De meest vervuilende industrie wil met steun van politieke partijen tientallen miljarden investeren om CO2 op te vangen, op kosten van burger en mkb. Zo meldde de NOS recent dat grote vervuilers hulp bieden bij het behalen van klimaatdoelen. Zelfs als dit peperdure experiment lukt voor het klimaat, dan nog blijft er gigantische schade voor gezondheid, vergiftiging van grond, water en lucht en vernieling van natuur. Investeer dit geld in echt nieuwe economie!
De grote twaalf energie-intensieve bedrijven van Nederland zijn Tata Steel (staal), BP, ExxonMobil, Shell, Zeeland Refinery (raffinaderijen, petrochemie), OCI Nitrogen, Yara (kunstmest), Air Liquide, Air Products (industriële gassen), Dow Chemicals, Sabic (petrochemie) en Nouryon (speciale chemicaliën). Negen van de twaalf heeft een hoofdkantoor buiten Nederland. Ze zijn weliswaar prominent lid van VNO-NCW, de gevoelsmatige binding met Nederland is beperkt.
Meeste grootverbruik gericht op lineaire economie
Deze bedrijven zijn veelal in handen van buitenlandse miljardenbedrijven met hoofdkantoren in onder meer Riyadh, Texas of Moskou. Ze rekenen vrijwel niet af voor de sociale en milieukosten in hun operatie en waardeketen. Veruit het meeste grootverbruik is gericht op een lineaire, oude economie met veel afval en verbranding. Staal, aluminium, kunstmest, benzine, chemie, plastics, kolen.
De productie en consumptie vervuilt grond, water en lucht en vernietigt natuur. En duizenden omwonenden ondervinden gezondheidsklachten, vergiftiging van hun leefomgeving, uitzichtvervuiling. Door grafietregen, zwarte sneeuw, tot dumping van gevaarlijke stoffen in oppervlaktewater.
Belastingvoordeel fossiele industrie
De overheid geeft al miljarden en wil dit verhogen de komende jaren. Er wordt al enorm belastingvoordeel gegeven aan fossiele industrie –17,5 miljard per jaar (MeJudice 2021). Dat is nog zonder via indirecte investeringen via staatsdeelnemingen en overheidsaandelen in banken. Voor klimaatkosten krijgen deze bedrijven vrijstelling van CO2-beprijzing en zelfs honderden miljoenen euro’s toe (Tata Steel 2019).
Miljoenen burgers en honderdduizenden mkb-bedrijven betalen voor de groene vlaggen op de modderschuit van de industrie
De komende jaren vraagt de industrie miljarden investeringen, onder meer door CO2 uitstoot op te vangen onder de zeebodem. Zo is er een plan om 1,5 miljard euro subsidie te geven aan ExxonMobil en Shell. En nu vraagt VNO-NCW tien miljard euro tot 2030. Notabene een techniek die door de schrijver van een factsheet over dit onderwerp van Koninklijke Academie van de Wetenschappen (KNAW), als onhaalbaar is bestempeld.
Groene vlaggen op een modderschuit
Miljoenen burgers en honderdduizenden mkb-bedrijven betalen voor de groene vlaggen op de modderschuit van de industrie. Van algemene middelen, opslagen op de energierekening en een veel hogere CO2 prijs. Kosten zijn ook indirect. Zo kocht Minister Wiebes recent 200 miljoen euro Deense energiecertificaten om aan de klimaatdoelstelling te voldoen.
En de komende dertig jaar moeten zeven miljoen huishoudens en een miljoen gebouwen van het gas af, waar de kosten tussen de 35-45 duizend euro per gebouw geschat worden (Urgenda; EIB). Terwijl alleen voor de kunstmest van Yara al zoveel gas wordt verbrand als 1,3 miljoen huishoudens. En nu wordt zelfs nucleaire energie overwogen, om de oude industrie maar te kunnen voeden.
TATA ziet industrie vooral als flappentap
Al dit geld gaat ten koste van koopkracht, gezondheidszorg, onderwijs en veiligheid. Waarom moeten burgers en mkb-bedrijven zo bloeden, voor twaalf grote, voornamelijk buitenlandse miljarden bedrijven? Voor werkgelegenheid? Bedrijfseigenaren als het Indiase TATA zien die industrie vooral als flappentap.
De som van toegevoegde waarde is minder dan 10 miljard euro en 30.000 directe banen
Als de maatschappelijke kosten en belastingen worden verrekend, zijn de inkomsten voor de schatkisten verwaarloosbaar. De som van toegevoegde waarde is minder dan 10 miljard euro en maar zo’n 30.000 directe banen (PwC 2019).
Weinig toegevoegde waarde
En dan is er nog het argument dat bedrijven bij een eerlijke prijs voor vervuiling, naar Polen of Antwerpen vertrekken. Het bewijs dat een kapitaalvlucht ontstaat én economische schade oplevert, is afwezig. Sterker nog, de Nederlandse bank becijferde dat zelfs bij een universele CO2 prijs van 50 euro de Nederlandse economie gewoon groeit. En al zouden bedrijven vertrekken, dan betekent dit dat de markt zo competitief is dat er in de eerste plaats relatief weinig waarde wordt toegevoegd, met veel druk op lonen en weinig ruimte voor innovatie.
Er zitten enorme opportuniteitskosten aan deze gesubsidieerde banen en investeringen, die ook gestoken kunnen worden in vergroening van steden, klimaat resistent maken van infrastructuur, wind en zonneparken, warmte energie, deeleconomie, natuurherstel, natuurvriendelijk landbouw, zuiveren van grond, water, lucht, hout bouw, echt schone, groene waterstof. Kortom: investeer het in de nieuwe economie!