Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Zwak Europa, slecht voor ondernemerschap

Hoe ondernemen we over tien jaar in Europa? Zal de ondernemer indutten door een gebrek aan concurrentie of moet hij vechten voor zijn eigen niche?

Net als vorig jaar doet Nederland het dit jaar weer erg goed op de lijst van concurrerende landen van het World Economic Forum (WEF). Zo mogen we in Nederland spreken van onder andere een sterke infrastructuur, goede zorg en een stabiele macro-economische omgeving. De Global Competitiveness Index van het WEF meet de concurrentiepositie van totaal 137 landen aan de hand van een aantal factoren. Daaronder vallen onder meer innovatie, werkgelegenheid, kwaliteit van het onderwijs en de ontwikkeling van de financiële markt. Nederland eindigde op dezelfde plaats als vorig jaar. Dat is opvallend, volgens professor Henk Volberda van de Erasmus Universiteit, kennispartner van het WEF en het onderzoek. In het onderzoeksrapport schrijft hij: ‘Het was exceptioneel dat Nederland vorig jaar een vierde positie innam van meeste concurrerende economieën. Nederland beschikt ook dit jaar weer over een sterke basis: een infrastructuur van wereldklasse (derde positie in de ranking), een goed functionerende overheid en instituties (vier posities gestegen naar de zevende plaats), een goed macro-economisch beleid met gezonde overheidsfinanciën (een stijging van acht posities naar veertiende plaats) en een kwalitatief hoogwaardige gezondheidszorg (vierde positie).’ Top-10 De landen die het op wereldbasis nog beter doen dan Nederland, zijn respectievelijk Zwitserland, de Verenigde Staten en Singapore. Zwitserland stond vorig jaar ook op de eerste plek, maar werd toen gevolgd door Singapore. Dat land moest zijn plekje dit jaar afstaan aan de Verenigde Staten. Na Nederland wordt de top-10 aangevuld met respectievelijk: Duitsland, Hong Kong, Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Japan en Finland. Toelichting bij de ranking geeft aan dat Zwitserland bovenaan staat vanwege de blijvende investeringen in talent en innovatie in het bedrijfsleven. De VS volgt met ook een sterk innovatiesysteem en geavanceerde bedrijven, maar krijgt minpunten vanwege een achterstand in primair onderwijs en gezondheidszorg. Singapore zakte zelfs een plekje vanwege achterblijvende innovatie en een oplopende overheidsschuld. Een minpuntje voor Nederland is de kwaliteit van ons hoger onderwijs. De minpunten zijn wel relatief, want de vooruitgang werd sterker gemeten. Brexit De Brexit heeft dit jaar invloed gehad op de volgorde van de lijst. Het Verenigd Koninkrijk heeft namelijk moeten inleveren. Vorig jaar stond het land op nummer zeven, nu daalt het een plek naar nummer acht. Dat komt volgens het WEF vanwege de lopende Brexitonderhandelingen en het gevolgde economische beleid. Als pluspunten worden genoemd: snelle digitalisering van het bedrijfsleven, geavanceerde bedrijfsprocessen en een flexibele arbeidsmarkt. Dat was echter niet genoeg om de plek op de ranglijst vast te houden dit jaar. Nederland Het vasthouden van de Nederlandse concurrentiepositie valt voornamelijk te wijten aan verbeteringen binnen ons innovatiesysteem. Meer innovatiehotspots duiken op, bedrijven werken meer samen met kennisinstellingen en investeren daarnaast weer meer in R&D, stelt Volberda. ‘De marktwerking is verbeterd (vijfde positie) en het is gemakkelijker om nieuwe bedrijven op te richten. Daarnaast is Nederland een van de voorlopers als het gaat om de toepassing van nieuwe technologieën die de basis vormen van de vierde industriële revolutie, zoals kunstmatige intelligentie, robotisering, Internet of Things, cloud computing en 3D-printing.’
Foto: Getty

Een beetje open deur is het wel, zeggen dat een verdeeld Europa ondernemers niet ten goede komt. Het EIM concludeert het na te hebben gekeken in de glazen bol van Europa.

Zoals de wetenschappers het zien, zijn er vier scenario’s waar de Nederlandse ondernemer in 2015 mee te maken kan krijgen, een opsomming:

 

  • Economische regio’s: er is slechts een Nederlandse markt, starters worden niet gestimuleerd, weinig concurrentie.
  • Sterk Europa: Europa wordt in politiek en economisch opzicht een totale eenheid. Weg met alle beperkende regelgeving, de kleine ondernemers kunnen zich onderscheiden door zich sterk te specialiseren. Er doen zich veel kansen voor in de dienstensector en de diversiteit van starters wordt groter. De ‘born global’ gaat het helemaal maken, de starter die zich vanaf het begin op een internationale markt richt.
  • Transatlantische markt: een zeer competitieve markt waarin de meest handel tussen VS en Europa gedreven wordt, waarbij Europa als inkoopmarkt functioneert. De ondernemer moet hard concurreren, het wordt een markt van vallen en opstaan. Door instabiele markt zijn er minder lange termijninvesteringen.
  • Wereldeconomie: de doelgroep van de kleine ondernemer wordt de hele wereld. Internationaal-georiënteerde bedrijven profiteren, de minder innovatieve op Nederland gerichte bedrijven krijgen het zwaar.

 

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Het is weinig verrassend dat de vorsers van het EIM kiezen voor het Sterke Europa-model als het meest gunstige voor ondernemers. Mee eens?