Geen producten in je winkelwagen.
.
.
Anna Chernilovskaya (1983) wilde aanvankelijk de wetenschap in, maar stapte in november 2014 over naar het bedrijfsleven. Ze startte als data scientist bij Achmea en kwam via de NS bij zorgverzekeraar ONVZ terecht. Anna is behalve cio ook commissaris, onder meer bij Naturalis Biodiversity Center, Japanmuseum SieboldHuis en de Hogeschool Leiden.
Ze staat te boek als een nieuwsgierig persoon met een groot doorzettingsvermogen. ‘Daarnaast heb ik ook een goede intuïtie voor waar ik naartoe wil werken’, voegt ze daar aan toe. Ze leerde het vak van ‘excellente specialisten die mij motiveren om een goede leider te zijn. Maar ik leerde ook van mensen wiens gedrag mij enorm irriteerde’.
Chernilovskaya floreert in het huidige tijdsgewricht dat ze karakteriseert als een ecosysteem van snelheid, verandering en dynamiek. ‘De hele wereld en dus ook organisaties staan met elkaar in verbinding en worden zich steeds bewuster van dit ecosysteem. Dit gaat verder dan technologie, het geldt ook voor de uitwisseling van kennis en cultuur, lange complexe productieketens, vraagstukken als klimaatverandering en verlies van biodiversiteit. Een leider moet daar bewust van zijn en kunnen acteren in dat ecosysteem. Er is geen ruimte meer voor narcistische, op zichzelf gecentreerde leiders, die niet in verbinding staan met de samenleving.’
Chernilovskaya behoort tot de groep leiders die tijdens corona met een nieuwe baan in een volledig nieuwe omgeving is begonnen, met alle uitdagingen van dien. ‘Wat voor mij persoonlijk veranderd is, is de manier waarop ik met de omgeving verbind. Ik heb er veel meer variatie in gekregen dankzij digitaal werken, en daarmee werd persoonlijke verbinding met bijvoorbeeld een wandeling echt een cadeautje.’
Volgens Chernilovskaya is de organisatie van de toekomst zich bewust van haar plek in het ecosysteem en is die bereid samen te werken. Medewerkers nemen daarin eigen verantwoordelijkheid, ook voor hun eigen ontwikkeling. ‘Voorbeeldgedrag van het management speelt daarin een ontzettend grote rol. Het management mag zichzelf niet uitzonderen. Als de noodzaak en doel echt gevoeld worden, kunnen mensen veranderen. We zijn nu bezig met een heleboel transities: energie, voedsel, digitalisering, mobiliteit, werkomgeving. Hoe laten we mensen de noodzaak voelen, zodat de nodige stappen gemaakt worden? En ook: hoe laten we als leiders consistent goed en inspirerend voorbeeld zien?’