Afgelopen september zag ik mezelf beland in een situatie met twee stichtingen, waar ik beide de starter van ben. Allebei een andere missie, eigen besturen en nul inkomsten voor Bassie. Hoe ik daarin terecht was gekomen? Dat reikt te ver voor hier. Maar laten we zeggen: een beetje van corona en een beetje van mezelf.
Wat die eerste betreft, ben ik niet de enige ondernemer in Nederland die stevig zijn neus stoot dit jaar. Maar ik wil me niet geheel verschuilen achter het wereldwijde virus. Ik leid namelijk zelf ook aan een ziekte, ook wel de startziekte genoemd.
Zo startte ik tijdens mijn studie mijn eerste bedrijfje met een vriend. Een paar jaar later, na wat luttele jaren in loondienst te hebben doorgebracht, sloeg de ziekte opnieuw toe. Ik startte een pr-bureau samen met een zakenpartner en toen was het hek van de dam. We startten er drie jaar later nog eentje. We participeerden daarnaast in een nieuw bedrijf van een werknemer.
Ook startten we een vestiging in België en vervolgens richtten we een bureau op voor concurrerende merken, ten behoeve van de zogenoemde ‘Chinese walls’. De een ging heel goed, de ander ging een tijdje goed, de volgende klapte of zijn we weer uitgestapt. Ik begon tot slot aan een boek over alle avonturen en gaf het uit in 2016.
Het ‘Syndroom van doorgaan’
En toen was ik het ondernemen voor alleen omzet zat en stopte ik ermee. Na 12 jaar. Terugkijkend wat aan de late kant; de stress van het ondernemen had al flink wat tol geëist. In 2017 startte ik een stichting: The Present: een community die ondernemers verbindt met initiatieven die zich inzetten voor vluchtelingen. Ruim twee jaar later stak het startvirus alweer de kop op en richtte ik samen met Moon.ventures stichting seepeople op.
Met twee stichtingen aan m’n broek gleed ik zo 2020 in, het jaar waarin alles anders liep dan verwacht. And here I am. Lichtelijk uitgeput in december, met nog de naweeën van het ‘syndroom van doorgaan’. Mijn lichaam trok afgelopen week hardhandig aan de rem en trakteerde me op diverse aanvallen van knallende clusterhoofdpijn. Voor wie het niet kent: google maar even en blijf er daarna heel ver vandaan.
Waarom is het toch zo moeilijk om te stoppen? Vijf redenen waarom het soms juist prima is om de handdoek in de ring te gooien.
1. Ruimte maken
Je moet niet zeuren, het moet gebeuren. Deels zit het een beetje in onze calvinistische volksaard: we zijn meer opgevoed met ‘opgeven is voor watjes’ dan met ‘stoppen is stoer’. Maar bedenk eens welke ruimte er ontstaat voor jezelf en andere mensen en zaken als je ergens een punt achter zet, bij voorkeur voordat je er een punthoofd van krijgt.
2. Onthaasten en minder moeten
We moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan. We hebben ongelooflijke haast, zong Herman van Veen al in 1979. Ik was toen vier en nog niet zo bekend met het begrip haast, laat staan dat ik me erdoor liet afleiden. Ongetwijfeld tot soms grote frustratie van mijn ouders. Inmiddels ben ik zelf wat ouder én zelf een ouder.
En ik heb last van chronische haast. Haast om resultaten te boeken. Haast om mijn mailbox en whatsappjes bij te werken. Haast om een nieuwe campagne te posten op social media. Haast om bij de volgende afspraak of zoom-call aan te sluiten. En wat heeft al die haast ons precies gebracht?
3. Ik sta even stil en dat is een hele vooruitgang
Deze prijkt op de muur van de Amsterdamse vestiging van The School of Life van filosoof Alain de Botton. Ik wandel er regelmatig langs en merk dat alleen al het lezen van de zin mijn tred vertraagt. Stoppen brengt je leven even tot stilstand, waardoor er zuurstof ontstaat voor nieuwe creativiteit, voor spel en ontspanning. Voor relativering en opmerkzaamheid. Voor aandacht en plezier.
4. Dat kan je wél maken
‘Dat kan je niet maken’ is het stemmetje van het verantwoordelijkheidsgevoel. Wie a zegt moet ook b zeggen. Je bent ergens aan begonnen dus maak je het ook af. Jij kan er wel geen zin meer in hebben, maar hoe zit het met anderen? Je hebt het toch afgesproken? Belofte maakt schuld.
Ik hoor mezelf dezelfde teksten uitkramen richting mijn eigen kinderen en vraag me soms af of het niet mijn eigen angst is voor anderen teleurstellen waardoor ik dit opvoed-lingo zoveel jaar later ook loslaat op mijn kroost. En dat terwijl je niet eens weet of het werkelijk zo is. Weinig mensen nemen het je immers kwalijk als je je eigen geluk nastreeft.
5. Wie niet horen wil moet voelen
Tja, en als je dan weigert te luisteren naar alles wat je diep van binnen al weet, dan krijg je misschien wel clusterhoofdpijn. Of een burn-out. Of erger. Ik loop niet voor het eerst met mijn kop tegen de lamp als het gaat om teveel aan mijn hoofd hebben en teveel in mijn hoofd zitten. En lekker ontkennen wat het lijf me vertelt. Teveel denken en overtuigd zijn dat in dat denken de intelligentie zit. Terwijl het lichaam al veel eerder weet wat er moet gebeuren. Ik hoef dus alleen nog te leren luisteren. En stoppen helpt me daarbij.
Op de achterbank
In oktober nam ik deel aan een prachtige training van de Red Zebra Group die mij tot de beslissing bracht die onvermijdelijk was. Stoppen met die twee stichtingen naast elkaar proberen te draaien. Gewoon kappen. Finito. Mijn hele zijn schreeuwde al weken in oorverdovende stilte: HIER WORD IK NIET BLIJ VAN! Dus schreef ik in de training drie brieven aan mezelf. Eentje met alles wat ik over 90 dagen geregeld zou hebben om mijn besluit daadwerkelijk te realiseren. Eentje met waar ik dan over 60 dagen zou moeten staat en eentje met de acties voor de eerste 30 dagen.
Die laatste brief heb ik net binnen en ik voel me trots en vrij. Bevrijd. Want ik heb er geen gras over laten groeien en alles opgepakt wat ik mezelf beloofd had. Ik heb het ondernemertje in mezelf in zijn hok gezet om ruimte te maken voor de schrijver. Ik heb de stekker uit de nieuwste stichting seepeople getrokken maar de activiteiten onder kunnen brengen bij The Present. Dankzij de ruimhartigheid van co-founder Moon.ventures. Ik heb het team van The Present geïnformeerd dat ik de kar niet langer wil trekken maar graag plaatsneem op de achterbank.
Leeslampje aan, pen en blocnote in de hand. Lekker uit het raam kijken en observeren. Reuze benieuwd waar we naartoe gaan in 2021. Maar behalve een nieuw boek schrijven, begin ik zelf nergens aan.