Van generalist gaat hij naar specialist. Dat stelt Semih Eski (1989) in oktober 2020 bij zijn vertrek bij CNV Jongeren; hij verruilt de voorzittersstoel voor een positie bij het ‘grote’ CNV. Daar gaat hij aan de slag als bestuurder bij verschillende pensioenfondsen, een rol waarin hij zich met name bezighoudt met communicatie, risicomanagement en beleggingen.
Hij is ook lid van de raden van advies van het College voor de Rechten van de Mens, Kennisplatform Inclusief Samenleven en de Goldschmeding Foundation, het fonds van de recent overleden Randstad-oprichter en filantroop Frits Goldschmeding.
Wat hem drijft? Eski wil bestuurlijke verantwoordelijkheid nemen en zich inzetten voor de samenleving. Verder wil hij zichzelf simpelweg blijven ontwikkelen. ‘Aan het eind van de rit wil je ergens écht verstand van hebben’, zegt hij in een afscheidsinterview. ‘Jezelf specialiseren, de beste worden op een onderwerp.’
Zijn collega’s bij CNV vergelijkt hij met timmerlieden. Vakmensen. Daar gaat het volgens hem om in de pensioenwereld: vakmanschap. ‘Uittekenen, berekenen en bijschaven. Totdat je het perfecte eindresultaat bereikt.’
Die maatschappelijke betrokkenheid zat er al vroeg in. Tijdens zijn mbo-opleiding aan het ROC richtte Eski een studentenraad op, waarvan hij direct de eerste voorzitter werd. Want als je ergens deel van uitmaakt, moet je er ook een bijdrage aan leveren, vindt hij.
Het wordt een rode draad in zijn loopbaan. Zowel tijdens als na zijn studie zette hij zich bij diverse maatschappelijke organisaties in voor het behartigen van de belangen van zijn leeftijdsgenoten. Hij speelde zich met name in de kijker als boegbeeld van de jongerentak van CNV (2016-2020). Als voorzitter was hij ook lid van het algemeen bestuur van CNV en plaatsvervangend lid van de Sociaal-Economische Raad (SER).
‘Die ervaringen en een omgeving waarin ik werd gestimuleerd om mijn talenten te ontwikkelen, hebben me geholpen om te komen tot waar ik nu sta.’ Maar vlak ook zijn eigen inbreng niet uit: hij neemt zijn werk zeer serieus en omschrijft zichzelf als nieuwsgierig, leergierig en een onafhankelijk en analytisch denker.
Next-generation managers zullen volgens Eski het klassieke begrip van ‘resultaat’ herdefiniëren: van output naar outcome. Concreet: naar het toevoegen van waarde in een samenleving waar de balans moet worden gevonden tussen welvaart en welzijn, economie en ecologie.
De complexe maatschappelijke vraagstukken van deze tijd vragen om een integrale en holistische visie, stelt hij. ‘Leiders moeten kortetermijnoplossingen koppelen aan uitdagingen op de lange termijn. Zaken die van invloed zijn op de kwaliteit van leven hier en nu – zoals klimaatverandering, de groeiende kansenongelijkheid, de razendsnelle technologische ontwikkelingen – verbinden aan brede welvaart voor de toekomstige generaties.’
Wat dat ook vraagt? Solidariteit tussen generaties. Daarmee zijn we weer terug bij zijn rol als pensioenfondsbestuurder, want: ‘Pensioen mag geen luxe worden. Het moet er voor iedereen zijn.’