In recessietijd letten we meer dan 'op de kleintjes', we worden puur egoïstisch.
Als we ergens op bezuinigen in tijden van crisis is het op onbaatzuchtig financieel gedrag. Wanneer tijdens een recessie de pijn moet worden verdeeld, zijn mensen plots een stuk rationeler en egoïstischer dan in tijden van economische voorspoed.
Wetenschappelijk onderzoek
Waar we voor de crisis vaak hoorden over vette bonussen die werden uitgekeerd, moet nu bij menig bedrijf de broekriem stevig worden aangehaald. De kans dat de pijn daarbij oneerlijk verdeeld wordt neemt in slechte tijden toe. Uit een onderzoek van onder meer de econoom Raymond Fisman blijkt dat mensen zich tijdens een recessie een stuk egoïstischer opstellen dan wanneer het economisch goed gaat.
De onderzoekers vergeleken de resultaten van een eerder experiment met het dictator spel (een bekend spel uit de experimentele economie) van voor de crisis (2004). Hierbij mochten de proefpersonen een prijs verdelen tussen zichzelf en een anonieme andere persoon. Helemaal conform andere onderzoeken gaven de proefpersonen zichzelf gemiddeld 79 procent van de buit en de ander 21 procent.
Egoïsme schiet omhoog
Vervolgens herhaalden de onderzoekers hetzelfde experiment in 2011, dus tijdens de crisis. Nu bleken de proefpersonen minder aardig voor hun anonieme medespeler en gaven ze de ander nog maar 13 procent. Zelf namen ze dus 87 procent van de winst.
Het bijzondere is echter dat de onderzoekers ook een andere variant van het spel bedachten. De dictator krijgt in de laatste variant niet alleen winst maar ook verlies te verdelen. Dit is zeker in deze tijden van crisis veel relevanter omdat politici en managers de pijn van bezuinigingen moeten delen. Dit element maakte de deelnemers nog gieriger richting de ander. Zelf namen ze in deze variant 91 procent van de gemiddelde winst.
Rationeel
Los van de gemiddelde resultaten is er nog iets bijzonders aan de hand. De verdeling van alle individuele resultaten die leiden tot een gemiddelde is in tijden van recessie namelijk niet netjes, normaal verdeeld. In plaats daarvan zijn er relatief veel mensen die de ander al het verlies laten nemen en zelf alle winst opstrijken. Puur egoïsme komt dus vaker voor. Dit klinkt misschien negatief, maar in feite geldt in dit spel: hoe egoïstischer, hoe rationeler. Er is immers geen enkele reden in het spelletje om de ander ook maar iets te gunnen. De echte homo economicus pakt dus alle winst.
De manager en de dictator
Natuurlijk kunnen we de resultaten uit een laboratorium waar mensen met een andere, anonieme persoon te maken hebben niet helemaal één op één vergelijken met de werkelijkheid. Wanneer je als topmanager bij goede bedrijfsprestaties alleen jezelf een vette bonus geeft en het personeel dat aan die verbeterde prestaties heeft bijgedragen in de kou laat staan, zullen ze het bedrijf misschien verlaten of minder hun best voor je doen. Ook een calculerende, pure egoist zou uit politieke overwegingen of vanwege de langere termijn zelf ook wat op kunnen offeren. In het laboratorium heet het niet voor niets het dictator spel. In werkelijkheid zijn managers geen dictators maar zijn ze in meer of mindere mate afhankelijk van hun collega’s.
Eerdere blogs van Eline Ronner:
-
Bedrijfsleven dupe van crisisaanpak
-
Bizarre oplossing van pensioenprobleem
- Is God goed voor de economie?