1: zit de klant te wachten op jouw innovatie?
Valkuil nummer 1 van ondernemers: je hebt een goed idee, bent er super enthousiast over en gaat het maar gewoon meteen uitvoeren. Niet doen. “Check eerst of de klant die je erbij in gedachten hebt, het ook echt wil hebben”, waarschuwt Van Oeveren. “Hou de probleemstelling voorop: wat is de waarde die jij kunt leveren voor klanten? Dat moet je als doel voor ogen houden, niet ‘een mooi product maken’.”
2: waar kun je je bestaande product innoveren?
Innovatie hoeft niet in een nieuw product te zitten, maar kan ook een aanpassing op je huidige aanbod zijn. Zoek daarvoor naar spanningsvelden, raadt Van Oeveren aan. “95 procent van de beslissingen nemen mensen op onderbuikgevoel, daarna rationaliseren ze die keuzes. In dat onderbewustzijn zitten vaak spanningen: mensen zeggen het één, maar doen het ander. Die uitersten kun je versterken of een deel van de spanning wegnemen”, legt hij uit. Als voorbeeld noemt hij een restaurant waar een bezoeker denkt: spannend, ik wil weleens krokodil eten. Maar dan ziet hij op de kaart spareribs staan, en bestelt die. “Dat is de keuze tussen iets nieuws leren eten en guaranteed enjoyment. Oplossing kan zijn om mensen de optie aan te bieden om twee halve gerechten te bestellen, zodat ze beide ervaringen kunnen beleven.”
3: heb je helder voor ogen wie je klant is?Buro Koos Oprichters: Robbert-Jan van Oeveren en Jules Prick. Startdatum: 2009. Medewerkers: 2. Klanten: o.a. Sanoma Media, Fahiolista, TMG, Unilever, PON
Wil je een bepaalde markt in met een innovatie, weet je dan duidelijk wie daar jouw klant is? Of zijn er verschillende klanten met verschillende behoeften? Onderzoek dit, want vaak kun je met één product meerdere groepen aanspreken. Buro Koos deed voor een klant onderzoek naar de goudbusiness, en zag dat twee klantgroepen die nauwelijks aangesproken werden. “Alles zat bij investeerders en traders. Maar er waren ook twee typen consumenten met interesse: mensen die goud fysiek in huis willen hebben om als een soort schat te begraven voor later, en mensen die goud als veilige belegging zien, in een kluis weggestopt.” Daaruit rolden twee concepten, met een verschillende positionering. De ene website staat vol met glimmend goud, de ander is koel en betrouwbaar qua uitstraling.
4: zijn de marketeers even overtuigd als de uitvinders?
Valkuil nummer 2 voor ondernemers: ‘in de kelder’ iets ontwerpen en als het af is kant-en-klaar op het bordje van de marketeers droppen om de markt op te brengen. “Het is belangrijk om marketeers in een vroeg stadium bij de productontwikkeling te betrekken”, stelt Van Oeveren. “Laat ze tijdens het proces meedenken over features, usp’s en de doelgroep. Dat wordt het een stuk makkelijker om enthousiast te presenteren aan de markt.”
5: is je serviceniveau op orde?
Alleen een innovatief product ontwikkelen is niet genoeg; mensen verwachten tegenwoordig dat producten worden ondersteund met dienstverlening. Breng daarom je hele servicetraject in kaart, om te kijken hoe je in elke fase waarde kan toevoegen. Wat wil je gebruiker op elk moment in die keten? “Zorg dat je op alles voorbereid bent, dan maak je echt fans van je klanten.”
6: kun je met een prototype testen?
Succesvolle oplossingen ontstaan door een mix tussen creatief en analytisch denken. “Gebruik je kennis en intuïtie voor het bedenken van het eerste idee. Dat ga je vervolgens visualiseren en uitwerken in een prototype. Daarmee kun je kijken of je idee daadwerkelijk werkt, en kun je je plan aanpassen.” Buro Koos is groot fan van prototypen. “Het werkt niet om alles vooraf te voorspellen en als laatste stap pas de oplossing te bedenken. Wees niet bang om met iets te markt op te gaan dat nog niet perfect is. Wees transparant in wat je doet, dan willen klanten je helpen om een product te ontwikkelen dat waarde toevoegt.”