Het is zover. Exact heeft Unit4 overgenomen. Onze grootste concurrent heeft de één na grootste concurrent gekocht. En eerlijk? Ik ben er een paar dagen flink onrustig van geweest. Het bleef maar door m’n hoofd gaan. Wij bestaan straks 25 jaar. En 24 jaar lang waren Exact en Unit4 er, twee bedrijven die in de oorsprong op ons leken en met wie we vrolijk de strijd aanbonden.
Nóg sneller
Die concurrentie had een functie, want een fijne vijand geeft energie. Je hebt iemand om je mee te vergelijken, om lol over te hebben als je wint, of te balen als die ander iets heeft bedacht dat je zelf had willen verzinnen. Concurrentie geeft bovendien een jongensachtige tegendraadsheid. Wij zeggen bij AFAS bijvoorbeeld nooit ‘Exact!’ maar ‘Precies!’ (via een tweet zag ik trouwens dat ze dat bij Unit4 ook doen). Ja, we hebben nu strikt genomen één grote concurrent over. Maar da’s toch anders.
Concurrentie had een functie, want een fijne vijand geeft energie
Die nieuwe concurrent is zó groot en anders georganiseerd dat het niet zoveel meer met ons te maken heeft. Alsof je Ajax weghaalt bij Feyenoord, Jerry bij Tom, of Wile E. Coyote bij Roadrunner. Tuurlijk kunnen we nog hard rennen, maar het plezier en de kick van de wedstrijd zijn eraf.
Sowieso verandert het softwarebedrijvenlandschap fundamenteel. Het Noorse Visma is bezig met een rooftocht waarin het als een Rupsje Nooitgenoeg alles opeet wat het tegenkomt. In anderhalf jaar tijd heeft Visma 18 Nederlandse bedrijven overgenomen. En – nu komt het- daar zitten ook bedrijven bij die onze partners zijn. Wij werken voor onze klanten dus samen met bedrijven die nu eigendom zijn van de concurrent.
Buiten de branche kijken
En dus? Dus moeten wij anders nadenken over concurrentie. Daar zijn we ook al mee begonnen. Allereerst door nieuwe Wile E. Coyotes te zoeken buiten onze branche, voor specifieke onderdelen. Voor werving en selectie bijvoorbeeld kunnen we ons prima meten met uitzendbureaus. En voor ons bedrijfsrestaurant kijken we niet naar andere kantines, maar naar de horecasector.
Daarnaast nemen we afscheid van het idee dat concurrenten altijd je vijand zijn. We moeten op zoek naar intelligente samenwerkingen. Neem Microsoft. Voor hen zijn wij partner, klant én concurrent. Want we gebruiken zelf de Microsoft ontwikkelomgeving om ons product te maken. Maar Microsoft heeft ook een eigen ERP-oplossing. En die samenwerking gaat prima. Het is wel belangrijk dat je goed met elkaar afstemt: waarin zijn we partners en waarin concurrenten? Dat klinkt simpel. En dat is het ook. Kwestie van bellen en afspraken maken.
Autonome groei
Inmiddels is het hele speelveld in Nederland nu in buitenlandse handen. Behalve AFAS dan. En ja, heel soms twijfel ik dan: of zijn wij nou gek? Het goede nieuws is dat wij onze strategie uit en te na hebben doordacht. En daar hoef ik dan alleen maar aan terug te denken. Wij doen niet mee aan het overnamecircus. Basta. AFAS is een familiebedrijf met sterke waarden. En die zijn niet te koop. Zelf kopen we ook niet. Het bezit van de zaak is ’t einde van ’t vermaak, zeggen ze.
Onze bedrijfscultuur zet je niet zomaar over op 500 nieuwe medewerkers. Dat wordt een verwaterde boel. Bovendien koop je met een bedrijf vooral klanten die niet voor jou gekozen hebben, en die kun je alleen maar kwijtraken. Da’s een stuk minder leuk dan klanten winnen. En dat is precies waarom wij gaan voor natuurlijke groei. Autonoom en zonder externe financiering. Op die strategie worden we nu wat harder getest. We zijn de Galliërs geworden, met om ons heen de Romeinen. En dat op zich is weer hartstikke leuk, nu hebben we op een nieuwe manier de energie van een fijne vijand.