Deze crisis is anders dan die van de jaren ´80. Het recept van toen werkt niet. Jammer dat Bernard Wientjes dat niet weet.
Lodewijk Asscher suggereerde vorige week een loonsverhoging om de economie weer op gang te krijgen. Hij vloekte in de kerk der werkgevers. De snelle reactie van werkgeversvoorman Bernard Wientjes – die voordeed vriendelijk te blijven maar Asscher ondertussen afserveerde als een totale randdebiel die het algemeen belang verkwanselde – deed de minister verschrikt zijn opmerkingen intrekken. Maar Wientjes´ reactie uit de heup was kortzichtig en vooral gebaseerd op een ver verleden.
Vorige crisis
Wientjes receptuur ‘loonmatiging en dan groeien door te exporteren’ was de oplossing van een eerdere crisis. Die van de jaren ’80 van de vorige eeuw. Toen was er in het Akkoord van Wassenaar een zinvolle ruil mogelijk tussen loonmatiging en extra werkgelegenheid. Want destijds was de werkloosheid de kern van de crisis. Nu niet. De crisis van vandaag is een andere. Met andere problemen in een wereld die in niets lijkt op die van toen. Zoek de koude oorlog maar eens op in de geschiedenisboeken.
Wachten op de export
Asscher zei dat het verhogen van de lonen een manier is om de economie weer in standje groei te krijgen. Want anders dan de werkgeversspreekbuis realiseert hij zich wel dat er een oplossing moet komen voor de stilgevallen binnenlandse bestedingen. Hij beseft dat deze crisis niet wordt opgelost door te bezuinigen en te wachten tot de export ons zal redden. Dat gebeurt niet om een aantal redenen.
Europa is onze belangrijkste exportmarkt. Iedereen worstelt er met dezelfde crisis. Er is geen Europees land dat de lonen niet matigt in een poging de concurrentiepositie te verbeteren. Zij gaan de Nederlandse producten niet op korte termijn kopen. Wientjes toont zich met zijn fixatie op loonmatoging de lamme die hoopt dat de blinde de weg wel weet.
Wederopstanding
Het grote verschil met de crisis van een generatie terug is dat bedrijven die een mondiale markt bedienen, het vrij goed doen. De bedrijfswinsten van die exporteurs naar China, het Midden Oosten en (Latijns) Amerika zijn op een alleszins redelijk niveau. Asscher zoekt naar een manier om die – relatief – goed draaiende bedrijven een bijdrage te laten leveren aan de wederopstanding van het vaderlands BBP. Een nobel streven. Het verhogen van de salarissen van hun werknemers kan een middel zijn.
Perspectief
Toch waren pek, veren en hoon Asschers deel. Maar zijn analyse achter zijn opmerking raakt wel aan een van de kernen van de crisis. Nu is niet de werkloosheid het grootse probleem. Nu is dat de vertrouwensbreuk. Een consument zonder vertrouwen besteedt niets. Een consument zonder perspectief besteedt nog minder. Het verhogen van de lonen in de sectoren die wel floreren, geeft in ieder geval een deel van de bevolking perspectief. En net als bij alles in de economie: ook daar zit een multiplier op.
Lobbyist
De laatdunkende reactie van Wientjes is te billijken. Hij is tenslotte de belangenbehartiger in chief van ondernemers en werkgevers. Maar op het moment dat een lobbyist ‘het algemeen belang’ uit de kast trekt, is wantrouwen op zijn plaats. Voor die groep werkgevers die vrij goed door de crisis zeilen omdat ze ook een Aziatische, Arabische of (Latijns) Amerikaanse afzetmarkt hebben, is zo’n loonstijging pijnlijk. Het hakt in de dividenden en de winsten. Maar het zal niet de genadeklap zijn voor een toch al krimpende economie, zoals Wientjes ons wil laten geloven.
Sterker nog, een loonstijging kan de trigger zijn die het vertrouwen in van de consument opjaagt. Het kan de binnenlandse vraag aanjagen. En dat is op zijn minst een serieuze reactie waard. Eentje die beter doordacht is dan de antieke reflexen van een gedateerde lobbyist.
Lees ook de eerdere columns van Arjan Zweers:
- Groeien? Schaf de politiek af
- De huizenmarkt is een piramidespel
- ING blijf van ons Nederland af
-
Hoe Wientjes het economisch herstel in de weg zit