Vier redenen waarom je geen geld aan een smartphone-app moet uitgeven (en één reden waarom je er toch aan moet geloven).
#1. Een app is nog geen idee
There's an app for that, zegt Apple al jaren en daarmee raakt het bedrijf een belangrijke snaar. In het meest ideale geval dient een applicatie een doel, het lost bijvoorbeeld een probleem op. Waarom wil je een app? Omdat iedereen zegt dat het belangrijk is, of omdat je een bepaald idee hebt dat specifiek uitvoerbaar is op mobiele apparaten? Door je website één op één te vertalen naar een app voeg je niets toe. Een goed voorbeeld van hoe het wél moet is de app van Albert Heijn, waarmee de gebruiker op basis van het boodschappenlijstje een persoonlijke winkelroute kan bepalen in een AH-winkel naar keuze. Een applicatie is pas een slimme applicatie als er een idee achter zit.
Het is nog niet te laat om daarover na te denken. Mobiel is het online van tien jaar geleden, zo vertelde Brechtje de Leij van NU.nl begin april tijdens Online Tuesday, een event over digitale ontwikkelingen. De ontwikkelingen gaan net zo snel, maar staan ook nog in de kinderschoenen. 'Mobiel komt bijvoorbeeld nog weg met een melding van het aantal downloads van een applicatie', zo vertelde ze. Terwijl het daadwerkelijke gebruik uiteraard veel belangrijker is. De Leij: 'De context bepaalt welk scherm wordt gebruikt, het heeft invloed op hoe gebruikers naar bepaalde content kijken. Maar mobiele content is complex, er zijn veel randvoorwaarden waar je rekening mee moet houden.' Zo is er bijvoorbeeld het gebruiksmoment: overdag en onderweg vraagt om andere functionaliteiten dan 's avonds laat op de bank.
#2. Er zijn teveel platformen
Eén van die zaken waar je rekening mee moet houden, is de veelvoud aan besturingssystemen op mobiele apparaten. Wat dat betreft is één app eigenlijk geen app. Apple's iOS en Android, vooral dankzij Samsung, zijn de twee grote spelers op dit moment. Volgens onderzoeksbureau IDC waren ze in 2012 samen goed voor 87,6 procent van de wereldwijde smartphonemarkt, een aandeel dat in het vierde kwartaal van het jaar zelfs naar 91,1 procent is gestegen (zie ook tabel hieronder). Andere partijen als Microsoft (Windows Phone) en Blackberry hebben slechts enkele procenten van de markt in handen, maar wie als merk alle gebruikers wil bereiken, zal wellicht verder moeten kijken dan iOS en Android alleen.
En wie een beetje serieus in de apps wil stappen, zal voor alle besturingssystemen een aparte app moeten maken. De Leij: 'Het ergste wat je als merk kan doen is een iOS-app geschikt maken voor Android. Daarmee beledig je de gebruiker. Je zet Feyenoord-fans ook niet in de Amsterdam Arena met de melding: maar dit is toch gewoon voetbal?' Met andere woorden: ieder besturingssysteem heeft een andere doelgroep en vraagt dus om een andere benadering. De Leij: 'iOS-gebruikers zijn bijvoorbeeld hoger opgeleid, ouder en liefhebbers van apps, terwijl Android-gebruikers heel veel van widgets houden. Zorg dat je met je app aansluiting vindt bij het specifieke platform.' Met één smartphone-app ben je er dus niet, en dan hebben we het nog niet eens over tabletapplicaties gehad.
#3. De consument wil je app niet
Even een testje. Pak je eigen smartphone erbij en noem het aantal applicaties op dat door/voor bekende merken is ontwikkeld, maar in eerste instantie niets met hun corebusiness te maken heeft. De app van Albert Heijn dus bijvoorbeeld. Het zijn er vast niet zoveel. 'Zeker apps die merken maken, houden het niet lang uit op de smartphones van gebruikers', vertelde Michiel Munneke van M2Mobi tijdens Online Tuesday. Met andere woorden: de consument zit niet direct te wachten op apps van bedrijven. Kijk daarvoor bijvoorbeeld naar de top 400 van populairste gratis apps op iOS volgens app-analyse-bedrijf Distimo. Buienradar staat op 1, maar de lijst staat vooral vol met spelletjes, communicatie-apps en nieuws-apps. Wel hoog in de lijst staat staat MijnPakket van PostNL (op 14), waarmee gebruikers hun pakje live kunnen volgen, en de app van H&M (plek 30), waarmee klanten online kunnen shoppen.
Mocht het toch lukken om de gebruiker over te halen een app van je merk te laten downloaden, dan wordt het vervolgens moeilijk om ze vast te houden. Een download staat, zoals eerder al opgermerkt, niet gelijk aan gebruik. Uit onderzoek van het Pew Research Centre bleek in 2012 al dat 68 procent van de smartphonegebruikers slechts vijf of minder apps per week opent, terwijl app-analyse-bedrijf Mobiwalla schat dat 80 tot 90 procent van de apps uiteindelijk wordt verwijderd door gebruikers. Meer dan 20 procent van de apps wordt maar één keer gebruikt.
#4. Het kost geld, veel geld
Tja, een beetje een open deur wellicht, maar in tijden van economische crisis moet je goed nadenken wat je met je laatste beetje budget doet. Houd in je achterhoofd dat een applicatie om meer vraagt dan een eenmalige uitgave. De app moet onderhouden worden, er moeten updates worden doorgevoerd en misschien verzin je na verloop van tijd weer nieuwe functionaliteiten. Dat alles is niet gratis, weet De Leij:
Een app mensen, kost overigens heul veul. Niet alleen in de bouw, maar ook elk klein update'je kost je zo 15K. Per app #onlinetuesday
— brechtjedeleij (@brechtjedeleij) 9 april 2013
En wat kost een app dan? Het is een vraag die Michiel Munneke van M2Mobi geregeld krijgt voorgeschoteld, maar het is volgens hem net zo'n ingewikkelde vraag als 'wat kost een auto?'. Tijdens zijn presentatie laat hij foto's zien van een Lada en een Porsche, waarna hij terloops opmerkt: 'Ja, in die prijsrange zit het wel.' Ook Munneke is trouwens geen voorstander van een hybride model, waarbij dezelfde app voor verschillende platformen wordt ontwikkeld. 'Heb je geen geld, of weinig geld? Bouw dan gewoon een goede mobiele website. Ga niet in het midden zitten modderen.' Ter extra illustratie: Facebook gokte in eerste instantie op een hybride model, door een mobiele versie van het sociale netwerk aan te bieden die op alle platformen werkte. 'Het is één van de grootste fouten die we ooit hebben gemaakt', zegt oprichter Mark Zuckerberg in een zeer uitgebreid verhaal over de mobiele ontwikkelingen bij het bedrijf.
En één reden waarom je er misschien toch aan moet geloven
Volgens onderzoek van app-analyse-bureau Flurry besteden Amerikanen 80 procent van de tijd die ze met hun mobiele apparaat bezig zijn aan apps. Daarbij moet wel worden aangetekend dat 18 procent van alle mobiele tijd gaat naar Facebook. Amerikanen gebruiken daarnaast meer apps dan ooit: eind 2012 openden ze gemiddeld 7,9 apps per dag, tegen 7,2 per dag in 2010. Wie wil weten of Nederlanders ook van die app-liefhebbers zijn, hoeft alleen maar naar de cijfers van NU.nl te kijken. Tweederde van de bijna miljard pageviews per maand komt al via mobiele apparaten, terwijl het bezoek aan de mobiele website marginaal is vergeleken met het bezoek via apps. NU.nl is natuurlijk onvergelijkbaar met andere bedrijven, maar de ontwikkelingen bij de nieuwssite geven wel aan waar het op dit moment heen gaat: het gebeurt in apps, apps en apps.
Beeld via Flickr