Sinds de start eind 2010 is Element Materials Technology continu op overnamepad. Het bedrijf heeft nu 39 testlaboratoria in 5 landen. Vooral van Duitsland en Scandinavië verwacht het veel, net als veel andere bedrijven in het ABN Amro Internationaal Ondernemerspeil.
Best practice van Management Team + ABN AMRO
Het aantrekkelijkste Europese land om te ondernemen? Dat is Duitsland, blijkt uit het ABN Amro Internationaal Ondernemerspeil, een recent onderzoeksrapport van GFK Intomart, waarvoor 400 Nederlandse ondernemers zijn ondervraagd. Ook Scandinavië biedt tal van kansen, blijkt uit het onderzoek. Veel ondernemers vinden de Noord-Europese landen aantrekkelijk om zaken te doen, maar slechts weinigen zijn hier al actief.
Warme belangstelling
Dat sluit goed aan bij de beleving van Rick Sluiters, vice president Europe Operations van Element Materials Technology. ‘Wij werken voor bedrijven in technisch hoogwaardige industrieën, in volwassen markten. Daarom heeft een land als Duitsland onze warme belangstelling. Maar ook met Scandinavië zijn we nadrukkelijk bezig.’ Element Materials Technology is sinds eind 2010 aan de lopende band op overnamepad geweest. Inmiddels heeft het bedrijf, dat actief is in de markt voor testen, inspecties en certificeringen, specifiek voor terreinen als luchtvaart, defensie, olie, gas en transport, een netwerk van 39 laboratoria en 1.400 vaak hooggespecialiseerde werknemers in de VS, Nederland, België, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. Daar worden alle mogelijke industriële materialen en producten getest.
Duitsland is ‘een grote groeimarkt’, zegt Sluiters. ‘Met name voor de vliegtuigindustrie en de turbinebouw. Maar het is voor ons lastig om er een goede overnamekandidaat te vinden, omdat de markt enorm versnipperd is.’ In Europa kijkt Element daarom momenteel ook verder om zich heen. ‘We hebben al een lab in Aberdeen. Wat daar in de havens gebeurt, sijpelt door naar boorplatforms over de hele wereld. Ons specialisme zit vroeg in het proces, bij het ontwerp en de kwalificatie van materialen voor boorprocessen. Dan zijn de havens rond de Noordzee dus dé locatie waar we moeten zijn. Vandaar dat we nu ook in Scandinavië kijken. Daar denken we nieuwe klanten te kunnen vinden voor de expertise die we hebben opgebouwd in de offshore olie- en gaswinning.’
Twee miljoen tests
In het onderzoek van ABN Amro laat 32 procent van de respondenten weten prijsconcurrentie de belangrijkste strategische prioriteit te vinden bij het internationaal ondernemen. Daar moet Element het echter niet van hebben, stelt regional controller Europe Robbert-Jan Steenks. ‘Prijsvechten heeft in onze markt geen enkele zin.’
5 seminars op online platform
Op het online platform Grenzeloos Ondernemen staan alle resultaten van het onderzoek, plus filmpjes en ondernemers aan het woord. U kunt zich hier ook inschrijven voor de volgende online seminars:
29 oktober: E-commerce en de kansen in het buitenland
5 november: Succesvol starten in het buitenland
12 november: Managen op afstand: Hallo, is daar iemand?
19 november: Gezocht: internationaal groeikapitaal
25 november: Groen de grens over
Lees meer via: abnamro.nl/internationaalHij kan zich meer vinden in de prioriteiten van de andere ondervraagde ondernemers. Zo ziet 31 procent van de respondenten het aanboren van nieuwe klantsegmenten als hoogste prioriteit, terwijl 29 procent ‘marktbewerking’ bovenaan de verlanglijst heeft staan. ‘Beide zijn zeker van toepassing op wat wij in Scandinavië hopen te bereiken.’ Element voert jaarlijks zo’n twee miljoen tests uit, voor in totaal zo’n 30.000 klanten. ‘We combineren snelheid met een grote capaciteit en brede expertise. Als wij testen, staat de klant stil: we zoeken daarom altijd – verantwoorde – manieren om de doorlooptijd te verkorten.’
Vandaar ook dat de internationale overnamestrategie zich richt op laboratoria die iets toevoegen aan het netwerk. Labs die zich bijvoorbeeld specialiseren in onderzoek naar nieuwe composieten. ‘We willen snel groeien’, zegt Sluiters: ‘Voor 50 procent door autonome groei en voor 50 procent door middel van acquisities. Door bedrijven over te nemen kopen we technische expertise – belangrijk bij het structurele tekort aan goede technische mensen – en een bestaand netwerk van klanten. We investeren zeer gericht in labs die bepaalde testkennis en -technologie in huis hebben. Kennis waarmee we onze klanten kunnen ondersteunen in hun R&D en hun productieprocessen.’
Aan elkaar gesmeed
Sluiters: ‘Toen ik in 2004 aantrad, heette het bedrijf nog Stork Materials Technology en was het een soort vereniging mkb-bedrijfjes, die klanten bediende in een straal van 150 kilometer. Sinds de verzelfstandiging eind 2010 hebben we al die bedrijfjes aan elkaar gesmeed om synergievoordelen te behalen: een testonderzoek voor een klant in Engeland kan nu in Nederland of de VS gedaan worden als het daar sneller gaat, en andersom. Ik kan nu met één blik op mijn laptop zien welke opdrachten bij welk lab terechtkomen.’
Sinds de verzelfstandiging is Element 2,5 keer zo groot geworden. Groeien in dat tempo vraagt veel kapitaal. Voor veel bedrijven een lastig punt: 36 procent van de bedrijven in ABN Amro’s Internationaal Ondernemerspeil geeft aan toegang tot financiering als issue te ervaren bij internationaal ondernemen (na risicomanagement: 53 procent en verschillen in betalingsmoraal: 47 procent). Maar Element heeft een consortium van financiers aan zich weten te binden met voldoende mogelijkheden. Robbert-Jan Steenks: ‘Problemen met de financiering van onze operatie hebben wij dus gelukkig niet.’
