhoogt gevoelens van onrust of zelfs angst.’
#2. Multitasken leidt tot fouten
De hoogleraren psychologie David Strayer en David Sanbonmatsu van de Amerikaanse Universiteit van Utah publiceerden vorig jaar hun studie over multitasken. De onderzoekers bestudeerden 56.000 automobilisten die achter het stuur al bellend een kruising naderen. Ongeacht of de mobiele telefoon werd vastgehouden of handsfree was, maakte veruit de meerderheid van de telefonerende automobilisten fouten in het verkeer. Zodra de aandacht van de participanten over twee taken werd verdeeld, presteerden ze eenvoudigweg vele malen minder goed.
#3. Frequente multitaskers zijn het minst capabel
‘Verontrustend,’ zegt David Sanbonmatsu, ‘was bovendien dat onze data aantoonden dat het soort mensen dat tegelijkertijd autorijdt en belt juíst het soort mensen zijn die dit beter niet zouden kunnen doen. Ons onderzoek wijst uit dat de mensen die het meest frequent multitasken, degenen zijn die hier bij uitstek het minst capabel en effectief in zijn.’
#4. Sommige mensen zijn supertaskers
Maar Strayer en Sanbonmatsu ontdekten ook nog iets anders bijzonders. En wel een soort supermens, oftewel de supertasker. Een paar (super)mensen wisten tijdens het onderzoek diverse taken tegelijkertijd feilloos uit te voeren. Zij behoren, volgens Strayer, tot een klein percentage van de mensheid die kunnen supertasken door een sterke combinatie van aandacht, geheugen en het zeer goed bestand zijn tegen afleiding. Deze supertaskers, aldus Strayer, zijn in staat de bottlenecks te vermijden die de rest van ons ervan weerhoudt om meer dan een taak tegelijkertijd perfect uit te voeren. Strayer: ‘Hun brein doet iets dat wij niet kunnen.’
#5. Twee taken doen kan iedereen
Focussen op een taak tegelijk dus, als je geen supertasker bent? Onzin, zegt de Franse neurowetenschapper Etienne Koechlin. Enkele jaren terug bewees hij met zijn onderzoek aan de INSERM in Parijs dat we prima twee taken – niet meer! – tegelijkertijd kunnen doen. Tijdens het onderzoek ontdekten de Franse wetenschappers dat bij mensen die zich focussen op een taak de rechter- en linkerkant van de prefrontale cortex samenwerken. Zodra er een tweede taak bijkomt, gaan de twee kanten onafhankelijk van elkaar functioneren. Volgens Koechlin toont zijn onderzoek aan dat het brein heen en weer kan switchen tussen twee verschillende taken. ‘Maar we komen in de problemen als we meer dan twee taken tegelijkertijd trachten te doen,’ zegt Koechlin, ‘we hebben tenslotte maar twee frontale kwabben.’
#6. Mannen zijn trager dan vrouwen
En hoe zit het met de mythe dat vrouwen beter kunnen multitasken dan mannen? Geen mythe, zo verklaarden Britse onderzoekers van onder meer de Universiteit van Glasgow vorig jaar, want vrouwen zijn wel degelijk betere multitaskers. Niet alleen keken de wetenschappers naar resultaten van eerdere onderzoeken. Ze voerden ook een computertest uit onder 120 vrouwen en 120 mannen waarbij voortdurend van taken werd geswitched. Het ging daarbij zowel om teloefeningen als het herkennen van bepaalde vormen. De resultaten in snelheid en accuratie waren gelijk tussen de twee groepen, zolang het maar om opeenvolgende taken ging. Zodra de taken tegelijkertijd doorelkaar heen gingen lopen, vertraagden beide groepen flink en begonnen ze fouten te maken. De mannen waren echter nog een stuk trager dan de vrouwen. ‘Dit zou serieuze implicaties kunnen hebben,’ zegt Gijsbert Stoet, een van de hoofdonderzoekers van de Universiteit van Glasgow, ‘in de wijze waarop kantoren met al hun afleidingen vandaag de dag worden georganiseerd.’
#7. Vrouwen organiseren beter
In een tweede test van het Britse onderzoek, ditmaal dichter bij de dagelijkse realiteit, kregen beiden groepen acht minuten de tijd om diverse opdrachten tegelijkertijd te volbrengen. Zoals het vinden van restaurants op een kaart, een paar simpele sommen maken, een telefoon beantwoorden en zoeken naar een verloren sleutel. Acht minuten was te weinig tijd om de opdracht goed te kunnen doen. De participanten moesten daarom prioriteiten stellen, hun tijd goed managen en vooral onder druk kalm blijven. ‘De vrouwen, zegt hoogleraar Keith Laws, een van de hoofdonderzoekers van de Universiteit van Hertfordshire, ‘presteerden vele malen beter dan de mannen. Zo zochten ze naar de sleutel door cirkels te maken richting het midden, wat een strategisch effectieve manier is om iets te vinden, terwijl de mannen zo maar in het wilde weg zochten. Over het algemeen namen de vrouwen bij aanvang van de test meer tijd om na te denken over hoe ze het zouden gaan doen, terwijl de mannen sneller en impulsiever van start gingen. Het toont aan dat vrouwem onder stress beter in staat zijn te stoppen en na te denken over de juiste aanpak dan mannen. Het betekent overigens niet dat mannen niet kunnen multitasken, maar wel dat vrouwen beter zijn in hun tijd goed te organiseren en het switchen tussen diverse taken.’
#8. Wie wil multitasken, doet yoga
Er is overigens hoop voor fervente multitaskers, en wel in het doen van yoga. Uit een gloednieuwe studie van de Universiteit van Illinois, die vorige week werd gepubliceerd, blijkt dat het driemaal per week doen van hatha yoga gedurende acht weken zowel het geheugen als de mentale flexibiliteit versterkt en ons beter maakt in het switchen tussen taken. Het onderzoek werd uitgevoerd onder 108 senioren tussen de 55 en 79 jaar oud. Andere vormen van stretch en spierversterkende oefeningen zorgden niet voor een verbetering van de breinfuncties. Hoofdonderzoeker en hoogleraar Edward McCauley: ‘De participanten uit de yogagroep deden de toegewezen taken sneller en meer accuraat, zonder afgeleid te worden. Het ging om de soort mentale functies die we in het dagelijks leven nodig hebben om goed te kunnen functioneren, om te kunnen multitasken en onze dagelijkse activiteiten te plannen.'