Ruim honderdtwintig ondernemers (in spé) zitten begin juni in een snikhete collegezaal van de Fontys Hogeschool Eindhoven. Ze zijn uitgenodigd voor een voorlichtingsavond van Global Creative Economy (GCE), een internetmarketingprogramma. Frank Essink (45), parttime docent voor de opleiding Small Business & Retail Management en mede-eigenaar van de onderneming GCE verwelkomt de aanwezigen en excuseert zich voor de ongemakkelijke hitte: “Zo komen alleen de echte ondernemers opdagen.” Het onderscheid tussen échte ondernemers en het andere soort blijkt het stokpaardje van de avond.
Evert-Jan Beverwijk, zakenpartner van Essink, introduceerde jaren geleden Netscape in Nederland. Beverwijk gelooft dat de tijd nú rijp is voor ondernemers om via internet een eigen bedrijf te beginnen. “Dit is de mogelijkheid om in je eentje miljonair te worden. Maar dat gelooft niemand. Waarom niet? We praten elkaar na. Zonder zelf te testen of het echt zo is. Dat we naar de maan kunnen reizen, durfde ook niemand te geloven.” Twee mannen van middelbare leeftijd achter in de collegezaal kijken elkaar hoopgevend aan en rechten hun ruggen. “Binnen twee jaar weet u of het de waarheid is of niet. Bent u geen pionier? Begin er dan niet aan. Als u gelukkiger wordt van de sportschool, moet u dat gewoon doen.”
Na de pauze legt Essink uit hoe de aanwezigen kunnen ondernemen volgens de ‘vierde generatie internet’. Het programma zou hen met behulp van 27 internetmarketingkanalen in tien maanden tot een succesvol internetondernemer maken. Het systeem, zoals Essink dit stug blijft noemen, zou een Google Adwords-campagne met veertig tot tachtig procent goedkoper maken, seo automatiseren en het op- en uitbouwen van het klantenbestand versnellen. Kortom, iedereen beheert aan het eind van de rit zijn eigen blog, landingspagina’s en affiliate marketing campagne. Totale kosten van het programma: 7.500 euro. “Maar dankzij de innovatievoucher, die elke ondernemer kan aanvragen, zal het ministerie van Economische Zaken tweederde van de kosten op zich nemen”, aldus Essink.
Regels ontweken
Volgens de website van SenterNovem, het agentschap van Economische Zaken dat de voucherregeling hanteert, is het leveren van cursussen uitgesloten voor deze subsidieregegling. Toch heeft het programma volgens Essink geen educatief karakter: “Het GCE-programma is geen cursus of opleiding. Het is kennisoverdracht vanuit de hogeschool en internetexperts naar de ondernemers over strategische marketinginnovatie op het internet.” Jeroen van Ieperen, innovatieadviseur bij Syntens Noord-Brabant en aanwezig bij de kick-off van het GCE-traject in Eindhoven, is het met Essink eens: “Het is maatwerk. Weliswaar wat gekunsteld, omdat het aan de voorwaarden moet voldoen.”
Jacqueline Kroes, zakelijk manager bij United Brains, denkt daar anders over: “Wij hebben Fontys gezegd: een cursus leveren in ruil voor innovatievouchers mag niet.” Zowel de aanvraag van de ondernemer voor de voucher als de declaraties van Fontys Hogescholen, TU Eindhoven en ROC Eindhoven verlopen via deze intermediair. Kroes waarschuwde de hogeschool: “Op het moment dat SenterNovem dit programma ook als cursus beschouwt, kan dat betekenen dat de toegezegde vouchers, worden teruggedraaid. Houden jullie als kennisinstelling rekening met dat risico?”
GCE is 2007 opgericht en komt voort uit het bedrijf van Beverwijk, Network Holding. Binnen anderhalf jaar wist het Fontys GCE-programma 250 ondernemers aan zich te binden. Via de Fontys Hogeschool en sinds kort ook via het ROC in Leiden. Alle deelnemers vroegen met succes de innovatievoucher aan. Voor 2009 mikt Essink op nog vijfhonderd extra aanmeldingen, onder andere door het programma in februari ook bij de hogeschool InHolland in Haarlem te starten. Met een derde hogeschool – in het oosten van het land – zijn ze in gesprek. In 2010 wil GCE nog eens duizend nieuwe deelnemers werven, waardoor het totale netwerk uiteindelijk neer zal komen op 1800 ondernemers. Worden die doelstellingen gehaald, dan levert dat Fontys in vier jaar tijd negen miljoen euro van de overheid op. De bijdrage van deelnemende ondernemers – à 2.500 euro – brengt evengoed 4,5 miljoen euro in het laatje. Totale opbrengst: 13,5 miljoen euro.
Gratis notebook
Marleen Koning, zelfstandig subsidieadviseur onder de naam M-Lines, nam vorig jaar deel aan het programma. In die tien maanden dat ze het traject volgde, waren de experts van GCE vooral aanspreekpunt voor technische problemen. Twee coaches van de hogeschool begeleidden Koning: een docent en een student. Laatstgenoemde deed zelf ook aan het hele programma mee. “De begeleiding van hen was minder handig. Soms liep ik voor op de stof, waarover zij nog helemaal niets wisten.” Zelf hoopt Koning het beter te doen als coach. In Eindhoven staat ze nu klaar voor vier deelnemende ondernemers die net aan het programma zijn begonnen. Dit keer niet als zelfstandig ondernemer. Voor Konings bijdrage als internetmarketingcoach staat de oud-deelneemster voor vijf uur per week op de loonlijst van Fontys.
De werving van ondernemers gaat intussen verder. Elke ondernemer kan na het programma rijk worden, belooft Beverwijk op de voorlichtingsavond in Eindhoven: “De vierde generatie internetondernemers realiseert in het eerste jaar geen groei van dertig procent zoals in de baksteneneconomie. Nee, in de virtuele economie is honderd tot zelfs tweehonderd procent groei normaal.” Maar bekende namen van succesvolle of innovatieve ondernemers kunnen de initiatiefnemers niet noemen. Toegegeven, ook Koning verdient nog geen duizenden euro’s per maand, zoals Beverwijk in zijn presentatie beloofde. “Ik zit in de zakelijke dienstverlening. Daar speelt livecontact toch een grotere rol dan wanneer je producten verkoopt. Affiliate marketing, waar het Fontys GCE-programma zich op richt werkt niet zo voor mijn bedrijf. Wel ontvang ik een vergoeding als mensen zich aanmelden voor het Fontys GCE-programma via de linkjes op mijn eigen website.”
Bovengenoemde verkooptechniek doet denken aan multi-levelmarketing: een model waarmee producten of diensten verkocht worden door middel van een gelaagd systeem van vertegenwoordigers en distributeurs. De omzet van GCE-vertegenwoordigers kan groeien door meer te verkopen en nieuwe deelnemers aan zich te binden. Beverwijk geeft op een van de landingspagina’s van zijn deelnemers eerlijk toe de mlm-methode te gebruiken.
En dan nog dit: elke deelnemer die in het najaar van 2008 is gestart, ontvangt gratis een GCE Mobiele Notebook PC met alle software en tools. Het leveren van goederen bekostigen met innovatievouchers is de derde activiteit die niet is toegestaan. “Die laptop geven we bij wijze van test”, licht Essink later toe. “We willen kijken of dit de ondernemers helpt in het ontwikkelen van de marketingstrategie.”
Argwaan
De spelregels van SenterNovem zijn duidelijk: de innovatiecoupon mag niet worden ingezet voor verkoopgerichte activiteiten danwel het leveren van goederen. Maar SenterNovem zelf heeft moeite om haar eigen regels te interpreteren. Het agentschap meldt zich te gaan verdiepen in de aanpak van Fontys. “Dit willen we graag grondig doen en dat kost tijd. Een heldere en goed gefundeerde reactie geven lukt ons in dit geval niet op korte termijn. Vandaar dat wij nu niet concreet kunnen reageren”, laat een woordvoerder weten.
Tweede Kamerlid Sharon Gesthuizen (SP) reageert alerter: “Mijn eerste indruk is dat Fontys en GCE een handigheidje uitvoeren om school- en bedrijfskas te vullen. Het ‘overgedragen’ van kennis lijkt vooral te bestaan uit het zich inkopen door ondernemers in een netwerk. Dat is natuurlijk geen innovatie. Wat hier gebeurt is het bekostigen van privaat onderwijs – voor ondernemers – met publieke middelen. Wie verdient hier nu het meest aan? “
Samenwerking met derden om de kennisvraag te beantwoorden mag, mits de kosten van de externe partij niet meer dan vijftig procent van de gemaakte kosten bedragen. Fontys levert slechts 45 uur aan persoonlijke begeleiding door middel van coaches. Waarvan een aantal oud-deelnemers, startende ondernemers. GCE vult de resterende 105 uren in met workshops, webconferences en netwerkbijeenkomsten. Uitgaande van het aantal geleverde uren zou de bijdrage van Fontys Hogeschool blijven steken op dertig procent. Maar Essink ontkent dat de inkomsten uit de vouchers tussen de hogeschool en GCE op die manier worden verdeeld: “We hebben een overeenkomst tot het leveren van kennis aan de hogeschool Fontys. De kennis ligt bij GCE, Fontys maakt daar gebruik van. De vouchers komen volledig ten goede aan Fontys.” Op de vraag wat GCE de samenwerking dan eigenlijk oplevert, geeft Essink toe dat het natuurlijk geen liefdadigheidswerk is. “GCE krijgt een vergoeding, waar ik verder niet over in details wil treden.”
De bekostiging van het Fontys GCE-programma mag de kloof tussen de hogeschool en kleine ondernemers dichten, de bekostiging van het educatieve programma middels innovatievouchers is op zijn minst discutabel. Desondanks hebben de controleurs van SenterNovem zich nog niet voor het Fontys GCE-programma gemeld bij United Brains. Kroes: “Ik verwacht dat ze binnenkort wel bij ons op de stoep zullen staan.”
De achterwege blijven van een controle vindt Gesthuizen niet vreemd. In 2007 maakte het Kamerlid zich nog hard voor de inzetbaarheid van innovatievouchers bij het bekostigen van octrooiaanvragen (motie Aptroot/Gesthuizen). “Omdat dat één van de randvoorwaarden is van innovatie, het vastleggen van vernieuwing. De innovatieve waarde van kennisoverdrachtprojecten is moeilijk te meten, waardoor controleurs niet zo snel argwaan krijgen. Wel vraag ik mij af wanneer dit project aan het licht zou zijn gekomen, als Sprout hier niet over geschreven had. Minister van Economische Zaken, Maria van der Hoeven, maak nou eens inzichtelijk hoe de bestedingen van innovatievouchers wordt gecontroleerd.”
De SP zal met het verschijnen van dit artikel direct kamervragen stellen aan de ministers van Economische Zaken en Onderwijs.
Door Fee Naaijkens