Google kocht met Nest geen thermostaat, MOOC's zijn geen online studies. 5x bewijs dat big data elke business verandert.
Big data zorgen voor een hele andere manier van denken, zegt Viktor Mayer-Schönberger in een interview dat we met hem hadden. Mayer-Schönberger is professor internet governance and regulation aan het Oxford Internet Institute en co-auteur van De big datarevolutie, volgens MT een van de beste businessboeken van 2013. Alle organisaties moeten volgens hem databedrijven worden, wat het compleet andere organisaties maakt. Vijf voorbeelden uit de praktijk, zowel van bedrijven die vanaf dag 1 in data zitten als van nieuwe data-organisaties:
#1. De Nest is geen gadget
Nest is sinds begin dit jaar in het bezit van Google. Het bedrijf, dat is opgericht door ex-Apple-man Tony Fadell, maakt slimme thermostaten en rookmelders. Google heeft echter geen verzameling hippe gadgets gekocht, maar een dataverzamelings-platform vol belangrijke informatie over het energieverbruik en warmevoorkeuren van gebruikers, zegt Mayer-Schönberger. 'Dat is zeer waardevolle informatie, zowel voor Google zelf als voor klanten. Het veranderen van de temperatuur in je kamer is op dit moment ingewikkeld en het kost tijd, dus doen we het niet. Als het te heet is, openen we een raam, als het te koud is, dan doen we het raam weer dicht.'
De Nest staat echter in verbinding met internet en is zelflerend, dus komt er opeens data vrij over warmtevoorkeuren per tijdstip en per locatie. 'Als je dat soort voorkeuren kunt inbouwen met intelligente software, dan help je mensen veel geld besparen.' De overname van Nest door Google is daarom ook logisch, zegt Mayer-Schönberger. 'Het is onderdeel van hun strategie. Ze hebben in het verleden soortgelijke aankopen gedaan. Zo kocht het bedrijf een online reserveringssysteem voor vliegtickets, alleen omdat ze interesse hadden in de data die eronder lag.'
#2. Smartphones zijn niet om te bellen
Mayer-Schönberger: 'We denken dat weersvoorspellers veel data hebben, maar ze hebben vooral nationale data, geen lokale data. Dus als jij morgen wilt barbecuen, weet je niet of het gaat regenen.' Dat probleem kan binnenkort verleden tijd zijn, want de KNMI heeft een onderzoek gedaan waaruit blijkt dat de plaatselijke temperatuur kan worden afgeleid uit de accutemperatuur van smartphones. 'Wat betekent dat? Het betekent dat er in principe honderdduizenden weerstations rondlopen in Nederland, en dat het mogelijk is om continu data te verzamelen, in plaats van om de zoveel uur. In potentie wordt een smartphone zo een weersvoorspeller.'
#3. Vliegtuigen zijn niet om te vliegen
Een organisatie die al langere tijd in de business van weersvoorspelling zit, is het Duitse Lufthansa. Het luchtvaartbedrijf verzamelt tijdens vluchten uiteenlopende gegevens over het weer, zoals de temperatuur, de luchtdruk en de vochtigheid. Dit alles is noodzakelijke informatie voor het vluchtsysteem, vertelt Mayer-Schönberger. 'Al 7 jaar lang zetten ze al deze data na afloop van een vlucht op een USB-stick en sturen ze het naar de weersinstanties in Duitsland. De gegevens die door 300 vliegtuigen worden verzameld, hebben de afgelopen jaren gezorgd voor een verbetering van de weersvoorspellingen van 8 procent. Dus is Lufthansa wel een luchtvaartmaatschappij?'
#4. MOOC's zijn geen online studies
MOOC's, massive open online courses, zijn de hype in onderwijsland. Volgens Mayer-Schönberger wordt de impact van de leerplatformen nog niet ten volle overzien. 'Veel mensen zeggen dat MOOC's onderwijs voor iedereen toegankelijk zullen maken, maar voor mij gaan ze daar niet over. Het zijn datacollectie-platformen, op een massale schaal.'
Hij verwijst naar de populaire mobiele app Duolingo, die recentelijk nog een investering van 20 miljoen dollar kreeg. 'Je kunt er talen mee leren, maar onderliggend achterhaalt de app ook wat leraren en taalkundigen niet weten, namelijk: waar mensen in het leerproces afhaken en wanneer ze juist sneller leren. Dat inzicht kan verkregen worden door de realtime verzameling van data en de schaalgrootte van de app – het wordt door 20 miljoen mensen gebruikt.'
Mayer-Schönberger denkt dat big data de hele wereld van educatie op zijn kop zal zetten. 'Op school wordt alleen de leerling getest, en niet het product zelf. De manier waarop wordt lesgegeven, wordt meestal gestuurd door ideologie. Dat is eigenlijk te stom voor woorden.'
#5. Autofabrikanten zetten geen auto's in elkaar
Vliegtuigmotorenfabrikant Rolls-Royce heeft zijn bedrijfsmodel de afgelopen 10 jaar ingrijpend herzien. Het bedrijf maakt niet alleen producten, maar heeft zich ook verdiept in gegevensanalyse. Vanuit een operationaal centrum in Derby (UK) houdt het de prestaties van 3.700 straalmotoren overal ter wereld in de gaten. Zo kan het bedrijf problemen signaleren voordat er storingen optreden, en kan het ook onderhoud aanbieden aan klanten. Deze service is inmiddels verantwoordelijk voor 70 procent van de inkomsten van de Roll-Royce-vliegtuigmotorendivisie, zegt Mayer-Schönberger. Op een zelfde manier kunnen autofabrikanten hun business veranderen, denkt de professor. 'Ze moeten begrijpen dat ze gebouwd zijn op informatiestromen.' Als voorbeeld geeft hij een Europese autofabrikant die met behulp van dataverzameling een fout in een onderdeel vond, daar zelf een oplossing voor bedacht en die oplossing vervolgens aan de leverancier én alle concurrentie verkocht. 'Zij gingen te werk met een big data mindset.'