Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De beste versie van jezelf worden? ‘Dat is een veel te ambitieus streven’

De maakbare mens zoekt succes op alle fronten. Gevolg: eeuwig jakkeren en nooit echt tot rust komen. ‘Vaak onderzoeken we pas wat we belangrijk vinden als we struikelen’, zegt journalist Annemiek Leclaire die een boek schreef over de burn-outmaatschappij. 

Nadat Leclaire op een dag wakker wordt en haar buik voelt samentrekken van alle ‘moetjes’ die in het vooruitzicht liggen, besluit ze het roer om te gooien. Het is klaar met het ‘ge-moet’ en ze gaat ‘ontploeteren’. Anderhalf jaar lang sprak ze met psychologen, economen, filosofen en psychiaters over talloze oorzaken van, en oplossingen voor, het moeten. Van deze zoektocht doet ze verslag in haar onlangs verschenen boek Minder moeten, meer leven

Hoge perfectiegraad

Bij het lezen denk ik regelmatig aan het in managementboeken populaire streven om de ‘beste versie van jezelf te worden’. Is het geen nobel streven dagelijks op alle fronten progressie te willen boeken? Volgens Leclaire is het een veel te ambitieuze opgave. ‘Het hoofd chirurgie van de Radboud zei tegen mij: Mensen gaan niet onderuit omdat ze veel werken, maar omdat ze alles goed willen doen.’ Leclaire ziet het veel in haar omgeving. Mensen voor wie excelleren op één vlak niet genoeg. ‘We willen niet alleen carrière maken, maar ook uitmuntende diners bereiden, een marathon rennen, ieder festival bezoeken, het huis perfect op orde hebben en de allerbeste ouder zijn.’ 

De journalist vermoedt dat deze hoge perfectiegraad te maken heeft met de maakbaarheidsideologie. Het idee dat succes en falen volledig aan jezelf toe te schrijven zijn zorgt voor een permanent perfectioneren. Op die manier lopen we het gevaar onszelf een burn-out in te jagen. ‘Mede door de continue bereikbaarheid is er geen moment waarop we ons lichaam en geest helemaal pauze geven.’ Leclaire pleit daarom voor ‘scherpe keuzes maken voor een leven dat op dit moment bij je past’. Dat betekent doorlopend reflecteren op de zaken die je belangrijk vindt en vervolgens prioriteiten stellen. ‘Vaak zie je dat mensen pas gaan onderzoeken wat ze belangrijk vinden als ze struikelen.’

Harde keuzes

Het maken van scherpe keuzes vereist volgens Leclaire wel moed. En moed, zo schrijft ze ‘is niet het tegenovergestelde van angst maar van conformeren.’ Zelf besloot ze afscheid te nemen van de helft van haar opdrachtgevers. Hierdoor behoren verre vakanties en een auto voor de deur niet meer tot de mogelijkheden. Festivals en dure culturele activiteiten zijn ingeruild voor betaalbaardere bezigheden als wandelen of een bezoek aan de markt. Deze harde keuzes maakte de journalist in een zware tijd. Na twintig jaar scheidde ze van de vader van haar kinderen en haar nieuwe geliefde komt plotseling te overlijden. 

‘Voor mij staan mijn kinderen en werk nu op één en twee. Daarna komt een hele tijd niets’, zegt Leclaire. Zulke scherpe keuzes zijn volgens de journalist niet alleen weggelegd voor freelancers, maar ook voor kantoorgangers met een vaste dienstbetrekking. Het boek is geen pleidooi om minder te werken. ‘Streven naar een soort meesterschap in je vak kan ik begrijpen. Sommige mensen gedijen het best bij werkweken van 60 uur. Als dat je ding is, moet je dat gewoon doen.’ Wel vindt ze dat er op de werkvloer meer gesproken moet worden over ‘wat voor werk we doen, en hoe en wanneer we dat doen.’ 

Heldere afspraken

Hierbij verwijst ze naar de woorden van Twitter-directeur Bruce Daisley: we geven wel regelmatig een nieuwe iPhone uit, maar denken nooit na over een nieuwe manier van werk. ‘Mensen conformeren zich vaak aan wat opgelegd wordt. Dan zitten ze drie keer per dag in een vergadering waar ze niet nodig zijn. Het werk waar ze het verschil in kunnen maken wordt in de avond en het weekend gedaan omdat dan rust ontstaat.’ Medewerkers die zich overvraagd voelen adviseert Leclaire om een gesprek aan te knopen met hun leidinggevenden. ‘Maak gezamenlijk heldere afspraken over wat je wel en niet doet.’

De journalist, die al ruim twintig jaar schrijft over werkcultuur, ziet wel dat stress veel bespreekbaarder is geworden op de werkvloer. ‘Traditionele bedrijven zien dat mensen onderuit gaan en proberen daar wat aan te doen. Bij Heineken worden mensen als ze in een managementteam taken naar zich toetrekken direct gevraagd of dat er nog wel bij kan’, zegt Leclaire. In haar optiek heeft een bedrijf ook verantwoordelijkheid in het voorkomen van een burn-out. ‘Ze moeten mensen helpen met een zorg voor een echt herstel. Bij PwC hebben ze een mooi park en een yogaruimte aangelegd. Maar als iemand om 11 uur zijn tas pakt om naar yoga te gaan en scheef wordt aangekeken omdat het druk is, heb je een probleem. Zo iemand gaat dan niet naar yoga, terwijl dit misschien wel verstandig is.’

Pijn accepteren

Hoewel leidinggevenden een rol hebben in het fit houden van hun personeel ligt de uiteindelijke verantwoordelijkheid bij de werknemer zelf. Wie een succesvolle loopbaan heeft bij een grote organisatie hoeft zich volgens Leclaire niet gevangen te houden in een juk van moeten. ‘Heb de moed om van binnenuit iets te veranderen of stap op. Je hebt geen alternatief, want anders ga je onderuit.’ 

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Leclaire waarschuwt wel dat de scherpe keuzes die ze propageert pijnlijk zijn. ‘Iedere keuze brengt pijn met zich mee. Bedenk goed welke pijn je bereid bent te dragen om jezelf meer vrijheid te gunnen’. De wens om talloze ballen in de lucht te houden kan gezien worden als een poging om pijn te voorkomen. ‘Wie als een kip zonder kop van hot naar her rent hoeft nooit echt na te denken’, stelt Leclaire. Het is een manier om geen verantwoordelijkheid te nemen. Of zoals ze psycholoog Tony Crabbe citeert. ‘Het is de weg van de minste weerstand. We vragen ons niet af wat ons makkelijke “ja” ons eigenlijk kost’.