Doorbraak van hybride taal
Nieuwe talen op het Java-platform: die trend was al langer zichtbaar. Scala breekt nu als een van de eerste daadwerkelijk door op enterpriseniveau en ontgroeit daarmee de academische oorsprong. Xebia neemt deze ontwikkeling naar eigen zeggen serieus en past Scala inmiddels met succes toe binnen haar projecten. Scala combineert twee krachtige paradigma’s: objectgeoriënteerd programmeren en functioneel programmeren. Daarmee is het een hybride taal.
Scala in opmars
Xebia, specialist op het gebied van Agile Java-softwareontwikkeling, verwacht dat Scala in 2010 een enorme opmars gaat maken. Grote technologiebedrijven zoals LinkedIn en Twitter, maar ook een meer traditioneel bedrijf als Siemens, maken steeds meer gebruik van Scala op het Java-platform.
Als taal is Scala volledig compatible met Java en onderliggende middleware. Hergebruik van bestaande Java-software en het gebruik van middleware zonder deze te moeten aanpassen, behoort hiermee tot de mogelijkheden.
“Steeds meer bedrijven zijn op zoek naar simpele en kernachtige oplossingen”, stelt Urs Peter, senior consultant bij Xebia. “Het gebruik van Scala levert bedrijven niet alleen een verbetering van de productiviteit op. Toepassing is ook zeer kostenefficiënt doordat ze gebruik kunnen blijven maken van bestaande middleware en infrastructuur.”
De implementatie van Scala vraagt volgens Peter alleen een investering in kennis van de taal. “Die is verhoudingsgewijs klein omdat ontwikkelaars de nieuwe mogelijkheden van de taal niet meteen hoeven te beheersen, maar die stapsgewijs kunnen toepassen.”
Gesloten en open tegelijk
Open source en commerciële software gelden vaak als tegenpolen. Recent onderzoek toont dat de twee elkaar echter niet uitsluiten. Commerciële softwareontwikkelaars kunnen juist flink besparen door componenten en bibliotheken met een open broncode toe te passen.
Om de financiële voordelen te kwantificeren onderzocht SIG een verzameling van meer dan 300 commerciële systemen. De afhankelijkheden van deze zogeheten gesloten-sourcesystemen van opensource-bibliotheken zijn in kaart gebracht. Vervolgens is een schatting gemaakt van de besparingen die zijn verkregen door deze bibliotheken te hergebruiken in plaats van ze opnieuw te ontwikkelen. De gemiddelde besparing per systeem kwam uit – naar schatting – 1,1 miljoen euro. Dit geeft aan dat de inspanningen van de opensourcegemeenschap een belangrijk indirect effect hebben op commerciële software-ontwikkeling.
Software TÜV ‘geprüft’
De Amsterdamse Software Improvement Group (SIG) is tijdens de jaarlijkse TIM Awards uitgeroepen tot de meest innovatieve ICT-leverancier. SIG dankt de prijs aan de uniciteit
van haar product: een TÜV-certificering voor software.
SIG is volgens de jury van de zogeheten ‘Timmies’ niet alleen uniek vanwege de weldoordachte methode waarmee het de kwaliteit van software kan beoordelen, de samenwerking met een gerenommeerd instituut als het Duitse TÜV maakt bovendien het marketingverhaal rond. SIG en TÜV beoordelen software met één tot vijf sterren, zoals ook gebeurt bij auto’s en horecagelegenheden. “Een dergelijke normering van software zou in de toekomst wel eens heel belangrijk kunnen worden”, oordeelde juryvoorzitter Hennie Wesseling.
Marjo Wildvank, ceo van SIG: “Wij zijn erg blij met de award en trots op de verkregen erkenning. De prijs bevestigt dat er behoefte is aan het opnemen van kwaliteitseisen en certificering in inkoopcontracten.”