Het einde van de recessie is in zicht. 2010 ziet er goed uit voor de Nederlandse industrie. Toch zal de vraag naar personeel nog geruime tijd laag blijven.
Door de verbeterde economische vooruitzichten heeft de Nederlandse industrie de weg omhoog teruggevonden. Na een stabilisatie van de productie in de eerste helft van het jaar heeft in het derde kwartaal een positieve kentering plaatsgevonden. Hoewel de enorme terugval in productie van eind vorig jaar nog lang niet is goedgemaakt, hebben Nederlandse producenten zowel omzet als productie eindelijk weer zien groeien, dat blijkt uit het kwartaalbericht Industrie van de ING.
Buitenlandse omzet
Het herstel van de internationale handel legt de industrie geen windeieren. Ten opzichte van de eerste vijf maanden van het jaar lag de buitenlandse omzet van juni tot november gemiddeld 9,5 procent hoger, terwijl de waarde van binnenlandse verkopen met een plus van 8 procent daar niet ver bij achterblijft. Afzetprijzen en productieniveaus trekken minder snel aan dan de verkopen. Dit komt doordat de ontstane overcapaciteit de concurrentie heviger maakt en de totale industriële voorraden tot oktober per saldo verder zijn afgebouwd.
Grondstofprijzen
Producenten zien zich sinds september voor het eerst in twaalf maanden weer met oplopende inkoopprijzen geconfronteerd. De oorzaak hiervan moet bij de oplopende grondstofprijzen gezocht worden. Het krachtige industriële herstel in de Aziatische opkomende economieën stuwt de vraag naar grondstoffen al enige tijd op. Producenten trachten de gestegen inkoopkosten geleidelijk aan hun klanten door te berekenen, maar voorlopig zien zij hier nog geen kans toe. Het is ook nog niet altijd noodzakelijk.
Sterk herstel
Hoewel de industriële productie in 2009 gemiddeld ruim 9 procent lager ligt dan een jaar geleden, is er sinds juli en augustus weer sprake van groei. De vroegcyclische en exportgerichte industrietakken staan vooraan in de rij als we kijken naar de chronologie van het herstel. Als gevolg van de internationaal toenemende industriële activiteit en de strategische voorraadvorming hebben producenten van basisproducten de afgelopen maanden het sterkste herstel laten zien. Zij bevinden zich aan het begin van de productieketen en profiteren daardoor meer dan gemiddeld van een geleidelijke terugkeer van voorraadvorming. Dit gaat in het bijzonder op voor producenten van chemische en metalen basisproducten.
Eindproductenten
Eindproducenten van bijvoorbeeld duurzame consumentengoederen en investeringsgoederen zien een trager herstel dan branches vooraan in de keten. Veruit de sterkste productiedaling heeft dit jaar in de transportmiddelenindustrie plaatsgevonden. Net als andere producenten van investeringsgoederen, zoals machines en apparaten, hebben fabrikanten van voertuigen het nog steeds moeilijker dan gemiddeld. Productie en omzet zijn in de transportmiddelen-, machine-, bouwmaterialen-, meubel-, textiel-, en houtindustrie – van juni tot en november 2009 juist afgenomen in plaats van toegenomen. Ook in deze branches lijkt de stabilisatie echter te zijn ingezet. Voorraadniveaus zijn teruggebracht en orderontvangsten nemen weer toe, zij het geleidelijk.
Vertrouwen
Vrijwel alle industriële indicatoren geven sinds de zomer weer hoopgevende signalen af. De inkoopmanagersindex is in november met 51,9 op het hoogste niveau sinds maart 2008 uitgekomen, terwijl het producentenvertrouwen het hoogste niveau sinds oktober 2008 heeft bereikt. Een ander gunstig voorteken is dat consumenten minder pessimistisch zijn dan in het afgelopen anderhalve jaar. De koopbereidheid is toegenomen. De ontwikkeling in de werkgelegenheid blijft echter van grotere invloed op de uiteindelijke uitgaven. Tot nu toe valt het banenverlies mee, maar wij verwachten dat de werkloosheid nog verder toeneemt door de aanhoudende overcapaciteit.
Kettingreactie
Met de voorraden op een laag niveau zal het verbeterende economische klimaat in 2010 voor extra voorraadvorming zorgen. In een aantal industrietakken is dit proces al gaande. Vooral leveranciers aan het begin van de keten houden in het derde kwartaal weer meer producten op voorraad. Activiteiten die andere partijen beter of goedkoper kunnen uitvoeren, zijn in toenemende mate uitbesteed, zowel aan binnen- als aan buitenlandse partijen. Productieketens zijn zo in veel verschillende schakels opgeknipt. Tegelijkertijd kunnen producenten vaak niet om enige voorraadvorming heen om de machines draaiende en de levertijd kort te houden. Het totaal aan voorraden binnen de industrie is hierdoor tot en met 2008 structureel toegenomen, net als het gebruik van halffabrikaten oftewel het zogenoemde intermediair verbruik.
Toekomst
De industriële productie is in 2009 teruggevallen tot het niveau van 2003. De bezettingsgraad lag in het derde kwartaal nog bijna 7 procent onder het langjarige gemiddelde. Het productieniveau lag in 2009 zelfs 15 procent lager in vergelijking met de potentiële productie die bij voortgaande groei was bereikt. De conjuncturele omslag is echter begin 2008 al ingezet, waarna deze met het uitbreken van de kredietcrisis in een stroomversnelling is geraakt. Uitgaande van een gemiddelde groei van economie en industriële productie van tussen de 1,5 procent en 2 procent in de komende jaren, bereikt de industriële productie eind 2013 weer het hoogtepunt van 2007. De industriële activiteit ligt voorlopig dus structureel op een lager niveau dan voor de crisis.