Innovatie kost geld. Om de stap te maken van de eerste vroege ideeënfase naar een succesvolle marktintroductie, heeft een startup kapitaal nodig. Dat zogenoemde risicokapitaal is doorgaans afkomstig van durfinvesteerders; partijen die vertrouwen hebben in je onderneming en die bereid zijn om er geld in te steken.
Maar hoe werkt dat nou precies, risicokapitaal aantrekken? Wat komt er allemaal kijken bij het financieren van groei en innovatie?
Laat je niet gek maken
Als startup & investment analyst bij Golden Egg Check ondersteunt Thomas Mensink startups bij het ophalen van risicokapitaal. Tevens is hij co-auteur van het boek Startup Funding.
Een eerste belangrijk boodschap van Mensink voor innovatieve startups die willen gaan fundraisen: laat je niet gek maken. ‘Als je voortdurend verhalen leest van andere startups die grote bedragen ophalen bij investeerders, zou je bijna denken dat dit zogenoemde venture capital de enige manier is om vooruit te komen.’
Groeiverwachtingen
‘Maar wat veel startups vergeten, is dat venture capital ook de nodige groeiverwachtingen met zich meebrengt. Die ambitie en potentie moeten er dus wel zijn, net als de schaalbaarheid om die groeiambitie ook daadwerkelijk waar te kunnen maken. Voor veel bedrijven past zo’n dwingend model eigenlijk niet zo goed. Dat is dus een eerste vraag voor startups om bij stil te staan: hoe compatibel ben ik met het venture capital-model?’
Investor readiness
Bovendien overschatten veel startups volgens Mensink hun zogenoemde investor readiness. ‘Je kunt wel denken dat je als bedrijf klaar bent om risicokapitaal aan te trekken, veel investeerders denken daar vaak toch net wat anders over. Zo ontstaat een klassiek kip-ei-probleem: de startup heeft geld nodig om zijn product verder te ontwikkelen en omzet te genereren, maar de investeerder wil éérst iets van omzet zien voordat hij instapt. Ook wil een investeerder vaak de zekerheid dat je een goed team om je heen hebt verzameld.’
Kijk in de spiegel
Hoe kun je deze catch-22 doorbreken? Kijk om te beginnen eens goed in de spiegel, benadrukt Mensink. ‘Als een investeerder niet bereid is om te investeren, betekent dit vaak simpelweg dat je nog niet klaar bent voor de volgende stap. Dit kun je doorbreken door toch te proberen om, met relatief weinig middelen, heel gefocust te werk te gaan en duidelijke keuzes te maken.’
Gedwongen focus
‘Juist als je met weinig middelen moet zien rond te komen als bedrijf, geef je geen geld uit aan zaken die geen waarde toevoegen. Je ziet vaak dat die gedwongen focus ervoor zorgt dat startups veel bewuster nadenken over hoe ze de meeste waarde kunnen creëren voor hun klanten. Als je dat eenmaal goed op het netvlies hebt, wordt het ook weer makkelijker om naar een mogelijke investeerder te stappen met een goed onderbouwd verhaal. Leg éérst die basis.’
Subsidies en innovatiekredieten
Daarnaast wijst Mensink op de mogelijkheid van subsidies en innovatiekredieten. ‘Zeker als je actief bent in een specifieke sector – zoals Energy/Climate Tech of Healthcare – zijn er vaak allerlei interessante subsidies beschikbaar. Daarvoor kun je onder meer terecht bij de regionale ontwikkelingsmaatschappijen; die bieden vaak gunstige instrumenten aan die je in een vroege fase écht kunnen helpen om je onderneming te voorzien van een stevig fundament. Het Proof of Concept-fonds van Horizon Flevoland is een goed voorbeeld van een innovatiekrediet.’
Hoe vergroot jij jouw kansen bij investeerders?
Ontdek in 4 stappen hoe je financiering kunt verkrijgen voor jouw idee. Download onze whitepaper nu!
lees verderVerschillende smaken
Heb je de basis goed op orde gebracht? Dan ben je wellicht wél klaar om de stap naar een durfinvesteerder te zetten. Mensink onderscheidt daarbij twee ‘smaken’.
Een business angel is een vermogende particulier (vaak een voormalig ondernemer) die met name in de start- en vroege groeifase van een bedrijf investeert, in ruil voor een deel van de aandelen. Waar een angel investeert met zijn of haar eigen geld, doet een venture capital-fonds dat met geld van anderen. De geïnvesteerde bedragen liggen doorgaans ook hoger; vaak begint het bij een venture capitalist vanaf 500 duizend euro.
Verder zijn er volgens Mensink ook verschillende smaken als het gaat om het soort kapitaal. De bekendste vorm is equity, waarbij de investeerder kapitaal verstrekt in ruil voor aandelen. Zeker vanaf een investering van 1 miljoen euro is dit de standaard.
In opkomst: de SAFE Note
In opkomst voor investeringen tot een half miljoen is echter ook de zogenoemde SAFE Note, waarbij SAFE staat voor ‘simple agreement for future equity’. De investeerder krijgt bij deze constructie de optie om bij een volgende investeringsronde het geïnvesteerde kapitaal te converteren naar aandelen, tegen de dan geldende koers. De investering geeft kortom recht op toekomstige aandelen, maar hoeft niet terugbetaald te worden als een aandelenronde uitblijft.
Voor de investeerder is een belangrijk voordeel van een SAFE Note dat hij bij de conversie een korting krijgt op de aandelen. Het voordeel voor de startup schuilt met name in het feit dat de investeringsronde doorgaans een stuk sneller verloopt. De onderneming hoeft nog niet te worden gewaardeerd (de conversie in aandelen vindt immers pas plaats bij de eerstvolgende financieringsronde). En omdat er nog geen aandelen worden uitgegeven hoeven beide partijen ook niet naar een notaris.
Goed onderbouwd plan
Ben je voor je gevoel investor ready? En heb je je verdiept in de verschillende financieringsvormen? Dan is het tijd om (opnieuw) investeerders te benaderen.
Mensink: ‘Het belangrijkste is vooral dat je een goed onderbouwd plan hebt. Hoeveel geld heb je nog om een significante waardesprong te maken? En in hoeverre is dat bedrag realistisch gezien de fase waarin je bedrijf zich bevindt? Als je dat goed over het voetlicht weet te brengen, is de kans groot dat je een investeerder weet te overtuigen.’
Meerdere angels aanhaken
Steeds vaker ziet Mensink ook dat meerdere angels worden aangehaakt. ‘Zeker nu veel venture capital-fondsen terughoudender zijn en liever niet in een te vroege fase investeren, wordt het combineren van meerdere angels met elkaar steeds interessanter. Het voordeel van zo’n constructie is dat je als bedrijf een beroep kunt doen op verschillende expertises en netwerken. De angels kunnen je adviseren over de te varen koers en kunnen je helpen bij het vinden van klanten en van vervolgkapitaal.’
Doe je huiswerk
Het is wel belangrijk om je huiswerk goed te doen, benadrukt Mensink. ‘Of je nu actief bent in AI, healthcare of welke sector dan ook: uiteindelijk past op elk potje wel een dekseltje. Maar dan moet je wel weten welke investeerder op welk gebied actief is. Bij wie pas je in de sweet spot? Google is vaak een goed startpunt bij het zoeken naar een geschikte investeerder.’
‘Ga verder vooral eens naar een speeddate-event, waarbij startups en investeerders op een informele manier kennis kunnen maken. Dat maakt de kans een stuk groter dat je in contact komt met een investeerder die bij je past qua sector en financieringsbehoefte. En: als ze zelf niet geïnteresseerd zijn, kunnen ze je vaak ook doorverwijzen naar partijen die misschien beter bij je passen.’
Do’s and don’ts
Wacht hier vooral niet mee tot het moment dat je daadwerkelijk financiering nodig hebt, benadrukt Mensink. ‘Venture capital is bij uitstek een relationele bedrijfstak. Begin op tijd met bouwen aan je netwerk, dan gaat het allemaal een stuk sneller op het moment dat je echt gaat fundraisen. Waak verder voor al te veel ‘blufpoker’. Als je claimt dat je op het punt staat een grote klant te tekenen terwijl dat niet zo is, komt dat toch wel uit. Voor je geloofwaardigheid en je reputatie is dat funest.’
Controle
Al met al is de wereld van venture capital behoorlijk complex. Wat het beste bij je past? Dat hangt volgens Mensink onder meer af van je eigen ambities. ‘Aan equity zitten consequenties vast; uiteindelijk wil een investeerder gewoon rendement, op basis van een duidelijke groei- en exit-verwachting. In die zin geef je als ondernemer een deel van de controle uit handen. Daar moet je je bewust van zijn.’
Praat met andere founders
Praat verder vooral eens met andere founders, in dezelfde of juist in een andere markt, adviseert Mensink ten slotte. ‘Hoe hebben andere startups het aangepakt? Op welke financieringsmix zijn zij uitgekomen? Veel ondernemers zijn maar al te graag bereid om hun kennis te delen. Vaak geeft je dat meer inzicht in de balans tussen de voor- en nadelen van een bepaalde financieringsvorm of een bepaalde investeerder. Zo kom je vaak vanzelf uit bij een investeringsvorm die het beste past bij jouw specifieke situatie.’