Welch overleed zondag aan de gevolgen van nierfalen. Als bestuursvoorzitter bij General Electric (GE) krikte hij de beurswaarde van het conglomeraat op van 12 miljard dollar in 1981 naar liefst 410 miljard dollar in 2001.
Het was een ongekend hoge stijging van bijna 3.500 procent. GE werd in de jaren 90 dan ook het grootste bedrijf ter wereld. Zakenblad Forbes riep Welch in 1999 uit tot manager van de eeuw.
De GE-legende staat bekend als icoon van het zogenoemde aandeelhouderskapitalisme. Deze op winstmaximalisatie en efficiency gerichte wijze van zakendoen verspreidde zich in de Reagan- en Thatcher-jaren als een olievlek over de wereld.
Na de mondiale economische crisis van 2008 kwam het echter onder stevige kritiek te staan. Toen Welch in 2009 door de Financial Times werd bevraagd over het thema nuanceerde hij dan ook zijn imago. Sturen op aandeelhouderswaarde was volgens hem het ‘domste idee in de wereld’. Als manager moest het je volgens Welch primair te doen zijn om je werknemers, klanten en producten.
Neutron Jack
Het waren opmerkelijke woorden voor iemand die als ceo de bijnaam ‘neutron Jack’ had gekregen, omdat hij als een neutronenbom talloze fte’s elimineerde terwijl hij de kantoren intact hield. Toen Welch in 1981 de hoogste baas bij GE werd, werkten daar 411.000 mensen. Tegen het einde van 1985 waren dit er nog 299.000.
Welch ontsloeg zoveel mensen omdat hij GE bureaucratisch vond. Hij propagandeerde een winnaarsmentaliteit en introduceerde daarom de zogeheten ‘vitality curve‘. Hierbij werden jaarlijks de 10 procent slechts presterende managers ontslagen. De 20 procent best presterende managers kregen riante bonussen en aandelenpakketten.
Vitality curve van Jack Welch
Welch zette met zijn vitality curve een standaard voor techbedrijven zoals IBM, Amazon en de financiële sector. Critici, zoals Dit Kan Niet Waar Zijn-schrijver Joris Luyendijk, menen dat zo’n ‘winnaarsmodel’ er juist voor zorgt dat personeel voor kortetermijnsuccessen gaat. Op de lange termijn zou het kunnen bijdragen aan hevige volatiliteit, met de bankencrisis uit 2008 als dieptepunt.
Gedurende zijn tijd als ceo deed Welch menig overname, maar bleef uiterst efficiënt. Onder het motto ‘repareer het, verkoop het of sluit het’ sloot Welch in slechts vijf jaar tijd ruim tweehonderd minder presterende bedrijfsonderdelen.
De manager schroomde daarbij niet fabrieken te sluiten en salarissen van arbeiders te verlagen, hetgeen hem geregeld kritiek opleverde. Welch meende echter dat ieder bedrijfsonderdeel van GE marktleider moest worden, of ten minste nummer twee in de branche.
Geen werk-privébalans
Zes dagen per week werken was daardoor onbetwistbaar, vond Welch. De ceo van GE was daarmee een van de architecten van de prestatiemaatschappij. Over zoiets als een werk-privébalans zul je Welch dan ook niet zo snel hebben gehoord in zijn jaren als bestuursvoorzitter bij GE. Zijn ideaal van een harde, competitieve arbeidsmarkt staat anno 2020 wel onder druk, mede door de toename van burn-outs onder de bevolking.
Dat er bovendien veel lucht bleek te zitten in de hoge beurswaarde van GE, bleek al snel na Welch’ aftreden in 2001. Enkele dagen later doorboorden twee vliegtuigen de Amerikaanse Twin Towers. De economische gevolgen van 9/11 waren fors voor GE.
De bankencrisis van 2008 en de daaropvolgende recessie gaven het concern een extra harde klap. In 2018 verdween het bedrijf zelfs na 111 jaar uit de Dow Jones-index. GE is anno 2020 nog zo’n 95 miljard dollar waard.
Schim uit het verleden
Welch had tijdens zijn managementjaren bij GE een legendarische status en surfte behendig op de golven van het neoliberalisme. Dat het trickle-down-beleid, het paradepaardje van het neoliberalisme, niet werkt, bleek echter de afgelopen decennia uit de mondiaal sterk toegenomen vermogensongelijkheid.
Van economen Thomas Piketty en Kate Raworth tot Amerikaanse politici zoals Bernie Sanders en Elizabeth Warren: velen verzetten zich anno 2020 dan ook tegen de uitwassen van de ideologie waarvan juist Welch profiteerde. Hoe geniaal hij dan ook was in zijn tijd, vanuit het licht van de huidige tijdsgeest oogt Jack Welch toch vooral als een schim uit het verleden.